Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2004-2005 | 21501-08 nr. 186 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2004-2005 | 21501-08 nr. 186 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 oktober 2004
Hierbij sturen wij u, mede namens de Staatssecretaris voor Europese Zaken, het verslag van de Informele Milieuraad die van 16 tot en met 18 juli onder Nederlands voorzitterschap in Maastricht plaatsvond. De IMR viel in twee delen uiteen. Het eerste gedeelte van de Informele Milieuraad stond in het teken van «milieu als economische kans». Het tweede thema was hoogwaterbescherming.
De volgende Milieuraad zal plaats vinden op 14 oktober 2004.
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
P. L. B. A. van Geel
De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,
M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
1. Verslag Informele Milieuraad 16 t/m 18 juli te Maastricht
Van vrijdag 16 tot en met zondag 18 juli jl. vond onder Nederlands voorzitterschap de Informele Milieuraad (IMR) plaats in Maastricht. Onder de aanwezigen waren onder meer de Milieuministers van de 25 EU-lidstaten plus de vier kandidaat-lidstaten en Eurocommissaris mevrouw Wallström. De IMR viel in twee delen uiteen. Het eerste gedeelte van de Informele Milieuraad stond in het teken van «milieu als economische kans» en werd door Staatssecretaris Van Geel van VROM voorgezeten. Zoals aangekondigd zet het Nederlands Voorzitterschap in op een betere integratie van de milieudimensie van de Lissabonstrategie in de andere twee pijlers (economisch en sociaal) door de synergieën tussen milieu en economie beter te benutten. De Informele Milieuraad vormde de start van dat proces en de aftrap naar een schoon, slim en concurrerend Europa; «Clean, Clever, Competitive».
Het tweede thema was hoogwaterbescherming. Daaraan was de discussie op zondag gewijd. De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, mevrouw Schultz van Haegen zat dit gedeelte van de Informele Milieuraad voor.
1.2. Milieu als economische kans
Tijdens het vrijdag- en zaterdaggedeelte op 16 en 17 juli spraken de ministers over de kansen die eco-efficiënte innovaties bieden voor het versterken van de Europese concurrentiekracht, door het creëren van nieuwe afzetmarkten, besparing van kosten bij grondstoffen- en energieverbruik en kwaliteitsverbetering van producten en diensten. Tevens besprak men opties voor Europese en nationale maatregelen om deze kansen beter te benutten.
Het Voorzitterschap had voor een innovatieve opzet van deze informele bijeenkomst van Europese ministers gekozen. Naast de milieuministers waren ook vertegenwoordigers uit het Europese bedrijfsleven aanwezig. De heer Kok woonde als voorzitter van de High-Level Review Group voor de Lissabonstrategie het vrijdaggedeelte bij, toen in de vorm van een politiek café een discussie plaatsvond over de kansen die milieu biedt voor economische groei en de versterking van de Europese concurrentiepositie. Op zaterdag werd aan de hand van vragen en stellingen en met behulp van stemkastjes gediscussieerd over de mogelijke maatregelen om deze kansen te benutten en eco-efficiënte innovaties te bevorderen.
De milieuministers onderschreven dat eco-efficiënte innovaties essentieel zijn voor het behalen van de Lissabon doelstelling. Daarbij werden diversen voorbeelden uit hun eigen landen genoemd, bijvoorbeeld op het gebied van biomassa (Oostenrijk, Finland), windenergie (Duitsland, Letland) en drinkwater (Griekenland). De noodzaak werd onderschreven om de Europese leiders de komende tijd met een overtuigende boodschap over «milieu als kans» te benaderen. Ook consumenten en bedrijfsleven zouden daarin een belangrijke rol moeten spelen.
In antwoord op de vraag naar de belangrijkste barrières voor deze innovaties werd vooral gewezen op het gebrek aan marktperspectief. Er zijn reeds veel eco-efficiënte innovaties voorhanden, het probleem is het doordringen van deze innovaties in de markt. Economische en fiscale instrumenten zijn essentieel voor een eerlijke marktprijs. Daarnaast is het belangrijk om meer risicokapitaal beschikbaar te maken, waarbij grote financiële instituties een rol kunnen spelen en mogelijk ook pensioenfondsen.
