21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 708 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 april 2010

Hierbij zend ik u het verslag van de vergadering van de Informele Ecofin Raad van 16 en 17 april 2010 te Madrid. De voorlopige agenda van de Eurogroep en Ecofin Raad van 17 en 18 mei 2010 te Brussel is nog niet bekend. Kort voor het AO en de Ecofin Raad zal zoals gebruikelijk, de geannoteerde agenda aan uw Kamer worden gezonden.

De minister van Financiën,

J. C. de Jager

Op 16 en 17 april vonden de Eurogroep en informele Ecofin Raad plaats te Madrid. Namens Nederland was minister de Jager aanwezig.

De informele Ecofin Raad stond in het teken van consolidatie en versterking van het economisch en financieel herstel. Er is van gedachten gewisseld over mogelijkheden om stabiele en gebalanceerde groei te realiseren in de Europese Unie. Aangezien het een informele Ecofin Raad betrof, zijn er geen beslissingen genomen en zijn er ook geen Raadsconclusies vastgesteld.

Economische situatie

Zowel in de Eurogroep als in de Ecofin Raad is kort gesproken over de economische situatie. De Commissie gaf aan dat op 5 mei de nieuwe voorspellingen worden uitgebracht. Deze lijken vooralsnog in lijn te zijn met de herfstvoorspellingen van 10 november 2009 en de interim voorspellingen van 25 februari 2010. De verwachting is dat de EU zal profiteren van het aantrekken van de wereldhandel. Het huidige herstel blijft echter fragiel.

Tijdens dit agendapunt is in de Eurogroep ook de situatie in Griekenland aan de orde geweest. De Eurogroep ministers hebben het statement van de Eurogroep teleconferentie van 11 april herbevestigd. Griekenland heeft tot nog toe niet om steun gevraagd. Griekenland heeft wel gevraagd om de onderhandelingen met het IMF en de eurolanden te openen.

Voorbereiding G7, G20 en Voorjaarsvergaderingen IMF en Wereldbank

De Ecofin Raad heeft de Europese inzet in de G20 en de Voorjaarsvergaderingen van het IMF en de Wereldbank die plaatsvinden op 24 en 25 april a.s. voorbereid. De lidstaten waren het eens over de inzet zoals deze aan de Raad voorlag. De Commissie benadrukte met betrekking tot het proces dat het van groot belang is dat de EU met één sterke stem spreekt op de internationale fora, zowel op het gebied van economische afspraken als op het gebied van de financiële sector. Eén van de prioriteiten zou moeten zijn het aanpakken van niet-coöperatieve jurisdicties. Daarnaast zou er ook in de internationale fora gesproken moeten worden over maatregelen voor de financiële sector, zoals een bankenbelasting.

Budgettair beleid

Tijdens de eerste sessie stonden verschillende onderwerpen die betrekking hebben op budgettair beleid en de coördinatie daarvan op de agenda. Ook lagen de Raadsopinies over de stabiliteits- en convergentieprogramma’s van alle lidstaten voor, behalve de opinies voor Griekenland (dat al eerder was behandeld) en Cyprus (dat het programma te laat had ingeleverd). Daarnaast is versterking van de nationale budgettaire raamwerken aan de orde gekomen en is er in de Eurogroep kort gesproken over de Van Rompuy groep. Hieronder vindt u voor elk van deze onderwerpen een korte toelichting.

Stabiliteits- en convergentie programma’s

De Ecofin Raad heeft gesproken over de concept Raadsopinies betreffende de stabiliteits- en convergentieprogramma’s van de lidstaten. Er was brede overeenstemming over de opinies. Tijdens de eerstvolgende formele Raad zullen de Raadsopinies officieel worden aangenomen.

De opinies roepen op tot consolidatie en terugkeer naar houdbare overheidsfinanciën. Een groot aantal lidstaten wordt tevens geadviseerd het budgettair raamwerk te versterken. Verder is er veel aandacht voor de plausibiliteit van de groeiramingen, de mate waarin maatregelen zijn gespecificeerd, de ontwikkeling van de staatsschuld en de lange termijn houdbaarheid van overheidsfinanciën. Een overzicht van alle programma’s en Raadsopinies vindt u op: http://ec.europa.eu/economy_finance/sgp/convergence/programmes/2009–10_en.htm

Budgettaire raamwerken

Er is door de Ecofin ministers van gedachten gewisseld over begrotingsbeleid in de Europese Unie en budgettaire raamwerken. De sessie die hierover ging werd ingeleid door Alberto Alesina, professor politieke economie van Harvard University. Professor Alesina had ter gelegenheid van de informele Ecofin Raad een kort paper geschreven waarin hij de conclusie trekt dat, in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, perioden van bezuinigingen succesvol kunnen zijn in het reduceren van de overheidsschuld zonder dat daarbij nadelige effecten optreden in de economie. De reden hiervoor is dat besparingen van de overheid kunnen zorgen voor extra vertrouwen in het economisch beleid. Ministers hebben verder het belang van budgettaire raamwerken en het goed monitoren van de begroting benadrukt.

