21 501-07
Raad voor Economische en Financiële Zaken

30 955
EU-trendrapport 2007

nr. 555
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG

Vastgesteld 19 maart 2007

De vaste commissie voor Financiën1 en de commissie voor de Rijksuitgaven2 hebben op 14 februari 2007 overleg gevoerd met viceminister-president, minister Zalm van Financiën over:

– de geannoteerde agenda van de Ecofin Raad d.d. 27 februari 2007 (21 501-07, nr. 549);

– rapporten van de Algemene Rekenkamer over de parallelle audit naar EU-structuurfondsen en het EU-trendrapport 2007 (30 955, nr. 1).

Van dit overleg brengen de commissies bijgaand beknopt verslag uit.

Vragen en opmerkingen uit de commissies

De heer De Nerée tot Babberich (CDA) zegt dat uit het verslag van de Eurogroep van 29 en 30 januari blijkt dat er brede consensus bestaat over maatregelen die het arbeidsaanbod voor de Eurolanden moet verhogen. Welke maatregelen heeft men op het oog?

Volgens het CBS bedroeg de economische groei in Nederland in 2006 2,9%, terwijl in de voorspellingen werd uitgegaan van 3,25%. Volgens de cijfers die naar Brussel zijn gezonden, is het EMU-saldo voor 2007 positief, namelijk 0,2%. In sommige voorspellingen wordt echter uitgegaan van een tekort van 0,2%. Wat zijn de actuele gegevens?

De voorzitter van de Europese Commissie Barroso heeft zich redelijk positief uitgelaten over het Nederlandse initiatief inzake de terugdringing van administratieve lasten. Zijn er plannen om een onafhankelijke instantie als Actal op te richten om dit soort zaken te toetsen? Staat de voorgenomen reductie van administratieve lasten in Europees verband met 25% los van de nationale doelstellingen van Nederland?

Er is geen goedkeurende verklaring afgegeven door de Europese Rekenkamer voor de begroting 2005. Dat is de twaalfde keer op rij dat dit niet is gebeurd. De heer Nerée tot Babberich vraagt de minister net als vorig jaar geen decharge te verlenen voor de begroting. Het is goed dat Nederland nastreeft om tot een nationale verklaring te komen, in tegenstelling tot enkele andere landen. Zijn er ontwikkelingen op dit terrein?

De Commissie was niet in staat om met een voorstel voor een richtlijn inzake clearing en settlement te komen. Eind oktober 2006 is een gedragscode tot stand gekomen die betrekking heeft op transparantie van en non-discriminatoire toetreding tot de aandelenmarkt. Er wordt echter niet verwacht dat deze code op korte termijn door iedereen zal worden nageleefd. Op welke wijze zou voortgang kunnen worden geboekt met de implementatie van deze code? Op basis waarvan wordt besloten om de werkingssfeer van de code verder uit te breiden? Vindt de minister het wenselijk om de werkingssfeer verder uit te breiden?

De heer Van Bommel (SP) vindt de bepalingen in de discussienota van het Duitse voorzitterschap over het Key Issues Paper erg algemeen. Wat houden punten als het bewaken van het langetermijnsucces van de Europese economische en monetaire unie en het versterken van de interne Europese markt concreet in? Er wordt gesproken over het volledig implementeren van de Lissabonstrategie. De minister van Buitenlandse Zaken heeft eens gezegd dat hij de Lissabonstrategie als zodanig een beetje dwaas vond en dat in elk geval het tijdpad niet al te serieus moet worden genomen. Wat vindt de minister van Financiën van deze opvatting?

In de landenspecifieke aanbevelingen in de globale richtsnoeren voor het economische beleid wordt gesteld dat Nederland zich moet richten op het verhogen van het arbeidsaanbod, in het bijzonder van oudere werknemers, vrouwen en kwetsbare groepen. Welk doel dient deze aanbeveling?

