21 501-08 Milieuraad

Nr. 389 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 oktober 2011

Hiermee bied ik u het verslag van de Milieuraad die op 10 oktober j.l. in Luxemburg plaatsvond aan. Tijdens de Milieuraad zijn geen wetgevende dossiers behandeld, wel zijn over een viertal onderwerpen Raadsconclusies aangenomen. Hierbij gaat het om de EU positie tijdens de klimaattop in Durban, het Milieuactieprogramma, de Rio+20 top volgend jaar en de EU positie tijdens de COP10 onder het Verdrag van Bazel. Onder diversenpunten is gesproken over de invoering van het «Emission Trading Scheme» in de luchtvaart.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

J. J. Atsma

Verslag Milieuraad 10 oktober 2011

Voorbereiding klimaatconferentie van de Verenigde Naties in Durban (Zuid Afrika), 28 november–9 december 2011. Kenmerknummer: IZ2011055900

Tijdens de Milieuraad zijn Raadsconclusies aangenomen met daarin de inzet van de EU voor de klimaattop in Durban. De conferentie in Durban moet voortbouwen op de zgn. «Cancun agreements». Voor de EU blijft onverminderd van belang dat er uiteindelijk een bindend mondiaal instrument komt om klimaatverandering tegen te gaan opdat de temperatuurstijging binnen de 2-graden doelstelling blijft.

In Durban zal duidelijkheid moeten worden gegeven over de toekomst van het Kyoto-protocol. Ik heb aangegeven dat er geen reden is om de EU inzet zoals we die eerder hebben geformuleerd op dit moment aan te passen. In de aangenomen Raadsconclusies geeft de EU dan ook aan open te staan voor verlenging van het Kyoto-protocol als onderdeel van de overgang naar een breder juridisch bindend kader onder de eerder gestelde voorwaarden (verbetering Kyoto-architectuur en concreet perspectief op mondiale overeenkomst). Dit maakt duidelijk waar de EU naar toe wil (een mondiaal akkoord), maar ook wat we bereid zijn daar tegenover te zetten (onder voorwaarden verlenging van het Kyoto-protocol).

Daarnaast geeft de Raad aan dat er gezocht moet worden naar een goede oplossing voor de overschotten aan emissierechten uit de huidige Kyoto periode. Het grote overschot vormt een bedreiging voor de milieueffectiviteit van nieuwe mitigatieafspraken en kan leiden tot verstoring van de internationale koolstofmarkt wegens overaanbod. Milieu-integriteit is, aldus de Raadsconclusies, een belangrijk uitgangspunt bij het zoeken naar de oplossing voor overdracht en gebruik van deze rechten.

Milieuactieprogramma

De Milieuraad nam conclusies aan over het Milieuactieprogramma. De focus van de Raadsconclusies lag op de evaluatie die de Commissie recent uitbracht van het 6e Milieuactieprogramma, dat in 2012 afloopt. De Raad onderschrijft de conclusies van de evaluatie dat het 6e Milieuactieprogramma het Europees milieubeleid heeft bevorderd door als overkoepelend raamwerk te fungeren. De meeste acties uit het 6e Milieuactieprogramma zijn of worden uitgevoerd. Wel is er een aantal tekortkomingen geconstateerd. De Raad roept de Commissie op om, rekening houdend met deze tekortkomingen, een 7e Milieuactieprogramma uit te brengen, uiterlijk in januari 2012.

De Commissie heeft aangegeven zeker een volgend Milieuactieprogramma uit te zullen brengen, dat onder andere gericht zal zijn op de implementatie van de Routekaart «Resource efficiënt Europe». Hierbij benadrukte de Commissie wel meer tijd nodig te hebben om het Milieuactieprogramma zorgvuldig op te kunnen stellen en af te kunnen stemmen met belanghebbenden, inclusies de lidstaten en het Europees Parlement. Nadat de Commissie haar voorstel uitbrengt zal het 7e Milieuactieprogramma, net als indertijd voor het 6e gold, via de gewone wetgevingsprocedure worden vastgesteld.

Rio +20

De Milieuraad heeft zich middels Raadsconclusies uitgesproken over de Rio+20 conferentie die volgend jaar van 4–6 juni plaats zal vinden in Rio de Janeiro (Brazilië). De Raadsconclusies gaan in op de twee belangrijkste agendapunten tijdens de Rio+20 top: vergroening van de economie en verbetering van het institutioneel raamwerk voor duurzame ontwikkeling. De Raadsconclusies benadrukken onder andere het belang van het bedrijfsleven om te komen tot een groenere economie, en dat daarvoor per land maatwerk mogelijk moet zijn. Tijdens de Raad uitte meerdere lidstaten de behoefte tot concrete maatregelen ter vergroening van de economie. Ik heb aangegeven dat mondiale afspraken over vergroening van de economie op Rio+20 gepaard moeten gaan met een routekaart hiervoor en een zgn. gereedschapskist met concrete instrumenten.

