21 501-30 Raad voor Concurrentievermogen

Nr. 386 GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID GESTHUIZEN C.S. TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 384

Voorgesteld 8 november 2016

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Nederlandse maakindustrie een belangrijke pijler is in de Nederlandse economie, die winst, welvaart en werkgelegenheid biedt,

constaterende dat de Europese Unie in vergelijking met andere machtsblokken in de wereld langzamer maatregelen neemt tegen dumping en lagere boetes oplegt door het toepassen van de zogenaamde lesser duty rule waardoor een ongelijk speelveld op handelsgebied ontstaat,

constaterende dat Nederland zich verzet tegen een door de Europese Commissie al in 2013 voorgestelde hervorming van het handelsdefensieve instrumentarium en wijziging om in bepaalde omstandigheden de lesser duty rule niet toe te passen,

constaterende dat het kabinet het onverminderd blijven toepassen van de lesser duty rule motiveert door te stellen dat hiermee de belangen van de verwerkende industrie gewaarborgd worden,

overwegende dat het bij het nemen van antidumpingmaatregelen van belang is om niet alleen de belangen van de schadelijdende sector, maar ook die van de verwerkende industrie en de consumenten mee te wegen,

constaterende dat de belangen van de verwerkende industrie en consumenten meegenomen worden bij de beslissing om in een antidumpingmaatregel de verplichte Union Interest Test te betrekken,

cerzoekt de regering om, zich tijdens de komende Raad voor Buitenlandse Handel actief in te zetten voor een snelle hervorming van het handelsdefensieve systeem, inclusief een aanpassing van de lesser duty rule, bij structurele marktverstoring op het gebied van grondstoffen of bij grote overcapaciteit, en de Kamer te informeren over de uitkomsten.

en gaat over tot de orde van de dag,

Gesthuizen

Bruins

Teeven

Agnes Mulder

Naar boven