De voorstellen ter vermindering van de administratieve lasten zijn goed zolang zij geen nadelige consequenties hebben op het inzicht dat kan worden verkregen in de financiën. Dat inzicht laat op dit moment veel te wensen over. De maatregelen mogen ook niet ten koste gaan van het milieu, de hygiëne of de arbeidsvoorwaarden. Heeft er bij het maken van de voorstellen toetsing plaatsgevonden op deze zaken? Bij de items die versneld moeten worden ingevoerd, staat onder andere vermindering van het aantal voorwaarden ten aanzien van rapportage aan aandeelhouders in het geval van overname of splitsing van bedrijven. Hoe wordt in dat geval gegarandeerd dat aandeelhouders en ook overheden geen cruciale informatie mislopen? Er wordt ook voorgesteld om de administratieve lasten ten behoeve van statistieken te verlagen. Wat wordt er met die statistieken gedaan? Wie maakte gebruik van de informatie over tarieven en overeenkomsten in de transportsector? Welke invloed heeft het niet meer leveren van deze informatie op de transparantie in de transportmarkt? Welke invloed heeft het beperken van de voorwaarden voor onder andere bakkers en slagers ten aanzien van de voedselhygiëne? Moeten landen hier niet zelf over beslissen?

De heer Van Bommel vindt het onbegrijpelijk dat de concept-raadsconclusies een positief dechargeadvies bevatten aan het Europees Parlement over de begroting 2005. Er is immers voor de twaalfde achtereenvolgende maal geen goedkeurende verklaring afgegeven door de Europese Rekenkamer over de rechtmatigheid van de bestedingen. Ook de Algemene Rekenkamer stelt dat het inzicht in de rechtmatigheid van de bestedingen van Europese gelden binnen de EU nauwelijks is verbeterd. De vraag is of de door de Commissie voorgestelde verhoging van de betalingskredieten van 1,09% naar 1,14% van het bruto nationaal inkomen voor de komende zevenjaarsperiode moet worden geaccordeerd. Moet niet eerst duidelijkheid komen over de bestedingen voordat er meer kan worden uitgegeven? Het is teleurstellend dat in raadsconclusies niet expliciet wordt opgeroepen tot nationale initiatieven ter verbetering van het financiële beheer van Europese fondsen.

De gedragscode inzake clearing en settlement beoogt de concurrentie te bevorderen in de afwikkeling, levering en betaling van effectentransacties. Welke economische belemmeringen worden weggenomen voor grensoverschrijdende effectenafwikkeling? Welke afspraken zijn gemaakt over non-discriminatoire toetreding? Hoe wordt de afwikkeling van effecten veiliger en efficiënter?

De Algemene Rekenkamer heeft in het Trendrapport 2007 gewezen op de risico’s die zijn verbonden aan de wijze waarop Nederland omgaat met onregelmatigheden. De Europese Commissie heeft Nederland erop aangesproken dat het vaak heeft verzuimd om optredende onregelmatigheden te melden aan Brussel. Hoe heeft dit kunnen gebeuren? Het kabinet is voornemens om de ontdekking en melding van onregelmatigheden met structuurprogramma’s te verbeteren. Welke concrete stappen worden daartoe ondernomen? Het is niet duidelijk tot welk resultaat het EU-beleid in Nederland heeft geleid. Wat is de reactie van de minister op de bevinding van de Rekenkamer dat de verantwoording daarvan diffuus en onvolledig is? Komt hierin verbetering met het afgeven van een lidstaatverklaring?

In het Trendrapport wordt gesproken over mogelijk grote risico’s met betrekking tot programma’s die worden gefinancierd uit het Europees Fonds voor Regionale ontwikkeling. Het standpunt van de Commissie inzake het BTW-compensatiefonds is aanvechtbaar. Is hierover inmiddels duidelijkheid?

De heer Tony van Dijck (PVV) vraagt hoe betrouwbaar de gegevens van de stabiliteitsprogramma’s zijn en wie deze controleert. Welke maatregelen heeft de EU in petto om de kosten van de vergrijzing het hoofd te bieden? Moet hiervoor de EMU-schuldquote van 60% niet naar beneden worden bijgesteld?

Uit het Trendrapport 2007 blijkt dat het Verenigd Koninkrijk een deel van de afdracht aan de EU gecompenseerd krijgt vanwege het welvaartsverschil dat vroeger bestond tussen het Verenigd Koninkrijk en de overige lidstaten. Deze compensatie is inmiddels gedateerd. Krijgt het Verenigd Koninkrijk deze compensatie nog? Hoe hoog is deze? Waarom wordt deze compensatie niet teruggedraaid?

De Europese Rekenkamer heeft geen goedkeurende verklaring afgegeven voor de begroting over het jaar 2005 doordat er nog steeds te weinig inzicht bestaat in de rechtmatigheid van de besteding van EU-gelden. Slechts een derde van de bestedingen is rechtmatig te noemen. Waarom heeft de Europese Raad toch een positief dechargeadvies gegeven aan het Europees Parlement?

