21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 781 MOTIE VAN HET LID PLASTERK C.S.

Voorgesteld 17 februari 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat het nu geldende Europese noodfonds van 750 mld. is opgebouwd uit 440 mld. van de eurolanden, 60 mld. van de Europese Commissie en 250 mld. van het IMF;

overwegende, dat Nederland op dit moment 26 mld. bijdraagt aan die garantstelling van 440 mld., corresponderend met ongeveer € 3500 per Nederlands huishouden;

overwegende, dat inmiddels is gebleken dat de effectieve uitleencapaciteit van de 440 mld. slechts 220 mld. is, omdat niet alle eurolanden de hoogste kredietwaardigheid bezitten;

constaterende, dat de minister van Financiën in de brief van 16 februari 2011 meedeelt in Brussel in onderhandeling te zijn over het «herstel van de uitleencapaciteit» en het in die context eventueel verstrekken van «Nederlandse overgaranties»;

constaterende, dat de minister eveneens stelt dat de in bespreking zijnde omvang van de nieuwe permanente faciliteit 500 mld. is, waarbij hij aantekent dat «bedrag niet uit de lucht komt vallen (omdat dat ook) de capaciteit van de huidige Europese noodfaciliteit (is)»;

constaterende, dat de minister de indruk zou kunnen wekken dat het in bespreking zijnde bedrag van 500 mld. geen verhoging behelst ten opzichte van de bestaande capaciteit;

overwegende, dat indien het noodfonds 500 mld. uitleencapaciteit omvat, dit een aanmerkelijke verhoging van de Nederlandse garantstelling zou impliceren en wellicht zelfs een verdubbeling;

verzoekt de regering op zeer korte termijn helderheid te verschaffen en daarbij in ieder geval antwoord te geven op de vraag hoe de hoogte en de opbouw van de in bespreking zijnde leencapaciteit zich verhoudt tot die van het bestaande fonds, of de rekensom klopt dat om de uitleencapaciteit te verhogen van 220 mld. naar 500 mld. de inbreng van de eurolanden met de hoogste kredietwaardigheid via de garantie plus overgarantie ongeveer moet verdubbelen, en of het klopt dat daarmee per Nederlands huishouden ongeveer € 7000 aan garantstelling in het fonds wordt bijgedragen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Plasterk

Irrgang

Braakhuis

Koolmees

Slob

Naar boven