21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 882 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 februari 2012

Hierbij zend ik u de geannoteerde agenda voor de Eurogroep en de Ecofin Raad van 20 en 21 februari 2012 te Brussel.

Het is mogelijk dat nog punten worden toegevoegd aan de agenda of dat bepaalde onderwerpen worden afgevoerd of worden uitgesteld tot de volgende vergadering.

De minister van Financiën, J. C. de Jager

Geannoteerde Agenda ten behoeve van de Eurogroep en Ecofin Raad van 20 en 21 februari 2012 te Brussel

1. Stand van zaken Griekenland

Document: n.v.t

Aard bespreking: gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: n.v.t.

Toelichting: Tijdens de Eurogroep zal gesproken worden over de stand van zaken omtrent PSI, de zogenoemde «prior actions» en het aanvullende programma voor Griekenland dat tijdens de Eurozonetop van 26 oktober jl. is overeengekomen. De Trojka onderhandelt op dit moment met Griekenland over de «prior actions» en de vormgeving van het aanvullende programma. Dit zijn maatregelen die genomen moeten zijn alvorens er akkoord kan worden gegaan met het aanvullende programma. Voor zowel de «prior actions» als het aanvullende programma geldt dat alle regeringspartijen schriftelijk moeten aangegeven zich hieraan te zullen committeren.

Het pakket van PSI, «prior actions», het aanvullende programma en het bijbehorende schriftelijke commitment van de regeringspartijen wordt in zijn geheel beoordeeld. Dit totaalpakket zal ook aan nationale parlementen worden voorgelegd. De Tweede Kamer zal separaat over de ontwikkelingen in Griekenland op de hoogte worden gehouden.

2. ESM

Document: n.v.t.

Aard bespreking: Gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: n.v.t.

Toelichting: De Eurogroep zal naar verwachting van gedachten wisselen over de capaciteit van het ESM. Tijdens de Europese Raad van 9 december 2011 is afgesproken om het ESM versneld in werking te laten treden, met als streefdatum juli 2012. Tevens is afgesproken dat in maart 2012 zal worden geëvalueerd of de gezamenlijke capaciteit van het EFSF en ESM van 500 miljard euro toereikend is. Nederland is altijd voorstander geweest van een sterk Europees noodmechanisme en zal een eventuele verhoging kunnen steunen.

Ook zal gesproken worden over de benoeming van de directeur van het ESM. De directeur wordt benoemd door de Raad van Gouverneurs, die daarbij een keuze maakt uit kandidaten die nationaliteit van een ESM-lid hebben. De ambtstermijn van de directeur is vijf jaar. Hij is eenmaal herbenoembaar. Nederland hecht aan een directeur met relevante internationale ervaring en met een hoge mate van competentie in economische en financiële zaken.

3. EFSF

Document: n.v.t

Aard bespreking: n.v.t

Besluitvormingsprocedure: n.v.t

Toelichting: Tijdens de Eurogroep zal naar verwachting kort gesproken worden over de uitwerking van de twee leverage opties ter versterking van de slagkracht van het EFSF zoals overeengekomen door de Eurotop van 26 oktober 2011. Dit betreft enerzijds het verzekeringsmodel waarin een verzekering wordt aangeboden door een apart vehikel aan investeerders bij de uitgifte van een obligatie door een euroland. De tweede modaliteit betreft het bijeenbrengen van private en publieke middelen om de slagkracht van het EFSF te vergroten. Hier stelt het EFSF een Co Investment Fund (CIF) voor dat op de primaire en secundaire markt obligaties kan opkopen. Zoals reeds eerder overeengekomen door de Eurogroep zal onder beide leverage opties steun samen gaan met een Memorandum of Understanding met adequate beleidscondities. Naar verwachting zal spoedig de uitwerking van de twee leverage opties afgerond worden.

4. Conceptverordeningen ter versterking van begrotingsdiscipline en toezicht op basis van artikel 136 VWEU (Twopack)

Document: COM2011(819) (te vinden op:

http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=201101) en COM2011(821) (te vinden op: http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=201102)

Aard bespreking: Gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: gekwalificeerde meerderheid in de Raad door de eurolanden

Naar aanleiding van de conclusies van de Europese Raad van 26 oktober heeft de Europese Commissie twee conceptverordeningen opgesteld (met rechtsbasis artikel 136 VWEU) die de basis gaan vormen voor een verdere versterking van de governance binnen de EU. Een aantal bepalingen uit het nieuwe verdrag inzake stabiliteit, coördinatie en governance in de economische en monetaire unie zal in de twee conceptverordeningen worden verwerkt. De Ecofin Raad zal moeten komen tot een algemene inzet, waarna via de gewone besluitvormingsprocedure (codecisie) met het Europees Parlement tot een eindversie gekomen zal worden.

