21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 1482 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 januari 2018

Tijdens het AO Ecofin van 18 januari heeft uw Kamer gevraagd wat ik vind van helikoptergeld, de verdelingseffecten ervan en of dit is toegestaan binnen de Europese verdragen. Ik heb toen al aangegeven dat het direct opkopen van staatsobligaties door de ECB in strijd is met het verdrag betreffende de werking van de EU maar tevens toegezegd uw Kamer nog een toelichting te sturen.

Helikoptergeld is een theoretisch concept dat in veel verschillende, vaak onuitgewerkte, vormen wordt voorgesteld. Daarom is het lastig uitspraken te doen over de werking en over de rechtsgeldigheid ervan. Het is waarschijnlijk dat alle verschillende vormen aanlopen tegen boekhoudkundige, operationele en juridische obstakels.1

De meest genoemde theoretische vormen van helikoptergeld zouden onderverdeeld kunnen worden in:

  • 1. Helikoptergeld via nationale overheden.

  • 2. Helikoptergeld dat de centrale bank direct aan burgers geeft, bijvoorbeeld door direct geld op de rekening van burgers te storten.

Bij helikoptergeld via overheden wordt meestal gedoeld op een variant waarbij de centrale bank staatsobligaties opkoopt op de primaire markt en deze vervolgens direct afschrijft. Zo maakt de centrale bank verlies maar stijgt de staatsschuld van een land niet direct. Het verstrekken van helikoptergeld via nationale overheden stuit echter op het verbod op monetaire financiering (art. 123 VWEU). Het rechtstreeks kopen van schuldbewijzen van overheden door de ECB of nationale centrale banken of het verlenen van voorschotten in rekening-courant of andere kredietfaciliteiten bij de ECB of nationale centrale banken is binnen het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU) namelijk niet toegestaan.

Helikoptergeld waarbij de centrale bank direct geld geeft aan burgers is in Europese verdragen niet expliciet verboden dan wel toegestaan. Wel stuit dit mogelijk ook op het verbod op monetaire financiering als de centrale bank hiermee een taak van de centrale overheid financiert.

Ik wil benadrukken dat het toepassen van enige vorm van helikoptergeld in de eurozone nooit aan de orde is geweest. ECB-president Draghi heeft aangegeven dat het concept nooit besproken is binnen de bestuursraad van de ECB.2In algemene zin acht het kabinet beleid gericht op verdelingseffecten en het zo nodig verstrekken van middelen aan burgers een primaire taak van de overheid en niet van de centrale bank.

Een essentieel verschil tussen helikoptergeld en kwantitatieve verruiming is dat het eurosysteem bij kwantitatieve verruiming geen geld schenkt, maar financiële activa aankoopt en daarvoor tijdelijk geld in de economie injecteert (de balans van de centrale bank wordt tijdelijk verlengd). Die activa kunnen later weer verkocht worden of ze worden aan het einde van de looptijd automatisch afgelost, waarbij de centrale bank eventueel de opbrengst tijdelijk kan herinvesteren om de balans nog enige tijd langer te verlengen. In het geval van helikoptergeld wordt er letterlijk geld geschonken, wat zodoende leidt tot verliezen voor het eurosysteem (de balans van de centrale bank wordt niet verlengd en het gaat direct ten laste van het vermogen van de centrale bank). Verliezen voor de centrale bank hebben via de winstafdracht van de centrale bank aan de nationale overheid, of eventueel zelfs via een vereiste kapitaalbijstorting door de nationale overheid, een effect op de begroting van nationale overheden. Helikoptergeld is dus geenszins gratis.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra


X Noot
1

Zie ook een brief van de ECB aan het Europees parlement van 18 april 2016 over dit onderwerp: http://www.ecb.europa.eu/pub/pdf/other/160421letter-demasi.en.pdf

Naar boven