21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 922 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 juni 2012

In deze brief vindt u de beantwoording van de vragen van het lid Van Dijck (PVV) aan de minister van Financiën over de uitkomst van de telefonische vergadering van de Eurogroep van 9 juni jl. Hiervan is aan de Tweede Kamer reeds verslag gedaan in mijn brief van 10 juni jl. (Kamerstuk 21 501-07, nr. 919). De heer Van Dijck vraagt naar het doel van het Spaanse steunverzoek, welke voorwaarden er aan verbonden zijn, wat de rol is van het IMF, wat de gevolgen voor Nederland zijn en welk risico er gelopen wordt. In deze brief wordt op deze vragen verder ingegaan voor zover dat op dit moment reeds mogelijk is.

Zoals ik reeds meldde in de brief van 10 juni jl. moet Spanje de formele aanvraag voor steun van het EFSF/ESM voor bankenherstructurering en herkapitalisatie nog indienen. Deze aanvraag zal vervolgens worden getoetst door de Commissie, in samenwerking met de ECB, de EBA en het IMF. De conditionaliteit zal dan ook worden vastgesteld en vastgelegd in een Memorandum of Understanding (MoU). Het MoU zal voor instemming aan de Tweede Kamer worden voorgelegd, zodat de Tweede Kamer volledig vooraf in de gelegenheid zal worden gesteld hierover te oordelen alvorens het kabinet namens Nederland hierover een definitief besluit kan nemen.

Doel

Zoals bekend, kampt Spanje met aanzienlijke problemen in de bankensector. Deze problemen concentreren zich met name in de voormalige spaarbanken. Ondanks de maatregelen die Spanje tot nu toe heeft genomen, waaronder het reeds ingezette proces van herstructurering en de extra eisen voor voorzieningen en kapitaal, is de situatie van deze groep banken niet voldoende verbeterd. De belangrijkste problemen vormen de lage kapitaalbasis en de blootstelling aan de vastgoed- en bouwsector. Hierop zijn reeds verliezen geleden en zullen naar verwachting de komende periode nog meer verliezen genomen moeten worden. Er zijn grote zorgen dat een deel van de Spaanse banken niet in staat zal zijn deze verdere verliezen zelf op te vangen. Dit heeft vervolgens ook uitstralingseffecten naar de rest van de Spaanse financiële sector, waardoor ook de andere banken onder druk komen te staan. De huidige staat van de Spaanse bankensector vormt daarmee een bedreiging voor de financiële stabiliteit in Spanje.

De problemen in Spanje zijn ook een risico voor de rest van de Eurozone. Europese banken hebben veel geld uitgeleend in Spanje. Terugbetaling van deze leningen komt in gevaar als de problemen in de Spaanse financiële sector niet worden aangepakt. Ook Nederland heeft directe belangen in Spanje, via de Nederlandse financiële instellingen die circa 50 miljard euro aan exposure hebben op Spanje. Om deze reden is het ook voor de financiële stabiliteit in de Eurozone van belang de Spaanse risico’s te adresseren.

Het IMF heeft in haar onlangs uitgevoerde en gepubliceerde vijfjaarlijkse analyse van de Spaanse financiële sector, de zogenaamde Financial System Stability Assessment (FSSA), een duidelijke boodschap gegeven over de aanpak van de problemen van de Spaanse bankensector. Een geloofwaardige aanpak van het probleem vereist volgens het IMF een oplossing voor problematische leningen, die momenteel op de bankbalansen van veel Spaanse banken een grote kwetsbaarheid vormen, ordelijke resolutie van insolvabele banken en herkapitalisatie van banken die in de kern levensvatbaar zijn, maar die kampen met een tekort aan kapitaal. Het IMF geeft verder aan dat er een geloofwaardige publieke backstop moet zijn, om te verzekeren dat de financiering voor dit proces beschikbaar is wanneer private financiering tekort schiet.

In opdracht van de Spaanse regering vindt momenteel een toetsing plaats door externe partijen waarin 90% van de Spaanse bankensector wordt meegenomen, waaronder de voormalige spaarbanken. Deze toetsing bestaat uit twee onderdelen. In de eerste fase zullen twee onafhankelijke, externe partijen eigen stresstesten verrichten voor de Spaanse bankensector. Naar verwachting komen de uitkomsten eind juni beschikbaar. In een tweede fase zullen de vier grote internationale accountingsorganisaties een audit doen van de bankbalansen. Doel van deze laatste exercitie is te kijken of de aannames over het percentage problematische leningen en de waardering van deze leningen juist is. Deze analyse wordt naar verwachting eind juli afgerond.