Nederland zal bij de verordening gericht op het versterken van de begrotingsdiscipline inzetten op een uitgebreide informatieverplichting voor lidstaten richting de Commissie met betrekking tot hun begrotingen. Verder is een onafhankelijke rol voor de Commissie in de monitoring van de begrotingsafspraken belangrijk, bijvoorbeeld bij het geven van een opinie over nationale begrotingen. Ook is het wenselijk dat begrotingen worden gebaseerd op macro-economische ramingen die geproduceerd of getoetst zijn door onafhankelijke instituties.

De tweede verordening betreft het versterken van het budgettaire en economische toezicht voor eurolanden die te maken hebben met, of bedreigd worden door, grote problemen ten aanzien van hun financiële stabiliteit. Nederland acht het van belang dat bij de bestaande besluitvormingsprocedures omtrent financiële steun wordt aangesloten en zal er op inzetten dat de verordening geen afbreuk doet aan de besluitvormingsprocedure omtrent financiële steun zoals vastgelegd in de EFSF richtsnoeren en het ESM Verdrag. Daarnaast is het belangrijk dat de betrokkenheid van het IMF bij de verschillende vormen van steun, zowel financieel als qua expertise, conform de bestaande praktijk zoveel mogelijk ook in de verordening wordt vastgelegd.

5. Voorbereiding G20 van 25 en 26 februari 2012

Document: Draft EU terms of reference for the G20 Finance and Central Bank Deputies» and Ministerial meeting on 25–26 February 2012 in Mexico City

Aard bespreking: aannemen EU-inzet

Besluitvormingsprocedure: gekwalificeerde meerderheid

Toelichting: De inzet voor de G20-vergadering voor ministers van Financiën en centralebankpresidenten wordt vooraf gecoördineerd middels een Terms of Reference. Deze is voordien vastgesteld in het Economic and Financial Committee (EFC) en zal worden goedgekeurd door de Ecofin Raad. In de EU-inzet wordt benadrukt dat Europa vorderingen heeft gemaakt in het bestrijden van de crisis, onder andere door onderhandelingen over een tweede programma voor Griekenland en de aanname van het ESM-Verdrag en de vervroegde inwerkingtreding. Daarnaast wordt aangekondigd om de toereikendheid van de firewall in maart te bezien. De EU roept verder de G20-leden op om het voorbeeld te volgen van de eurozone en enkele andere EU-lidstaten om de middelen van het IMF te versterken, terwijl de bereidheid wordt uitgesproken om de in 2010 afgesproken hervormingen van het IMF te implementeren. De EU wenst dat het Mexicaanse voorzitterschap vooruitgang boekt met hervorming van financiële markten en de monitoring van het naleven van beleidsafspraken in het kader van het Framework for Strong, Sustainable and Balanced Growth.

6. Voorbereiding Europese Raad van 1 en 2 maart 2012 – Annual Growth Survey en Europlus Pact

Document: Draft council conclusions

Aard bespreking: aanname conclusies

Besluitvormingsprocedure: consensus

Toelichting: De Ecofin Raad zal conclusies aannemen over de Annual Growth Survey in aanloop naar de Europese Raad van 1 en 2 maart a.s. Hierin gaat de Raad in op de prioriteiten die de Commissie heeft vastgesteld om de groei versterken in de EU. Ook zal weer gesproken worden over aanbevelingen in het kader van het Europlus Pact.

Nederland kan zich vinden in de prioriteiten die de Commissie stelt: streven naar begrotingsconsolidatie, kredietverschaffing aan de economie normaliseren, promoten van groei en concurrentievermogen, tegengaan van werkloosheid en de sociale consequenties van de crisis, en het moderniseren van overheden. Verder is Nederland ook positief over de oproep aan lidstaten om gevolg te geven aan de aanbevelingen die ze in juni 2011 hebben gekregen. Met betrekking tot de conclusies zal worden ingezet op een tekst die benadrukt dat de budgettaire consolidatie, samen met groeiversterkende structurele hervormingen, prioriteit dienen te hebben. Daarbij is het belangrijk dat eventuele maatregelen voor het ondersteunen van het midden- en kleinbedrijf niet leiden tot hoge kosten voor Nederland. Verder is het wenselijk dat in de conclusies, of naar aanleiding van verdere afspraken in het kader van het Europlus Pact, geen voorschot wordt genomen op nauwere belastingcoördinatie dan tot op heden is afgesproken. In het algemeen zal Nederland een kritische houding aannemen tegenover het meer bindend maken van afspraken in het kader van het Europlus Pact.