De Europese Rekenkamer is niet in staat naar behoren te functioneren doordat deze bestaat uit 27 leden die zijn afgevaardigd door de lidstaten. De kans op belangenverstrengeling is hierdoor groot waardoor het onmogelijk wordt om consensus te bereiken. Moet de Europese Rekenkamer niet bestuurlijk anders worden ingericht?

Nederland loopt een financieel risico doordat onregelmatigheden in structuurprogramma’s niet altijd worden gemeld aan Brussel. Met name de programma’s in het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling schieten tekort. Wat zijn de financiële risico’s? Welke acties overweegt de minister op dit terrein? Welke consequenties heeft het slechte presteren binnen de programma’s, ook voor andere lidstaten? Nederland loopt ook een financieel risico doordat de Europese Commissie het niet eens is met de wijze waarop Nederlandse gemeenten en provincies hun btw declareren. Kan de minister dit toelichten?

De heer Weekers (VVD) zegt dat lidstaten in de stabiliteitsprogramma’s en convergentierapporten worden ingedeeld in risicocategorieën. Hoe moeten deze categorieën worden geduid? Hoe kwalificeert de minister de toestand in Italië, onder andere met het oog op de hoogte van de staatsschuld?

Het is teleurstellend dat er nog geen concept-raadsconclusie is opgesteld ten aanzien van de reductie van administratieve lasten. In de geannoteerde agenda staat dat de Commissie streeft naar een administratieve lastenverlichting van 25%, maar deze zou dan moeten gelden voor Europa en de lidstaten samen. Nederland heeft aangetekend dat de Commissie zich niet afhankelijk mag stellen van de resultaten in de lidstaten. De doelstelling moet zijn dat de Europese regels netto met 25% worden verminderd. In de geannoteerde agenda ontbreekt de expliciete notie dat er een Europese Actal moet komen. Hiervoor schijnt al een paar miljoen euro te zijn gereserveerd. Wordt hier aandacht aan geschonken in de komende Ecofin en zullen er knopen worden doorgehakt op dit terrein?

De afgelopen twaalf jaar heeft de Rekenkamer geen goedkeurende verklaring afgegeven over de begroting. De Raad moet derhalve niet te lichtvaardig tot een positief oordeel komen. Het ontbreken van de goedkeuring is niet alleen de Europese Commissie te verwijten, maar ook de lidstaten. Lang niet alle lidstaten zijn echter enthousiast over het afgeven van een nationale verklaring. Nederland heeft als eerste lidstaat de resolutie van het Europees Parlement op dit terrein in daden omgezet. Volgens een lid van het Europees Parlement zijn in het kader van de financiële perspectieven 2007 afspraken gemaakt tussen het Europees Parlement en de Raad over het afgeven van nationale verklaringen. Wellicht moet de Europese Commissie dit met een beroep op de financiële perspectieven en artikel 2a expliciet afdwingen. Kan de minister daarop aandringen, ook bij ministers van Financiën van andere lidstaten?

In het kader van het afscheid van minister Zalm, wil de heer Weekers graag weten wat hij nog zou wensen met betrekking tot het financiële beheer van Europa.

Antwoord van de minister

De minister zegt dat de maatregelen ter verhoging van het arbeidsaanbod niet zijn gespecificeerd. Dit wordt overgelaten aan de lidstaten. Ook op Europees niveau treedt verkrapping van de arbeidsmarkt op. Het CBS constateert een accelererende groei van de werkgelegenheid in Nederland.

De aan Brussel geleverde gegevens over het Nederlandse tekort sluiten aan op de Miljoenennota. De Kamer zal binnenkort worden geïnformeerd over de inzichten over 2006 en de verwachtingen voor 2007. Er is waarschijnlijk nog sprake van een klein overschot op het EMU-saldo. De uitgaven uit het FES-fonds zijn hierin meegenomen.

De Europese Commissie moet goed worden vastgenageld op de doelen die worden nagestreefd met betrekking tot de vermindering van administratieve lasten. Het is niet de bedoeling dat er een percentage van 25 wordt vastgesteld voor alle lidstaten. Dat past ook niet binnen het subsidiariteitsbeginsel. De Commissie moet een doel worden meegegeven voor de administratieve lasten die voortvloeien uit Europese wet- en regelgeving. Die moeten omlaag. Als wordt besloten om bepaalde wet- en regelgeving te laten vervallen, staat lidstaten niets in de weg om deze te handhaven. Vermindering van het aantal regels geeft lidstaten de ruimte om administratieve lasten te beperken.

