21 501-04 Ontwikkelingsraad

Nr. 203 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 december 2017

Hierbij bied ik u het verslag aan van de Raad Buitenlandse Zaken Ontwikkelingssamenwerking van 11 december 2017.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag

VERSLAG RAAD BUITENLANDSE ZAKEN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING VAN 11 december 2017

AU-EU Top

De ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van de EU lidstaten blikten tijdens de Raad Buitenlandse Zaken in een gezamenlijke sessie terug op de AU-EU Top, die plaatsvond op 29 en 30 november jl. in Abidjan, Ivoorkust.

De Hoge Vertegenwoordiger (HV) en de Commissaris voor Ontwikkelingssamenwerking toonden zich in grote lijnen tevreden over het verloop en de uitkomsten van de Top. Op de Top is uitgebreid gesproken over het stimuleren van private investeringen in Afrika om de economische groei te bevorderen. Dit moet leiden tot betere perspectieven en meer banen voor met name jongeren. Dat de Top niet alleen over de jeugd was gegaan, maar dat daaraan ook jeugdvertegenwoordigers hadden deelgenomen achtten zij van bijzonder belang. Nu kwam het aan op de opvolging van de gemaakte afspraken, zoals vervat in de slotverklaring, zo onderstreepten de HV en Commissaris voor Ontwikkelingssamenwerking, en een groot aantal lidstaten.

De HV en de lidstaten waren ingenomen met het feit dat op de Top op het hoogste politieke niveau was gesproken over migratie, een thema dat zowel het Afrikaanse als het Europese continent raakt. De HV en enkele lidstaten waren verheugd dat migratie de Top niet had gedomineerd en dat er een balans was gevonden tussen aandacht voor de positieve kanten van legale migratie en de herbevestiging in de Slotverklaring van de internationale verplichtingen van Afrikaanse landen op het terrein van terugname van landgenoten die niet rechtmatig verblijven in andere landen. Verscheidene lidstaten benadrukten het specifieke belang van de gezamenlijke verklaring en de oprichting van een AU-EU-VN Taskforce naar aanleiding van de schrijnende situatie in Libië. De HV memoreerde in dit verband dat ondersteunde vrijwillige terugkeer vanuit Libië in de weken na de Top reeds zeer was toegenomen. Een enkele lidstaat onderstreepte het belang van blijvende aandacht voor de aanpak van mensensmokkelaars.

Lidstaten betuigden hun instemming met de aandacht voor intensivering van de samenwerking op het terrein van vrede en veiligheid. De Commissaris voor Ontwikkelingssamenwerking bevestigde te verwachten dat nadere afspraken hierover in de komende maanden zullen kunnen worden vastgelegd in een Memorandum of Understanding.

Enkele lidstaten waren verheugd dat op en rondom de Top aandacht was besteed aan investeringen in (toegankelijkheid van) seksuele en reproductieve gezondheid en rechten, al hadden sommige lidstaten gehoopt dat ten aanzien van dit onderwerp meer voortgang was geboekt.

De HV en de Commissaris voor Ontwikkelingssamenwerking maakten van de gelegenheid gebruik kort vooruit te blikken op het ontwerpmandaat voor de onderhandelingen tussen de EU en de landen van de ACP-groep (landen in Afrika, de Cariben en het Pacific gebied) over een opvolger van het huidige Cotonou-verdrag. Op 12 december hebben zij een ontwerpraadsbesluit over het mandaat aan de Raad voorgelegd. Het ontwerpraadsbesluit is openbaar. Uw kamer zal worden geïnformeerd over de voorgenomen inzet van het kabinet in de bespreking van het ontwerpmandaat door middel van een BNC-fiche. De HV beoogt eerste gedachtewisselingen over het ontwerpmandaat tijdens de Raad van ministers van Buitenlandse Zaken op 22 januari 2018 en de informele Raad van ministers van Ontwikkelingssamenwerking op 20 februari 2018. Enkele lidstaten onderstreepten in reactie het belang regionale organisaties, in het bijzonder op het Afrikaanse continent, nauw bij het nieuwe akkoord te betrekken alsook om onder andere Noord-Afrikaanse landen in de gelegenheid te stellen op een of andere manier bij het akkoord aan te sluiten.

Aid for Trade

De ministers voor Ontwikkelingssamenwerking spraken vervolgens over de op 13 november jl. verschenen Mededeling van de Commissie «Welvaart via handel en investeringen; Actualisering van de gezamenlijke EU-strategie inzake hulp voor handel van 2007»1. Met de Mededeling brengt de Commissie haar inzet op hulp en handel in lijn met de ontwikkelingen van de afgelopen jaren, waaronder de aanname van de EU Consensus on Development 2 en het Parijs Akkoord.

De HV en de Commissaris van Ontwikkelingssamenwerking stelden vast dat Hulp voor Handel de afgelopen jaren heeft bijgedragen aan het verbeteren van de handel- en productiecapaciteit van veel ontwikkelingslanden. De EU was weliswaar met voorsprong de grootste verschaffer van Hulp voor Handel, maar dat betekende zeker niet dat we nu op onze lauweren kunnen rusten, onderstreepten de HV en de Commissaris, vandaar de Mededeling over de actualisering van de EU-strategie.

Lidstaten waren zonder uitzondering positief over de nieuwe strategie. Zij benadrukten het belang van Hulp voor Handel als motor voor economische groei, mits de strategie is afgestemd op de specifieke noden van het ontvangende land. Ook het feit dat de nieuwe Hulp voor Handel Strategie zich blijft richten op nauwe samenwerking tussen de publieke en private sector werd verwelkomd. Daarnaast werd opgemerkt dat hulp en handel een belangrijke bijdrage kan leveren aan het tegengaan van de grondoorzaken van armoede en migratie. Lidstaten waren positief over de focus op de minst-ontwikkelde landen en fragiele staten, alsook over de specifieke aandacht voor de rol van vrouwen.

De Raad nam tenslotte raadsconclusies aan over de Mededeling3.

EU Development Bank

De Hoge Vertegenwoordiger informeerde de lidstaten dat zij voornemens is het idee van de voorzitter van de Europese Investeringsbank Hoyer voor het opzetten van een Europese ontwikkelingsbank inhoudelijk wil bespreken tijdens de Raad van ministers van Buitenlandse Zaken op 22 januari 2018 en de informele Raad van ministers van Ontwikkelingssamenwerking op 20 februari 2018. Uw Kamer gaat hierover voordien een aparte brief toe.

Tenslotte doe ik via dit verslag mijn toezegging tijdens het Algemeen Overleg ter voorbereiding van de Raad gestand om terug te komen op de ogenschijnlijke daling van het EU ontwikkelingssamenwerkingsbudget in 2018. Het budget op de EU-begroting voor het Ontwikkelingssamenwerkingsinstrument (DCI) voor 2017 werd met ca EUR 460 miljoen opgehoogd ten behoeve van migratie. Deze ophoging werd mogelijk doordat in de evaluatie van het Meerjarig Financieel Kader in 2016 was gebleken dat er voldoende onbenutte marges waren in de EU-begroting. Het DCI budget voor 2018 is niet opgehoogd. Daardoor lijkt sprake van een daling ten opzichte van 2017. De Commissie heeft nog geen voorstel gedaan voor de financiering van een mogelijke tweede tranche onder de Faciliteit voor Vluchtelingen in Turkije (FRIT).


X Noot
1

COM(2017) 667

X Noot
2

De nieuwe Europese consensus inzake ontwikkeling: Onze wereld, onze waardigheid, onze toekomst (Publicatieblad van de Europese Unie, 2017/ 2010/01)

Naar boven