7. Macro-economische onevenwichtigheden – Alert Mechanism Report

Document: Alert Mechanism Report

Aard bespreking: gedachtewisseling

Besluitvormingsprocedure: n.v.t.

Toelichting: De Ecofin Raad zal waarschijnlijk spreken over het Alert Mechanism Report, inclusief de eerste versie van het scorebord voor het signaleren van onevenwichtigheden binnen de macro-economische onevenwichtighedenprocedure. Het is de verwachting dat dit rapport voorafgaand aan de Ecofin Raad gepubliceerd zal worden. De Raad zal naar aanleiding van het rapport niet direct een besluit hoeven te nemen. Dit gebeurt pas nadat de Europese Commissie een eventuele diepteanalyse van een land heeft gemaakt.

De Europese Commissie zal presenteren welke landen naar aanleiding van het aantal brandende lampjes op het scorebord een diepteanalyse zullen krijgen. Naar aanleiding van deze diepteanalyse zal naar verwachting in juni a.s. de Raad kunnen besluiten bij welke landen overgegaan wordt tot een Buitensporige Onevenwichtighedenprocedure. Nederland zal aangeven dat het van mening is dat de nieuwe regels streng toegepast zullen moeten worden.

8. Decharge over de EU begroting 2010

Document: concept raadsconclusies/Dechargeadvies van de Raad.

Aard bespreking: Beslissing.

Besluitvormingsprocedure: gekwalificeerde meerderheid

Toelichting: Voor Nederland is het Jaarverslag van de Europese Rekenkamer een belangrijk element in de standpuntbepaling ten aanzien van Decharge van de EU begroting, alsmede de follow-up ten aanzien van de speerpunten bij de voorgaande kwijtingsprocedure. NL kijkt bij de beoordeling naar meerdere zaken: is het aantal fouten toegenomen of afgenomen? Wat is het financieel belang dat hiermee gemoeid is? Is er verbetering zichtbaar in de beheers- en verantwoordingssystemen? De Europese Rekenkamer geeft over het jaar 2010 geen goedkeurende verklaring af (Déclaration d’Assurance). Het gemiddelde foutenpercentage van de gehele EU begroting 2010 berekent de Europese Rekenkamer op 3,7% (onrechtmatig besteed) waarmee een materieel belang gemoeid is van circa 4,4 miljard euro. Over 2009 waren deze cijfers respectievelijk 3,3% en circa 3,7 miljard euro. De begrotingscategorie «Cohesie/Energie/Vervoer» laat een verslechtering zien (7,7% fouten), maar er zijn ook verbeteringen zichtbaar in andere categorieën zoals Onderzoek. Ongeveer 80% van de EU begroting wordt uitgegeven onder het beheer van de lidstaten zelf, waar circa 90% van de fouten te vinden zijn. Wat betreft de werking van de beheers- en verantwoordingssystemen is het totaalbeeld nog altijd niet toereikend («gedeeltelijk doeltreffend»). Daarnaast signaleert de Europese Rekenkamer een risico vanwege toenemend gebruik van voorfinanciering (aan lidstaten) door de Europese Commissie, zonder dat de werkelijk gemaakte kosten toereikend inzichtelijk zijn. Vooral bij gebruik van zogenoemde «financiële instrumenten» speelt dit risico. Het kabinet is teleurgesteld dat de verbeteringstrend zoals ingezet sinds 2006 is gestagneerd en zelfs sprake is van een lichte terugval, en dringt aan op het doorvoeren van verbeteringen. Kernelementen daarvan zijn: meer transparantie, beter financieel management door lidstaten, betere handhaving door de Europese Commissie en meer risk-based auditstrategie van de Commissie. In het concept Dechargeadvies komen al deze punten nog onvoldoende tot uitdrukking naar het oordeel van het kabinet c.q. het ontbreekt aan de door het kabinet gewenste «sense of urgency».

