21 501-02
Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

nr. 951
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 maart 2010

Gaarne bied ik u hierbij de geannoteerde agenda aan van de Raad Algemene Zaken en de Raad Buitenlandse Zaken van 22 maart 2010.

De minister van Buitenlandse Zaken,

M. J. M. Verhagen

GEANNOTEERDE AGENDA VAN DE RAAD ALGEMENE ZAKEN EN DE RAAD BUITENLANDSE ZAKEN VAN 22 MAART 2010

I. Raad Algemene zaken

Voorbereiding Europese Raad van 25 en 26 maart, Europese Raadsconclusies

De Raad zal de conceptconclusies bespreken van de Europese Raad (ER) van 25 en 26 maart a.s. Op het moment van schrijven waren de conceptconclusies nog niet beschikbaar. Er staan twee onderwerpen geagendeerd voor de Europese Raad, te weten de nieuwe Europese strategie voor groei en banen («de Europa 2020-strategie») en klimaatverandering. De Nederlandse inzet ten aanzien van de strategie voor groei en banen zal zijn langs de lijnen van het kabinetsstandpunt aangaande de Commissiemededeling over de «Europa 2020-strategie» van 3 maart jl., dat uw Kamer spoedigst zal toegaan.

Follow-up klimaatdiscussie RAZ 22 februari jl.

Het Voorzitterschap heeft een vervolgdiscussie geagendeerd over het klimaatdebat dat plaatshad in de Raad Algemene Zaken (RAZ) van 22 februari 2010 jl. Dit ter voorbereiding van de aanstaande Voorjaars-ER. De behandeling van dit agendapunt zal zich naar verwachting richten op het in samenhang bespreken van de resultaten van de verscheidene vakraden (Milieuraad 15 maart, ECOFIN 16 maart), mede in het licht van de zojuist verschenen Commissiemededeling. Uitkomsten van de discussie in de RAZ kunnen dienen als inbreng voor de uitgestelde discussie over het klimaatproces in de Europese Raad. De Nederlandse inzet zal zich richten op het omzetten van discussie in daden: het op gang brengen van de vroege financiering, het opzetten van structurele Europese klimaatdiplomatie en het waar mogelijk versterken van de politieke eenheid van de EU in de internationale onderhandelingen.

EDEO

De RAZ zal waarschijnlijk een oriënterende discussie voeren over de Europese Dienst voor het Externe Optreden (EDEO). Over de stand van zaken van de voorbereiding van de EDEO is uw Kamer geïnformeerd in het verslag van het Gymnich-overleg van de ministers van Buitenlandse Zaken van 5 en 6 maart jl., dat u op 8 maart jl. toeging. De besprekingen dienen om een impuls te geven aan de voortgang van de voorbereiding van de EDEO langs de lijnen van de door de ER van oktober geaccordeerde richtsnoeren voor het EDEO-oprichtingsbesluit. Voor de regering staat voorop dat het Raadsbesluit over EDEO zorgvuldig moet zijn, voldoende draagvlak moet hebben onder de lidstaten en instellingen alsook alle relevante elementen, waaronder budget, organisatiestructuur en personeelsopbouw, moet bevatten. Het lijkt nog steeds het voornemen van HV Ashton in april een raadsbesluit terzake tot stand te brengen.

II. Raad Buitenlandse Zaken

Haïti

In vervolg op de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van 22 februari jl. zal de Raad spreken over de voorbereiding van de VN-wederopbouwconferentie voor Haïti, die zal plaatsvinden in New York op 31 maart a.s. Hoge Vertegenwoordiger (HV) Ashton zal aan deze conferentie deelnemen. In New York zal naar verwachting worden besloten tot de instelling van een Multi-Donor Trust Fund voor Haïti, dat door de VN en de Wereldbank wordt voorbereid. Op dit moment is nog niet bekend hoe groot de bijdrage van de EU aan dit Trust Fund zal zijn. Zoals bekend, doneert de Nederlandse regering meer dan 43 miljoen euro aan Haïti ter bestrijding van de gevolgen van de aardbeving. Deze middelen worden via de VN, de Internationale Federatie van het Rode Kruis en de Samenwerkende Hulporganisaties besteed.