Er is weinig animo voor het oprichten van een Europese Actal. Het is goed dat er nu binnen de Europese Commissie een unit is die beoordelingen maakt. Er is dus sprake van enige vooruitgang, al gaat het niet snel. In Nederland is al veel bereikt door het afschaffen van overbodige en inefficiënte regelgeving. Naarmate de reductie verder vordert, zullen politieke afwegingen een belangrijkere rol gaan spelen.

Nederland heeft vorig jaar tegen het verlenen van decharge gestemd voor de begroting. Als Nederland dat elk jaar doet, verzwakt dat de positie bij bijvoorbeeld het formuleren van raadsconclusies. Daarom zal de minister zijn opvolger adviseren om dit jaar wel voor te stemmen. Het Verenigd Koninkrijk en Denemarken gaan ook een nationale verklaring invoeren en enkele andere lidstaten hebben interesse getoond. Als een groep van landen laat zien dat het echt kan, kan er meer druk ontstaan op andere lidstaten om hierin mee te gaan. Er is echter nog steeds sprake van weerstand op dit terrein bij verschillende lidstaten. Overigens zijn bij de financiële perspectieven geen afspraken met het Europees Parlement gemaakt over de nationale verklaring.

Er is een gedragscode opgesteld met betrekking tot clearing en settlement. Het is de bedoeling dat deze gedragscode leidt tot vergroting van de keuzemogelijkheden. De Commissie zal de naleving monitoren. Er is nu begonnen met de aandelen, de belangrijkste categorie. Wellicht wordt de werkingssfeer in de toekomst uitgebreid tot obligaties. De gedragscode kan ertoe leiden dat settlementinstellingen hun diensten niet meer alséén pakket mogen verkopen, maar dat gebruikers op individuele onderdelen voor verschillende afwikkelkanalen kunnen kiezen. In de code is ook geregeld dat instellingen in heel Europa alles kunnen settelen. De Europese Centrale Bank (ECB) heeft de gedachte ontwikkeld om een door hen georganiseerde settlement op te zetten, de zogenaamde Target 2 Securities. De redenering is dat dit een zaak is van de ECB omdat alles in euro’s wordt afgewikkeld. De vraag is of dit het geval is en of dit niet door de markt kan worden opgelost. Er zijn op korte termijn geen ingrijpende zaken te verwachten op dit terrein.

De bepalingen in het Key Issues Paper zijn inderdaad vrij algemeen. Het tijdpad van de Lissabonstrategie is te ambitieus. Er zitten in deze strategie echter wel enkele inhoudelijk belangrijke punten met betrekking tot bijvoorbeeld het concurrerender maken van Europa. Met betrekking tot statistieken zijn nog veel efficiencyslagen te maken. Er is sprake van veel dubbele registratie.

Vrijwel alle aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer zullen worden opgevolgd. De Rekenkamer wil dat de nationale geldstromen niet alleen in de nationale verklaring worden opgenomen, maar ook in de begroting. Die aanbeveling zal niet worden opgevolgd. De minister is de Algemene Rekenkamer erkentelijk voor de bereidheid om mee te werken aan de totstandkoming van een nationale verklaring en het gebruiken van de Europese normen. De Rekenkamer zal dit document niet naar Brussel zenden, want dat moet de regering doen. Door de nationale verklaring wordt ook het toezicht op de verschillende fondsen meer gecentraliseerd. De audit komt bij Financiën terecht. Hierdoor kan Financiën scherper zijn op het tijdig melden van fouten. Het is van belang om dat goed te doen, zodat tijdig kan worden ingegrepen.

Er is gevraagd wie de stabiliteitsprogramma’s en de convergentieprogramma’s controleert. De Commissie let nu scherp op de juistheid van de door lidstaten geleverde gegevens. Daarnaast stelt zij jaarlijks een verklaring op waarin wordt aangegeven of de lidstaten daadwerkelijk hebben gedaan wat is gevraagd. De voortgang wordt jaarlijks geactualiseerd. Deze zaken komen aan de orde in de Ecofin en de Eurogroep.

De minister hoopt dat Europa niets aan de vergrijzing gaat doen, omdat hij vindt dat dit een zaak is van de lidstaten. De analyses over de stand van zaken op dit terrein in de verschillende lidstaten zijn wel zinvol. Nederland is op dit terrein redelijk gevorderd. Voor het verlagen van de schuldquote van 60% is een verdragswijziging nodig. Verlaging van de schuldquote is niet nodig om de discussie over de vergrijzing en duurzame overheidsfinanciën goed te kunnen voeren. Het Economic Policy Committee heeft onder Nederlands voorzitterschap in kaart gebracht wat de tekorten en schulden zijn met betrekking tot de vergrijzing. De kosten van de vergrijzing zijn nu ook een vast onderdeel van de stabiliteitsprogramma’s en de beoordeling daarvan.