Bij de Dechargeprocedure over het EU begrotingsjaar 2009 (in 2011) heeft NL zich onthouden van stemming en daarbij een stemverklaring afgegeven met Zweden en het Verenigd Koninkrijk. De belangrijkste elementen daarin waren het vergroten van transparantie, het verbeteren van de verantwoording over het financieel beheer door lidstaten, en een meer risicogeoriënteerde auditbenadering van de Commissie voor probleemgebieden. Er zijn in dit opzicht vorderingen te noteren in het kader van de lopende onderhandelingen over het nieuwe Financieel Reglement van de EU begroting (zie ook Kamerstukken 32 437 nummers 9 t/m 13). Er wordt (in de huidige stand van zaken van de onderhandelingen) meer verantwoordelijkheid gelegd bij de uitvoeringsinstanties in de lidstaten door het invoeren van een verplichte jaarlijkse «management verklaring» voor uitvoeringsinstanties vergezeld van een onafhankelijke «audit opinie» over de rechtmatigheid van de bestedingen tot op het niveau van de eindbegunstigden. Daarnaast biedt het nieuwe concept Financieel Reglement meer mogelijkheden voor de Commissie om bij problemen sneller over te gaan tot een betaalstop of om eerder proportionele financiële correcties op te leggen. Nederland heeft in de onderhandelingen tot nu toe krachtig aangedrongen op openbaarmaking van de prestaties en resultaten van het financieel beheer op lidstaat niveau, en zal dat blijven doen. Vooralsnog is voor volledige openbaarheid geen meerderheid in de Raad, hoewel het kabinet verheugd is dat de Europese Commissie desondanks in één van haar openbare rapportages over Cohesiebeleid meer inzicht heeft geboden in de prestaties per lidstaat en daarbij ook corrigerende acties heeft vermeld. Het kabinet zal aandringen deze transparantie te continueren. Ook heeft Nederland bij de onderhandelingen over het Financieel Reglement hoog ingezet op betere verantwoordingsverplichtingen voor lidstaten, inclusief een verplichte lidstaatverklaring, teneinde het financieel beheer te verbeteren en de foutenpercentages te verminderen. Juist in deze tijden van financiële krapte is het des te belangrijker dat publieke middelen rechtmatig en doeltreffend worden besteed. Ook in het Dechargeproces zal ik hier met nadruk aandacht voor blijven vragen.

9. Begrotingsrichtsnoeren 2013

Document: Draft Council conclusions on the budget guidelines for 2013 (COMBUD 36/2012)

Aard bespreking: beslissing

Besluitvormingsprocedure: gekwalificeerde meerderheid

Toelichting: Ieder jaar, ruim voordat de onderhandelingen voor de EU-begroting voor het volgend jaar van start gaan, worden er door de Raad richtsnoeren opgesteld. Het belangrijkste element in de richtsnoeren voor de begroting 2013, is dat deze begroting de bezuinigingsinspanningen van lidstaten moet reflecteren. Aan de andere kant kan de EU-begroting in 2013 juist worden ingezet om de negatieve effecten van de crisis tegen te gaan. Dit vraagt om het stellen van duidelijke prioriteiten. Daarnaast wordt er aandacht gevraagd voor goede budgettaire documenten die de transparantie van het budgettaire proces kunnen vergroten. Tevens wordt er expliciet opgeroepen om de administratieve uitgaven van Europese instellingen in te perken en de begrotingen van agentschappen zo realistisch mogelijk in te schatten. Een ander belangrijk element voor Nederland is de financiering van het kernfusieproject ITER, waarbij duidelijk wordt gemaakt dat de bedragen die nog ingepast moeten worden in 2013, moeten worden gevonden middels herschikking en dus niet mogen worden gefinancierd uit nieuwe Europese middelen.

10. Benoeming nieuw bestuurslid ECB

Document: n.v.t.

Aard bespreking: Raadsaanbeveling

Besluitvormingsprocedure: gekwalificeerde meerderheid, waarbij alleen de eurolanden mogen

stemmen.

Toelichting: De Eurogroep en de Ecofin Raad zullen spreken over een nieuw directielid van de ECB. De termijn van de Spanjaard González-Páramo, die zich bezig houdt met bankbiljetten, marktoperaties (tot februari 2012), onderzoek, risico management en statistieken, zal op 31 mei 2012 aflopen. Directieleden van de ECB zijn niet hernoembaar.

De Ecofin Raad zal een kandidaat aanbevelen aan de Europese Raad. Na raadpleging van het Europees Parlement en de Raad van Bestuur van de ECB zal vervolgens de Europese Raad het directielid op basis van gekwalificeerde meerderheid van stemmen benoemen. Het Verdrag van Lissabon stelt dat een kandidaat-directielid een erkende reputatie en beroepservaring op monetair of bancair gebied moet hebben en afkomstig moet zijn uit een van de EU-lidstaten.

Naar boven