Coördinatie van economisch beleid

De Eurogroep heeft kort gesproken over de Van Rompuy groep. Deze werkgroep is door de Eurogroep ministers van de Europese Raad aangekondigd en zal onder leiding van de President van de Europese Raad staan. De werkgroep zal naar verwachting op niet al te lange termijn worden geïnstalleerd. Het doel van de werkgroep is zoeken naar mogelijkheden om de coördinatie van economisch beleid in het Eurogebied te versterken. De groep zal zich richten op de versterking van de begrotingsdiscipline enerzijds, en op de omgang met macro-economische onevenwichtigheden anderzijds. Daarnaast zal er worden nagedacht over hoe in de toekomst met landen in crisis moet worden omgegaan.

Financieel toezicht/financiële sector

Tijdens de tweede sessie van de informele Ecofin Raad stond regelgeving in de financiële sector geagendeerd. Hierbij is de voortgang besproken van lopende initiatieven van de Commissie. Daarnaast hebben ook Mario Draghi als voorzitter van de Financial Stability Board (FSB) en Gouverneur Nout Wellink in zijn hoedanigheid als voorzitter van het Basel Comité een presentatie gegeven over de voortgang van hun werkzaamheden. Tevens heeft Charles Wyplosz, professor Internationale Economie in Genève een presentatie gegeven over de problematiek rondom «too big to fail» en de systeemrisico’s die te grote instellingen kunnen veroorzaken.

De sessie begon met een korte discussie over een raamwerk voor crisis management. Hier is met name gesproken over het belang van crisis management en het risico van «too big to fail». Minister De Jager heeft namens Nederland benadrukt dat het belangrijk is dat het hele raamwerk voor Europees crisis management wordt verbeterd en versterkt. Dit geldt zowel op het gebied van crisispreventie en -oplossingen als op het gebied van burden sharing en internationale coördinatie. Met betrekking tot crisispreventie en -oplossingen heeft de minister aangegeven dat Nederland de minimumharmonisatie van maatregelen belangrijk vindt. Op het gebied van burden sharing heeft de minister benadrukt dat Nederland graag zou zien dat het verplicht wordt voor grote instellingen cross-border stability groups op te zetten.

Ondanks dat een brede discussie was voorzien over verschillende onderwerpen, is er met name van gedachten gewisseld over de voor- en nadelen van een bankenbelasting of een bankenheffing. Minister De Jager heeft aangegeven dat Nederland van mening is dat een bankenbelasting een goede maatregel kan zijn, waarbij internationale coördinatie essentieel is om een level playing field te behouden. Daarnaast benadrukte de minister dat er wat Nederland betreft gezamenlijk besloten moet worden tot de invoering van een bankenbelasting, maar dat het aan de lidstaten moet zijn om te besluiten wat zij met de opbrengsten willen doen. Daarnaast heeft de minister ook gewezen op het feit dat de cumulatieve effecten van verschillende maatregelen op de leencapaciteit van de sector goed moeten worden meegewogen. Als laatste punt heeft minister De Jager ingebracht dat Nederland het de moeite waard vindt om in Europees verband, behalve naar incrementele ook te kijken naar structurele maatregelen, zoals de Volcker rule die in de Verenigde Staten wordt besproken. Structurele maatregelen kunnen bijvoorbeeld worden overwogen met het oog op de systeemrisico’s die ontstaan door sterke concentratie in de financiële sector.

Er was onder de ministers brede steun om serieus na te denken over de mogelijkheden voor een bankenbelasting. Een belangrijk punt van aandacht bij een eventuele bankenbelasting is het gevaar van moral hazard. Een bankenbelasting, zeker als de inkomsten van de bankenbelasting in een fonds worden gestort, kan een gevoel van zekerheid creëren en juist meer risicovol gedrag van de sector teweeg brengen.

Alle lidstaten waren het er over eens dat het van groot belang is dat er eerst gedegen onderzoek moet worden gedaan naar het cumulatieve effect van alle mogelijke maatregelen zodat er voor de sector geen stapeling van maatregelen ontstaat die de economische groei belemmert. Ook de volgorde van de invoering van maatregelen is hierbij erg belangrijk. Voor alle maatregelen geldt dat hier op internationaal niveau afspraken over moeten worden gemaakt om optimale effectiviteit van beleid te kunnen bereiken en een level playing field te garanderen.

Naar boven