Het wegnemen van de onzekerheid over beschikbare financiering is echter nu al van belang, mede gezien de publicatie van de FSSA en de onrust die is ontstaan op de financiële markten. De Eurogroep heeft in dit stadium dan ook positief gereageerd op het voornemen van Spanje om een verzoek voor steun in te dienen. Om een veiligheidsmarge in te bouwen, wordt gesproken van een bedrag tot 100 miljard euro.

Voorwaarden

De richtsnoeren van EFSF en ESM voor steun voor de bankensector voorzien in specifieke conditionaliteit voor de bankensector. De gepaste conditionaliteit zal worden vastgesteld door de Commissie, in samenwerking met de Europese Centrale Bank (ECB), de Europese Bankenautoriteit (EBA) (voluit)en het IMF. De richtsnoeren maken het mogelijk conditionaliteit te stellen op onder andere het gebied van corporate governance en bankentoezicht, en om de uitkomsten van de Financial System Stability Assessment van het IMF hierin mee te nemen. Verder zijn de Europese regels voor staatssteun van toepassing.

Naast de problemen in de bankensector, kampt Spanje ook met problemen op andere terreinen, zoals in de vastgoedsector en het op orde krijgen van de begroting, inclusief van de decentrale overheden, en het functioneren van de arbeidsmarkt. Hierover is uitgebreid gesproken. Aangezien Spanje reeds forse maatregelen heeft genomen en gecommitteerd is verdere maatregelen te nemen, is afgesproken geen additionele maatregelen te eisen in het kader van een steunaanvraag voor bankenherstructurering en herkapitalisatie. Wel zal de voortgang van de afspraken die zijn gemaakt in het kader van het Europees Semester, waaronder de buitensporigtekortprocedure en de macroeconomische onevenwichtigheden-procedure, extra worden gevolgd met het oog op deze steunaanvraag.

Rol IMF

Voor Nederland was het essentieel dat het IMF betrokken wordt bij het gehele proces: het beoordelen van de formele steunaanvraag, het vaststellen van de conditionaliteit en het monitoren van de voortgang. Dit is in de verklaring ook opgenomen. Het IMF heeft reeds aangegeven dat het bereid is deel te nemen aan het proces. Voor Nederland, en ook voor het IMF, is het van belang dat het IMF haar onafhankelijkheid bewaart in dit proces. Het IMF moet bijvoorbeeld eigen rapporten kunnen uitbrengen.

Gevolgen voor Nederland

Op dit moment is nog niet duidelijk of steun uit het EFSF of het ESM zal worden verstrekt. Daarnaast is het exacte bedrag voor de steun nog niet bekend. De exacte gevolgen voor Nederland kunnen op dit moment dan ook nog niet bepaald worden.

Steun aan Spanje zal in ieder geval geen nieuwe gevolgen hebben voor de Nederlandse begroting. De garanties aan het EFSF zijn reeds verwerkt in de Nederlandse begroting en het volgestort en oproepbaar kapitaal voor het ESM zijn opgenomen in de Voorjaarsnota. Aangetrokken kapitaal door het ESM wordt, zoals bekend, in tegenstelling tot het EFSF niet toegerekend aan de schuld van de eurolanden.

Het is verder relevant op te merken dat conform het Framework Agreement van het EFSF ervan wordt uitgegaan dat, indien een lidstaat steun krijgt voor de financiële sector, het garanties blijft verstrekken onder het EFSF.

Risico

De overeenkomst voor de steun is nadrukkelijk met de Spaanse overheid. Deze behoudt de volle verantwoordelijkheid voor het steunprogramma en ondertekent het MoU. Het risico van het EFSF/ESM zal dan ook liggen bij de Spaanse overheid. Hiervoor geldt, net als bij de leningenprogramma’s aan Griekenland, Ierland en Portugal, dat steun altijd gepaard gaat met risico’s. Dus ook voor Nederland zijn er risico’s verbonden aan de te verstrekken financiële steun. Maar de risico’s van niets doen zijn volgens het kabinet veel groter.

De steun aan Spanje voor bankenherstructurering en herkapitalisatie biedt geen garantie dat de financiële stabiliteit hiermee gewaarborgd is. De verschillende opties afwegend ben ik van mening dat financiële steun ten behoeve van de Spaanse financiële sector noodzakelijk is om het uitzicht te verbeteren op herstel van vertrouwen en financiële stabiliteit in de eurozone.

De minister van Financiën, J. C. de Jager

Naar boven