21 501-20 Europese Raad

Nr. 556 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 oktober 2011

Graag bieden wij u hierbij aan, mede namens de minister-president, de geannoteerde agenda van de Europese Raad en de Eurozone Top van respectievelijk 17 en 18 oktober 2011 te Brussel.

De minister van Buitenlandse Zaken,

U. Rosenthal

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,

H. P. M. Knapen

Geannoteerde agenda Europese Raad d.d. 17 en Eurozone top d.d. 18 oktober 2011 te Brussel

De bijeenkomst van de Europese staatshoofden en regeringsleiders zal voor een groot deel in het teken staan van de situatie in de Eurozone. Onder het kopje «Eurozone» hieronder treft u de Nederlandse inzet aan ten aanzien van Eurozone-gerelateerde onderwerpen die mogelijk zowel tijdens de reguliere Europese Raadsbijeenkomst (ER) op maandag 17 oktober als tijdens de Eurozone top daags daarna (18 oktober) aan bod kunnen komen. De andere agendapunten zullen hoofdzakelijk aan de orde komen tijdens de reguliere Europese Raadsbijeenkomst op de 17e.

Eurozone

Op de Eurozone top van 21 juli jl. is ER-voorzitter Van Rompuy uitgenodigd om, in nauwe samenwerking met de voorzitter van de Commissie en de voorzitter van de Eurogroep, voor de ER van 17-18 oktober met concrete voorstellen te komen voor verbeterde economische beleidscoördinatie en crisismanagement. Alle lidstaten zijn uitgenodigd hiervoor input te leveren. Ook Nederland heeft dit gedaan en deed hierbij concrete suggesties op basis van de brief van het kabinet «Visie toekomst Economische en Monetaire Unie» die uw Kamer op 7 september jl. ontving (Kamerstuk 21 501-07 nr. 839). De voorstellen van ER-voorzitter Van Rompuy zijn bij het schrijven van deze geannoteerde agenda nog niet bekend maar Nederland zal zich er sterk voor maken dat een crisisbeheersingsstrategie niet eenzijdig wordt gericht op financiële steun. Eurolanden dienen geloofwaardige budgettaire maatregelen te nemen en hervormingen te implementeren teneinde het vertrouwen van de markten in de eurolanden te herstellen.

Daarnaast zal mogelijk worden gesproken over Griekenland. Het Trojka-rapport zal naar verwachting dan nog niet gereed zijn. Zoals bekend zijn de uitkomst van het rapport en de schuldhoudbaarheidsanalyse van de Trojka voor Nederland leidend bij een besluit over de uitkering van de 6de tranche aan Griekenland.

Tot slot valt te verwachten dat de stand van zaken met betrekking tot de afspraken van 21 juli jl. over de aanpassing van het EFSF aan de orde zal komen, mogelijk in relatie tot de bankensector. Ter voorbereiding op de stresstest hebben landen zelf al plannen opgesteld voor herkapitalisatie van banken indien dat nodig zou zijn (backstops). Op de Eurozone top van 21 juli jl. is afgesproken dat ook het EFSF hiertoe ingezet kan worden. Nederland vindt het belangrijk dat zowel nationaal als op Europees niveau voldoende wordt gedaan om de stabiliteit van de financiële sector te garanderen.

Economisch beleid

Groeibevorderende maatregelen

De Europese Raad (ER) zal spreken over het onderwerp «groeibevorderende maatregelen», waarbij zowel aspecten van intern als van extern economisch beleid aan bod zullen komen. Nederland acht agendering van dit onderwerp in het licht van de economische crisis van groot belang.

Het kabinet pleit voor stevige ambities op dit punt. De financiële ruimte om groei te stimuleren is beperkt. Maar verstandig budgettair beleid en structurele hervormingen gericht op het versterken van groeivermogen hoeven elkaar niet uit te sluiten. Het kabinet vindt het belangrijk maatregelen op nationaal en EU-niveau te identificeren die per direct kunnen bijdragen aan groei.

In dit verband heeft Premier Rutte deze week samen met zijn Zweedse collega Reinfeldt en zijn Finse collega Katainen een brief geschreven aan ER-voorzitter Van Rompuy en Commissievoorzitter Barroso (kamerstuk 21 501-20, nr. 555). In deze brief wordt een aantal groeibevorderende maatregelen in kaart gebracht, dat op korte termijn op Europees en op nationaal niveau dient te worden opgepakt. Het betreft voornamelijk maatregelen met betrekking tot versterking van de interne markt (digitale interne markt en unitair octrooi), het terugdringen van onnodige regeldruk, versterking van het Europese innovatievermogen en het waarborgen van open markten en vrijhandel.

De ER zal zich tevens buigen over de externe aspecten van het economisch beleid. Dit mede in aanloop naar toppen met een aantal strategische partners, waaronder China en de VS. Het is van belang dat de EU tijdens deze toppen de nodige aandacht besteedt aan verdieping van de economische relaties tussen de Unie en haar strategische partners. Versterking van het internationale economische systeem en meer handel kunnen immers in belangrijke mate bijdragen aan het oplossen van de huidige economische problemen. In dat kader blijft ook de onderhandelingsagenda van bilaterale vrijhandelsakkoorden van de EU met belangrijke handelspartners van het grootste belang. Het kabinet meent dat de ER een duidelijk signaal af moet geven over het belang van een sterk multilateraal handelssysteem, open markten en vrijhandel.

G20

De ER zal de gezamenlijke EU-positie vaststellen met betrekking tot de G20 top die op 3 en 4 november a.s. onder Frans voorzitterschap te Cannes zal plaatsvinden. Nederland zal zelf niet bij de G20 top aanwezig zijn. Het kabinet steunt de Europese inzet op concrete en actiegerichte toezeggingen van G20-leden met als oogmerk het bewerkstelligen van duurzame economische groei. Ook steunt het kabinet de Europese wens om voortgang te boeken bij de hervorming van het internationaal monetair systeem, in het bijzonder door versterkte surveillance en coördinatie van monetair beleid, en bij de versterking van toezicht en regulering binnen de financiële sector. Het kabinet verwelkomt daarnaast de ontwikkelingsagenda zoals die tijdens de G20 top zal worden besproken, in het bijzonder de aandacht voor prijsvolatiliteit op de grondstoffenmarkt, het thema voedselzekerheid en de financiering van maatregelen tegen klimaatverandering.

Klimaat

De ER zal de gezamenlijke Europese inzet vaststellen voor de jaarlijkse klimaatconferentie van de Verenigde Naties te Durban, Zuid-Afrika (COP-17). Deze inzet is voorbereid door de Ecofin van 4 oktober jl. en de Milieuraad van 10 oktober. De Nederlandse en EU-inzet voor «Durban» is gericht op het realiseren van een gebalanceerd pakket van besluiten, waarbij verdere stappen worden gezet richting een breder, effectief internationaal raamwerk waaraan alle grote economieën gebonden zijn. Voor details over de Nederlandse en Europese inzet voor COP-17 wordt verwezen naar de kabinetsbrief ter zake die uw Kamer op 28 september jl. heeft ontvangen (kamerstuk 30 495, nr. 13).

Naar boven