Het belang van duurzaam inkoopbeleid werd onderschreven door diverse ministers. Het bedrijfsleven waarschuwde dat de overheid niet zelf moet bepalen welke eco-efficiënte producten gestimuleerd moeten worden. Ook het ombuigen van milieuschadelijke subsidies en fiscale stimulansen moeten aan het maatregelenpakket worden toegevoegd. Milieuregelgeving is een belangrijke stimulans voor de ontwikkeling van eco-efficiënte innovaties, maar kan eveneens creatieve oplossingen blokkeren.
Het MKB speelt een belangrijke rol in het innovatieproces. Vaak mist het MKB echter het investeringskapitaal en de capaciteit om hun innovaties op de markt te brengen. Met name startende bedrijven moeten beter worden gefaciliteerd. De pro-activiteit van het bedrijfsleven moet worden gestimuleerd door eco-efficiëntie te meten zodat benchmarking mogelijk is. Voorlopers moeten beter beloond worden.
Bewindslieden en aanwezige vertegenwoordigers uit het Europese bedrijfsleven pleitten ervoor de dialoog voort te zetten en een partnerschap te vormen om de kansen die eco-efficiënte innovaties bieden voor de concurrentiepositie van Europa beter te gaan benutten. Afgesproken is dat de Milieuministers hun nationale collega's zullen aansporen om de resultaten van deze Informele Milieuraad ook te bespreken in andere Raden.
De Voorzitterschapsconclusies over «Clean, Clever, Competitive» (zie bijlage)1 dienen als basis om in de (formele) Milieuraad van 14 oktober a.s. tot Raadsconclusies te komen, die op hun beurt kunnen dienen als input voor de Voorjaarsraad in maart 2005.
Aan het begin van de vergadering op zondag hield de Prins van Oranje een toespraak over hoogwaterproblematiek. De Prins van Oranje gaf in zijn presentatie aan dat overstromingen niet te voorkomen zijn, maar dat getracht moet worden de consequenties van deze overstromingen te beperken. Hij benadrukte het belang van een multidisciplinaire lange termijn aanpak en de samenwerking per stroomgebied.
Commissaris Wallström presenteerde de onlangs gepubliceerde Mededeling «Overstromingsrisicobeheer; preventie van, bescherming tegen en verzachting van de gevolgen van overstromingen». Zij wees op verschillende grote overstromingen die de afgelopen jaren hebben plaatsgevonden, bijvoorbeeld in Tsjechië. Deze overstromingen hebben veel schade berokkend en slachtoffers veroorzaakt en hadden tevens grote milieuconsequenties kunnen hebben (bijvoorbeeld schade aan natuur en vervuiling van de rivieren). Momenteel gebeurt er al veel op het gebied van hoogwaterbescherming: via onderzoek, binnen de structuurfondsen, de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en het EU-solidariteitsfonds. De belangrijkste elementen voor een EU-actieprogramma zijn: ontwikkeling en implementatie van overstromingsrisico-beheersplannen, het stimuleren van «best practices», coördinatie van EU-relevante wetgeving, onderzoek en betrokkenheid van alle stakeholders. Overstromingsplannen dienen opgesteld te worden voor grensoverschrijdende rivieren en kustgebieden. Voor alle andere rivieren kunnen bestaande plannen gebruikt worden.
Daarna spraken de ministers over de Mededeling van de Commissie. Net als op zaterdag werd aan de hand van vragen en stellingen en met behulp van stemkastjes gediscussieerd over het nut en noodzaak van een gezamenlijke Europese aanpak van de hoogwaterproblematiek. Onder de aanwezige ministers bleek een zeer groot draagvlak te bestaan voor verdere gezamenlijke actie.
Met het Actieprogramma committeren lidstaten zich aan het ontwikkelen en implementeren van stroomgebiedbeheersplannen voor grensoverschrijdende rivieren en kustgebieden. De centrale principes die in de stroomgebiedbeheersplannen dienen te worden uitgewerkt zijn: het solidariteitsprincipe (maatregelen in een bepaald gebied dienen geen negatieve invloed te hebben op andere gebieden), een integrale aanpak en (waar mogelijk) integratie met de Kaderrichtlijn Water.
Na de Informele Milieuraad heeft het Voorzitterschap een samenvatting verspreid (bijgevoegd)1. Het streven is in de Milieuraad van oktober Raadsconclusies over hoogwaterproblematiek aan te nemen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-21501-08-186.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.