De heer Van Dijck vroeg naar de korting die het Verenigd Koninkrijk krijgt, the British rebate. Deze korting is vastgelegd in een verdrag. Er is geprobeerd om het verdrag op dat punt te wijzigen, maar dat is niet gelukt doordat dit bij unanimiteit moet gebeuren. Het volledig terugdraaien van de rebate stuit op een veto van het Verenigd Koninkrijk. In de laatste onderhandelingen is wel succes geboekt, want het Britse rebate wordt lager en Nederland heeft een eigen rebate gekregen van 1 mld.

De samenstelling van de Europese Rekenkamer zou bij een eventuele komende verdragswijziging aan de orde moeten worden gesteld. Er zou moeten worden gekozen voor een andere structuur met een beperkt aantal leden in het college. De leden zouden kunnen rouleren waarbij wordt gelet op de geografische diversiteit, zoals ook bij de ECB is gebeurd.

Om het voor gemeenten en provincies mogelijk te maken om een goede afweging te maken tussen in- en uitbesteden, is de regel dat zij de btw kunnen declareren bij het BTW-compensatiefonds. Tegelijkertijd zijn het Provinciefonds en het Gemeentefonds gekort. Er is dus geen sprake van een budgettair voordeel voor gemeenten, provincies of het Rijk. De Europese Commissie stelt zich op het standpunt dat gemeenten en provincies geen btw meer kunnen claimen bij Europa omdat zij het al hebben gedeclareerd bij het BTW-compensatiefonds. Zij vergeet daarbij dat de gehele operatie budgettair neutraal is verlopen en de provincies en gemeenten er geen budgettair voordeel van hebben gehad. Daarom is Nederland van mening dat wel btw kan worden gedeclareerd in Brussel. Dit dispuut loopt. Als Nederland het verliest, moet de declaratiesystematiek opnieuw worden bezien.

De indeling in risicocategorieën wordt een beetje op de hand gewogen. Deze geven een indicatie van de positie van landen.

De minister heeft als wens dat de standaard wordt dat er een goedkeurende verklaring wordt afgegeven door de Europese Rekenkamer van de Europese begroting. Hij vindt het een schande dat dit al twaalf jaar niet is gebeurd.

Nadere gedachtewisseling

De heer De Nerée tot Babberich (CDA) vraagt of de Kamer het Primarolo-rapport ter vertrouwelijke inzage kan krijgen.

De heer Van Bommel (SP) vindt de opstelling van de minister ten aanzien van het advies inzake de goedkeuring van de decharge met betrekking tot de begroting te pragmatisch. De voorgestelde verhoging van het betalingskrediet is niet acceptabel zo lang er onvoldoende inzicht is in de bestedingen.

De heer Tony van Dijck (PVV) vraagt of de minister ook van mening is dat de bijdrage van de lidstaten aan de EU moeten worden beperkt tot een percentage van het bbp in plaats van uit een combinatie van een percentage van de btw-afdracht, een percentage van de eigen middelen en een percentage van het bbp. Wat is de visie van de minister op de gevolgen van de arbeidsmigratie binnen de EU, bijvoorbeeld van Polen?

De heer Weekers (VVD) zegt dat hem ter ore is gekomen dat de rechtsbasis voor het afdwingen van nationale verklaringen kan worden gevonden in artikel 2a en het financieel reglement en dat de financiële perspectieven op losse schroeven zouden komen te staan als hier niet aan wordt voldaan. Hij zal hier nadere informatie over inwinnen. De houding van Nederland op dit terrein is in elk geval buitengewoon constructief. De afwegingen om toch decharge te verlenen ten aanzien van de begroting zijn begrijpelijk. Het verlenen van decharge zou echter wel kunnen worden ingezet om steviger raadsconclusies af te dwingen op dit terrein.

De minister zegt dat het Primarolo-rapport deze week vertrouwelijk beschikbaar zal worden gesteld aan de Kamer. Eventuele conclusies van de Ecofin zullen openbaar beschikbaar zijn.

