21 501-08 Milieuraad

Nr. 909 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 september 2023

Hierbij doe ik uw Kamer de geannoteerde agenda toekomen van de informele Raad Algemene Zaken van de Ministers verantwoordelijk voor het EU Cohesiebeleid op 29 september 2023 in Murcia.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens

Geannoteerde agenda Informele Raad Algemene Zaken Cohesie, Murcia d.d. 29 september 2023

Tijdens de Informele Raad Algemene Zaken («RAZ») Cohesie in Murcia zal, op basis van de conceptagenda, worden gesproken over «Cohesiebeleid 2.0». Om deze discussie te begeleiden zal het Spaanse voorzitterschap een discussiestuk opstellen.

Voor Nederland is het essentieel dat het cohesiebeleid zowel geografisch als thematisch zo gefocust mogelijk blijft. Ook zet Nederland zich in voor vereenvoudiging en het voorkomen van overlap tussen Europese financiering. Geografisch gezien betekent dit dat Nederland vindt dat de meeste steun moet gaan naar de regio's die deze het meest nodig hebben. Thematisch gezien moet het cohesiebeleid zich in de eerste plaats richten op structurele hervormingen en investeringen in innovatie, digitalisering, vergroening, menselijk kapitaal en sociale inclusie.

Binnen deze thema’s bevinden zich niet alleen de grootste gemeenschappelijke uitdagingen, maar ook de grootste kansen voor alle Europese regio's. Structurele investeringen die de EU-regio’s voorbereiden op een groene en digitale transitie zullen het potentieel hebben om het meest bij te dragen aan versterking van hun regionale economieën. Dit zal op zijn beurt de Europese interne markt als geheel ten goede komen, bijvoorbeeld door het stimuleren van sociaaleconomische convergentie, maar ook door bij te dragen aan de weerbaarheid van de EU.

Cohesiebeleid is volgens Nederland het meest effectief wanneer investeringen hand in hand gaan met hervormingen. Economische hervormingen kunnen economieën en regio's helpen zich beter voor te bereiden op investeringen vanuit het cohesiebeleid, zodat deze vervolgens meer rendement zullen opleveren. Op deze manier kunnen investeringen in het cohesiebeleid bijdragen aan het aanpakken van de financiële, economische en sociale kwetsbaarheden die worden genoemd in de landspecifieke aanbevelingen van het Europees Semester, om zo de veerkracht van de regio’s en de Europese Unie als geheel te versterken.

Daarnaast is het van uiterst belang dat elk land dat middelen uit de EU-begroting ontvangt, en dus ook de middelen onder cohesiebeleid, de rechtstaat respecteert. Dit draagt enerzijds bij aan de effectiviteit van de investeringen en anderzijds borgt het de te beschermen belangen van de EU-begroting.

Dit is de eerste discussie over Cohesiebeleid 2.0. en landen hebben vooralsnog hierover geen positie ingenomen. Bij de vorige onderhandelingen over het meerjarig financieel kader bleek het krachtenveld behoorlijk verdeeld. Enerzijds werd gepleit voor focus op innovatie en anderzijds werd gepleit voor meer keuzevrijheid voor de besteding van de middelen onder fondsen van het Cohesiebeleid. Wel was er consensus over de wens om het beleid te vereenvoudigen.

Binnen deze kaders zal Nederland interveniëren tijdens de besprekingen in de informele RAZ Cohesie in Murcia.