De Raadsconclusies herhalen de eerdere oproep van de EU tot de institutionele versterking van het «United Nations Environmental Programme» (UNEP), en spreken van de noodzaak om de verschillende bestaande internationale milieuverdragen beter te stroomlijnen. Ik heb aangegeven dat de institutionele versterking van UNEP belangrijk is, waarbij dit sterkere VN lichaam wat Nederland betreft net als het huidige UNEP in Nairobi wordt gevestigd.

Voorbereiding van de COP10 onder het Verdrag van Bazel in Cartagena de Indias (Colombia), 17–21 oktober 2011

Tijdens de Milieuraad zijn Raadsconclusies en een Raadsbesluit aangenomen ter voorbereiding op de COP10 onder het Verdrag van Bazel. Het Raadsbesluit stelt de EU positie vast voor wat betreft het zgn. «Ban Amendment» dat een verbod inhoudt op uitvoer van gevaarlijk afval van OESO naar niet-OESO landen. Hiermee hoopt de EU dat dit amendement eindelijk in werking kan treden, na vele jaren discussie over de manier waarop de bepalingen van kracht kunnen worden. De EU heeft het Ban Amendment overigens al geïmplementeerd in de EVOA.

De Raadsconclusies onderschrijven de noodzaak om tijdens de COP te komen tot een Nieuw Strategisch Raamwerk voor de implementatie van het Verdrag van Bazel in de periode 2012–2021. Daarnaast gaan de Raadsconclusies in op de koppeling tussen het Verdrag van Bazel en het Verdrag van Hongkong (over grote sloopschepen). Aansluiting van deze Verdragen is belangrijk om te zorgen dat de sloop van alle schepen onder dezelfde regels valt. De Raadsconclusies gaan ook in op de synergie met het Verdrag van Rotterdam (over voorafgaande instemming bij export van gevaarlijk afval) en het Verdrag van Stockholm (over persistente organische verontreinigingen). Ik hecht aan synergie, door bijvoorbeeld een gezamenlijk bureau, omdat dit kan bijdragen aan een betere en efficiëntere werking van de verdragen.

Diversenpunten

Uitkomsten MOP4 onder het Verdrag van Aarhus in Chisinau (Moldavië), 29 juni-1 juli 2011

Het Voorzitterschap gaf een terugkoppeling van deze vergadering, die als afsluiter gold voor het voorgaande Hongaars Voorzitterschap. Tijdens de MOP is onder andere het nieuwe werkprogramma voor de komende drie jaar vastgesteld.

Uitkomsten van de 7e «Environment for Europe» conferentie in Astana (Kazachstan), 21–23 september 2011

Het Voorzitterschap gaf een terugkoppeling van de vergadering. Tijdens deze vergadering is onder ander het «Green Bridge Partnership Programme» ter bevordering van groene investeringen in Centraal Azië aan de orde geweest. Daarnaast is een «Shared Environmental Information System» aan de orde geweest.

Routekaart voor de EU ratificatie van het Nagoya-protocol inzake biologische rijkdommen, het «Access and Benefit Sharing» (ABS) protocol

De Commissie heeft aangegeven dat een impact assessment wordt opgesteld over de ratificatie van het zgn. «Nagoya-protocol» inzake «Access and Benefit Sharing». Dit zou in de lente van 2012 gepubliceerd moeten worden, in de hoop dat dit tot een wetgevend voorstel kan leiden voordat de COP onder de «Convention on Biological Diversity» (CBD) in oktober plaatsvindt. Diverse lidstaten drongen aan op een snelle EU ratificatie van het Nagoya-protocol, Denemarken hoopt dit onder haar Voorzitterschap in de eerste helft van 2012 rond te kunnen hebben.

Uitkomsten van de 1e plenaire vergadering van het «Intergovernmental Science-Policy Platform on Biodiversity and Ecosystem Services (IPBES) in Nairobi (Kenia), 3–7 oktober 2011

Het Voorzitterschap koppelde terug uit de eerste plenaire vergadering van het IPBES, dat de tegenpool van het «Intergovernmental Panel on Climate Change» (IPCC) moet worden op gebied van biodiversiteit en ecosysteem diensten. De eerste vergadering stond vooral in het teken van de oprichting van IPBES, een tweede vergadering staat gepland onder Deens Voorzitterschap in de eerste helft van 2012.

Routekaart «Resource efficient Europe»

De Commissie heeft de routekaart «Resource efficient Europe» gepresenteerd. Over de routekaart zelf wordt uw Kamer binnenkort geïnformeerd via een BNC fiche. Bij de presentatie heeft de Commissie twee belangrijke elementen van de routekaart uitgelicht: verschuiving van belasting van arbeid naar milieudruk en uitbouwen van de ecodesign richtlijn. Verder benadrukte de Commissie hoe belangrijk het is dat ook over deze routekaart gerapporteerd zal worden in het kader van het Europees semester. Tijdens het Europees semester rapporteren de lidstaten over hun voortgang t.a.v. de doelen van de Europa 2020 Strategie. Voor de rapportage over de routekaart «Resource efficient Europe» heeft de Commissie een voorstel voor een voorlopige indicator gedaan: gebruik van hulpbronnen per eenheid GDP.