Tijdens de conferentie zal de regering van Haïti de uitkomsten van de «post disaster needs assessment» presenteren. De EU-inzet voor de wederopbouw van Haïti zal tot stand komen op basis van deze uitkomsten. Naar verwachting zal HV Ashton voorstellen de EU-bijdragen te bundelen in «one pledge» en een «EU development house» op te richten in Haïti. Nederland zal in de komende periode blijven benadrukken dat de inspanningen van de EU en haar lidstaten nauw moeten worden afgestemd op de behoeften zoals aangegeven door Haïti en de VN. De voorstellen van HV dragen bij aan een goede EU-coördinatie. Ook zal Nederland blijven pleiten voor een zorgvuldige opzet van de steun, waarbij transparantie en verantwoording van de ter beschikking gestelde middelen centraal moeten staan.

Tijdens de Raad zal HV Ashton eveneens verslag doen van het bezoek dat zij, gedeeltelijk in gezelschap van Commissaris Georgieva (internationale samenwerking, humanitaire hulp en crisisbestrijding), aan Haïti heeft gebracht.

Wit-Rusland

De Raad zal op verzoek van Polen mogelijk spreken over recente ontwikkelingen in Wit-Rusland op het terrein van mensenrechten en democratisering. Polen is bezorgd over de behandeling van de Poolse minderheid in Wit-Rusland. Op 15 februari jl. werden veertig personen van Poolse afkomst in Wit-Rusland gearresteerd terwijl zij onderweg waren naar een rechtszaak over de toekomst van een Pools cultureel centrum. Polen en Wit-Rusland zijn thans in overleg om deze kwestie op te lossen. De regering is van mening dat de EU de ontwikkelingen in Wit-Rusland op het gebied van mensenrechten, democratie en rechtsstaat, waaronder ook de ontwikkelingen in dit dossier, kritisch moet blijven volgen.

Iran

Naar verwachting zal de Raad spreken over de recente ontwikkelingen in Iran.

Uit het jongste rapport van het IAEA over het Iraanse nucleaire programma blijkt wederom dat Iran nog steeds niet voldoet aan de implementatie van de VNVR- en IAEA-resoluties inzake het nucleaire programma. Evenmin heeft het volgens het rapport voldaan aan alle uitstaande verzoeken en vragen van het IAEA. Door een gebrek aan medewerking van Iran is het IAEA niet in staat met zekerheid vast te stellen dat het Iraanse nucleaire programma volledig vreedzaam van aard is. Tegen deze achtergrond gaan de informele consultaties binnen de E3+3 over een VNVR-resolutie ter zake onverminderd door. Zonder dit proces te doorkruisen, zal de Raad de besprekingen voortzetten over de stappen die in EU-verband genomen kunnen worden om Iran te bewegen zich te conformeren aan de internationale verplichtingen ten aanzien van zijn nucleaire ambities.

Gedachtig het tweesporenbeleid is de regering van mening dat de voorbereidingen op mogelijke additionele sanctiemaatregelen voortgezet dienen te worden, zo lang Iran blijft weigeren op betekenisvolle wijze gehoor te geven aan de uitnodiging tot een dialoog over de nucleaire ambities. Een brief over de technische dimensies van het Iraanse nucleaire programma, zoals toegezegd tijdens het Algemeen Overleg RBZ van 11 februari jl., zal uw Kamer spoedig toegaan. Besluitvorming over eventuele additionele sancties ligt allereerst bij de VN-Veiligheidsraad. Mocht in het VNVR-proces onverhoopt geen consensus mogelijk blijken, dan moet de EU zich bereid tonen om met gelijkgezinde landen maatregelen te nemen.

Ook in de afgelopen periode is gebleken dat Iran mensenrechten schendt. Nederland zal zich binnen de EU blijven inzetten voor krachtig en zichtbaar protest hiertegen. De regering zal met Commissie, Raadssecretariaat en andere lidstaten het werk voortzetten gericht op effectieve maatregelen ter beperking van de internetcensuur in Iran.