De vraag is of er een Nederlandse minister aanwezig zal zijn bij de Ecofin Raad, aangezien het nieuwe kabinet waarschijnlijk pas 22 februari zal aantreden. Dat maakt de discussie over de decharge extra lastig. Nederland zal zich uiteraard wel uiterst kritisch uitlaten over het ontbreken van de goedkeurende verklaring en het gebrek aan hardheid in de raadsconclusies.

De betalingskredieten zijn een afgeleide van de financiële perspectieven. Er wordt ieder jaar met enkele ander lidstaten bij de vaststelling van de jaarbegroting geprobeerd om deze zo laag mogelijk te houden. De kasbedragen worden echter vastgesteld bij gekwalificeerde meerderheid. De Nederlandse regering vindt financiering van de EU op basis van het bbp te prefereren.

Met betrekking tot arbeidsmigratie zijn er twee tendensen zichtbaar. De welvaart in bijvoorbeeld Polen neemt toe. Daardoor neemt de neiging van Polen om elders werk te zoeken af. Er wordt zelfs gesproken over schaarste van arbeidskrachten in Polen. Aan de andere kant ontstaat in de lidstaten waar Poolse arbeidskrachten gaan werken extra arbeidsaanbod. Als de economie oververhit dreigt te raken, zoals in Nederland mogelijk zou kunnen gebeuren, is dat extra arbeidsaanbod niet alleen negatief te kwalificeren. Het kan een gunstig effect hebben op de economie, zeker als het tijdelijk arbeidsaanbod betreft.

De minister zal zich verdiepen in de door de heer Weekers genoemde mogelijkheid om nationale verklaringen af te dwingen. Hij betwijfelt of dit mogelijk is. Zelfs als er een juridische grondslag is, is het de vraag of de Commissie dit eenzijdig zal afdwingen gezien de weerstand in een groot aantal lidstaten.

De fungerend voorzitter van de vaste commissie voor Financiën,

Tichelaar

De voorzitter van de vaste commissie voor Rijksuitgaven,

Dezentjé-Hamming

De griffier van de vaste commissie voor Financiën,

Vente


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van der Vlies (SGP), Crone (PvdA), Vendrik (GroenLinks), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), ondervoorzitter, Weekers (VVD), Tichelaar (PvdA), voorzitter, Gerkens (SP), Van Vroonhoven-Kok (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Smeets (PvdA), Dezentjé Hamming (VVD), Omtzigt (CDA), Koşer Kaya (D66), Irrgang (SP), Luijben (SP), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Cramer (ChristenUnie), Jules Kortenhorst (CDA), Van der Burg (VVD), Tony van Dijck (PVV), Heerts (PvdA), Vermeij (PvdA), Gesthuizen (SP) en Ouwehand (PvdD).

Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Van Dam (PvdA), Halsema (GroenLinks), Remkes (VVD), Koopmans (CDA), Aptroot (VVD), Van der Veen (PvdA), Van Gerven (SP), Jan de Vries (CDA), Roland Kortenhorst (CDA), Koenders (PvdA), De Krom (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Pechtold (D66), Kant (SP), Ulenbelt (SP), Haverkamp (CDA), Rouvoet (ChristenUnie), Mastwijk (CDA), Schippers (VVD), De Roon (PVV), Kalma (PvdA), Spekman (PvdA), Van Gijlswijk (SP) en Thieme (PvdD).

XNoot
2

Samenstelling:

Leden: Van der Vlies (SGP), Crone (PvdA), Vendrik (GroenLinks), Kant (SP), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), Weekers (VVD), Van Vroonhoven-Kok (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Aptroot (VVD), Dezentjé Hamming (VVD), voorzitter, Omtzigt (CDA), Koşer Kaya (D66), Irrgang (SP), Van der Veen (PvdA), Van Gerven (SP), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Cramer (ChristenUnie), Jules Kortenhorst (CDA), Tony van Dijck (PVV), Heerts (PvdA), Gesthuizen (SP) en Ouwehand (PvdD).

Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Depla (PvdA), Van Gent (GroenLinks), Roemer (SP), Van der Burg (VVD), Koopmans (CDA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Jan de Vries (CDA), Roland Kortenhorst (CDA), Van Beek (VVD), Boekestijn (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Van der Ham (D66), Gerkens (SP), Vermeij (PvdA), Van Gijlswijk (SP), Haverkamp (CDA), Anker (ChristenUnie), Mastwijk (CDA), De Roon (PVV), Luijben (SP), Thieme (PvdD), Besselink (PvdA) en Dijsselbloem (PvdA).

Naar boven