«Emission Trading Scheme» (ETS) en luchtvaart

De Commissie gaf een stand van zaken over de discussies die worden gevoerd met derde landen, veelal in ICAO verband, over de invoering van het ETS in de luchtvaart in Europa. De inzet van de Commissie is en blijft om bij derde landen draagvlak te creëren voor het EU ETS, met als hoogste doel de overstap naar een mondiaal systeem.

Meerdere lidstaten reageerde op de inbreng van de Commissie. Italië heeft een paper aan de Milieuraad voorgelegd, waarin zij zorgen uitspreekt over de gevolgen van het EU ETS voor de luchtvaartsector. Ik heb mij aangesloten bij deze zorgen, Nederland hecht groot belang aan een gelijk speelveld. Ik heb de Commissie gevraagd toe te lichten wat er tot nu toe is gedaan om de onrust weg te nemen en wat het onderbrengen van de sector onder het ETS voor gevolgen kan hebben, bijvoorbeeld voor Europese hubs en verplaatsen van vliegbewegingen. Daarbij heb ik wel aangegeven dat de invoering van het ETS wat Nederland betreft in principe niet ter discussie staat, zolang het internationale speelveld gelijk blijft. Veel lidstaten gaven aan dat Europa niet zonder meer moet zwichten voor druk van derde landen en de sector maar zich gezamenlijk achter het ETS moet scharen. De Commissie heeft hierop toegezegd binnenkort weer in ICAO verband te praten met de sector, en binnenkort cijfers uit te zullen brengen over de effecten van ETS op de luchtvaartsector. Tijdens de Milieuraad op 19 december a.s. zal opnieuw en stand van zaken worden gegeven.

Voortgang Kyoto-protocol

De Commissie rapporteerde over de voortgang voor wat betreft de Kyoto doelen. Hieruit blijkt dat Europa op de goede weg is om aan de afspraken die in het kader van het Kyoto-protocol zijn gemaakt te voldoen. Dit geldt op nationaal niveau overigens ook voor Nederland.

Toewijzing ETS rechten

De Europese Commissie wees op het feit dat vele lidstaten te laat zijn bij het indienen van informatie over de gratis toewijzing van emissierechten.

Voorbereiding van het Wereld Water Forum in Marseille (Frankrijk), 12–17 maart 2012

Frankrijk vertelde over het Wereld Water Forum dat volgend jaar plaatsvindt in Marseille. De twee belangrijkste onderwerpen tijdens dit Forum zijn: verbetering van de toegang tot drinkwater en sanitatie en eerlijke verdeling van waterbronnen. Frankrijk hoopt dat de conferentie van invloed kan zijn op de Rio+20 top in juni.

Hormoonverstoorders

Zweden vroeg de Commissie om de voortgang waar het gaat om onderzoek naar hormoonverstorende stoffen. De Commissie gaf aan dat tegen de jaarwisseling een aantal belangrijke onderzoeken op dit gebied uit zullen komen, en de Commissie zal over dit onderwerp een conferentie organiseren.

Financiering van sanering van milieuverontreiniging

Slowakije kaartte het probleem aan van vervuilde locaties waarvoor het niet mogelijk is om de saneringskosten te verhalen (omdat de eigenaar niet bekend is). Slowakije ziet graag dat er in de verdeling van EU middelen rekening wordt gehouden met dit probleem. De Commissie heeft hierop aangegeven dat het nu al mogelijk is om cohesiegelden te gebruiken voor de sanering van dergelijke verweesde verontreinigingen, en dat dit ook in de komende EU budget periode zo zal zijn. Lidstaten en regio’s zijn er wel zelf voor verantwoordelijk gebruik te maken van deze mogelijkheid, in de huidige periode wordt dit deel van de cohesiegelden nog nauwelijks ingezet.

Discussies over «resource-efficient Europe» in de Raad voor concurrentievermogen

Het Voorzitterschap heeft erop gewezen dat de Routekaart «Resource efficiënt Europe» is besproken tijdens de informele Raad voor concurrentievermogen die op 21 en 22 juli plaatsvond in Sopot (Polen).

Finse politieke verklaring over het gebruik van HFK kredieten

Finland gaf aan zich aan te sluiten bij de eerder door Denemarken opgestelde politieke verklaring waarin landen vrijwillig afzien van gebruik van HFK en N2O «Clean Development Mechanism» (CDM) kredieten onder het inspanningsverdelingsbesluit (zie ook Kamerstuk 21 501-08, nr. 376).

Naar boven