21 501-04 Ontwikkelingsraad

Nr. 289 MOTIE VAN HET LID BAMENGA C.S.

Voorgesteld 15 mei 2025

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat uit het recente IPC-rapport blijkt dat de gehele bevolking van Gaza risico loopt op hongersnood indien niet per direct onbelemmerd humanitaire hulp wordt toegelaten;

overwegende dat de huidige blokkade neerkomt op een ernstige schending van het internationaal humanitair recht, zoals recentelijk ook door de regering

is erkend;

overwegende dat het door Israël aangekondigde plan om humanitaire «bubbels» onder militair gezag te creëren, de hulpverlening onder directe militaire controle stelt;

overwegende dat dit plan de neutraliteit, onpartijdigheid en onafhankelijkheid van humanitaire hulpverlening ondermijnt, de humanitaire principes die de Minister eerder zelf heeft onderschreven, en het risico vergroot dat noodhulp wordt gepolitiseerd en ingezet als middel van druk of zelfs etnische zuivering;

verzoekt de regering om zich tijdens de eerstvolgende Raad Buitenlandse Zaken Ontwikkelingssamenwerking nadrukkelijk en fel uit te spreken tegen het Israëlische plan om noodhulp onder militair gezag te plaatsen, en om zich binnen de Europese Unie actief in te zetten voor een gezamenlijke veroordeling van elke vorm van politisering of conditionering van humanitaire hulp in Gaza,

en gaat over tot de orde van de dag.

Bamenga

Hirsch

Teunissen

Ceder

Naar boven