21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 1280 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juli 2015

Op 5 juli jl. vond in Griekenland een referendum plaats over documenten (gedateerd op 25 juni jl.) met hervormingsvoorstellen van de instituties ten behoeve van het inmiddels verlopen Griekse leningenprogramma. Ik heb kennis genomen van de voorlopige uitslag van het referendum, waarbij een meerderheid heeft gestemd tegen de voorliggende documenten. Met deze brief informeer ik u, mede namens de Minister-President en de Minister van Buitenlandse Zaken over de Eurogroep en Eurozonetop van 7 juli. Tevens voldoe ik hiermee aan het verzoek van het lid Omtzigt van heden tot een appreciatie van de gevolgen van het Griekse «Nee» en de inzet van de Nederlandse regering in de Eurogroep en in de Eurozonetop.

Het kabinet heeft kennis genomen van de uitslag en constateert dat deze de situatie rond Griekenland ingewikkelder maakt. De Griekse regering zal moeten aangeven hoe men met de uitslag van het referendum om wil gaan. De Eurogroep houdt op 7 juli een ingelaste vergadering om te spreken over de gevolgen van de uitslag van het referendum in Griekenland. Na de Eurogroep zal tevens op 7 juli een Eurozonetop plaatsvinden waar de politiek leiders over de ontstane situatie zullen praten.

De inzet van het kabinet is en blijft om tot een geloofwaardige oplossing te komen voor zowel Griekenland als de Eurozone als geheel. Nederland blijft derhalve open staan voor samenwerking met Griekenland, mede in het belang van de Griekse bevolking zelf. De Griekse regering zal echter de verantwoordelijkheid moeten nemen om op basis van strikte afspraken de overheidsfinanciën op orde te brengen en de noodzakelijke hervormingen door te voeren om terug te komen op een pad naar duurzame groei. Hierbij zullen de voorstellen van de Griekse Autoriteiten – als ze er voor kiezen om de aanvraag voor een nieuw programma door te zetten – worden bezien in het kader van de afspraken die gelden voor een ESM-programma en de strikte conditionaliteiten die daarbij horen.

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem