21 501-02
Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

nr. 953
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 maart 2010

Gezien de aanpassing van de agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) door de Hoge Vertegenwoordiger, bied ik u hierbij een aanvulling aan op de eerder verstuurde geannoteerde agenda.

Afghanistan is aan de agenda toegevoegd. De onderwerpen China en Iran zullen bij deze bijeenkomst niet aan de orde komen.

De minister van Buitenlandse Zaken,

M. J. M. Verhagen

AANVULLING OP DE GEANNOTEERDE AGENDA VOOR DE RAAD BUITENLANDSE ZAKEN

Afghanistan

Aan de agenda van de Raad Buitenlandse Zaken is de situatie in Afghanistan toegevoegd. De Raad zal spreken over de voortgang van het politieke proces, vooruitkijkend naar de vredes-jirga over re-integratie en reconciliatie (eind april/begin mei), de Kaboel-conferentie (mei/juni) en de parlementsverkiezingen (18 september). De Hoge Vertegenwoordiger is voornemens in april over de implementatie van het in oktober jl. aangenomen EU-actieplan voor Afghanistan en Pakistan aan de Raad te rapporteren.

Tijdens de Afghanistan-conferentie in Londen van 28 januari jl. is overeenstemming bereikt over het nastreven van een overdracht van verantwoordelijkheden aan de Afghaanse overheid. De regering meent dat de EU een actieve rol moet spelen bij de implementatie van de resultaten van de Londen-conferentie. Daarbij zal wat Nederland betreft de nadruk moeten liggen op goed bestuur, mensenrechten, rule of law en corruptiebestrijding.

De Afghaanse regering zal alles in het werk moeten stellen om de parlementsverkiezingen in september beter te laten verlopen dan de presidentsverkiezingen van vorig jaar. De aandacht van de Afghaanse regering zal moeten uitgaan, conform de belangrijkste aanbevelingen van de EU na afloop van de presidentsverkiezingen, naar een evenwichtige samenstelling van de kiescommissie en internationale betrokkenheid bij de klachtencommissie. President Karzai zou op 13 maart jl. hebben besloten om twee buitenlanders toe te laten tot de klachtencommissie. Details over hun rol en benoemingswijze zijn echter nog niet bekend.

Nederland zal in de Raad inbrengen dat een rol van de internationale gemeenschap noodzakelijk is bij de voorbereiding van de parlementsverkiezingen. De regering zal het belang van voortgang bij de opvolging van de EU aanbevelingen over de kies- en klachtencommissie blijven onderstrepen.