MOVP (lunch)

De ministers zullen spreken over de stand van zaken in het Midden-Oosten Vredesproces (MOVP). HV Ashton zal verslag doen van haar reis door de regio, af te sluiten met het bijwonen van een ministeriële kwartetbijeenkomst op 19 maart in Moskou. Kwartetvertegenwoordiger Blair is uitgenodigd om de Raadsbesprekingen bij te wonen. En marge van de Raad zal de jaarlijkse EU-Israël Associatieraad plaatsvinden.

De Raad zal naar verwachting vooral in het teken staan van de gewenste herstart van de indirecte besprekingen tussen Israël en de Palestijnen. De komende weken zal VS-gezant Mitchell naar verwachting zijn pendeldiplomatie ter zake voortzetten, met eveneens als doel om na indirecte besprekingen zo spoedig mogelijk te komen tot directe onderhandelingen. Premier Netanyahu heeft benadrukt dat erkenning van het joodse karakter van Israël en lange-termijn veiligheidsgaranties voorwaarden zijn voor een vredesregeling. Van Palestijnse zijde is gesteld dat grenzen en veiligheid als eerste aan de orde zouden moeten komen. De bekendmaking van Israëlische bouwplannen in Oost-Jeruzalem, kort nadat de partijen hadden ingestemd met indirecte besprekingen, hebben de vooruitzichten op onderhandelingen – rechtstreeks of indirect – evenwel verslechterd. De aankondiging is veroordeeld door de internationale gemeenschap, met name de EU, de VN en de VS. Nederland ziet een bouwstop op nederzettingen als een noodzakelijke stap om onderhandelingen dichterbij te brengen en tot een succes te maken.

De regering is van mening dat de EU actief moet bijdragen aan het opstarten en welslagen van de indirecte – en in een later stadium directe – onderhandelingen. De EU kan dit doen door duidelijk te maken aan partijen welke concrete steun zal worden geboden bij de totstandkoming en implementatie van een vredesregeling. Daarnaast kan de EU positieve invloed uitoefenen door de banden met beide partijen aan te halen. Deze thema’s zullen ook aan de orde komen in de Associatieraad met Israël.

China

De Raad zal mogelijk een oriënterend debat voeren over de verhouding tussen de EU en China, met bijzondere aandacht voor de zich verbredende rol van China in de internationale betrekkingen. Gezien het toenemende economische en politieke gewicht van China wordt dit land een steeds belangrijkere partner in internationale samenwerking, bijvoorbeeld bij de bevordering van vrede en veiligheid, ontwikkelingssamenwerking, handelsbesprekingen en bij de bestrijding van de wereldwijde economische recessie, klimaatverandering en pandemieën.

China stelt zich zelfbewust op en waakt voor zijn eigen belangen, zoals bijvoorbeeld duidelijk werd tijdens de klimaatconferentie te Kopenhagen. Zoals ik in mijn brief aan uw Kamer over de internationale oriëntatie van China uiteen heb gezet (31 700 V nr. 100), is het buitenlandbeleid van China sterk gericht op het bevorderen van de binnenlandse economische groei. Daarnaast heeft China het beginsel van non-interventie hoog in het vaandel staan. China ziet dialoog als het middel bij uitstek om internationale geschillen op te lossen en betracht grote terughoudendheid ten aanzien van sancties of militaire interventies.

De EU staat voor de uitdaging China ertoe te bewegen meer verantwoordelijkheid te nemen en nauwer te gaan samenwerken met de EU, de VS en andere grote spelers in mondiale kwesties. Dit zal helpen bovengenoemde vraagstukken op mondiale schaal beter en effectiever aan te pakken. Hierbij zal de EU moeten blijven benadrukken dat respect voor de internationale rechtsorde, waaronder mensenrechten, een randvoorwaarde is voor effectieve en duurzame internationale samenwerking. Naast concrete samenwerking in internationale vraagstukken kan de EU door middel van reguliere toppen en dialogen de band met China verstevigen. De regering zal zich inzetten voor het ontwikkelen van een realistische lange termijn strategie van de EU ten opzichte van China, teneinde een consequente en coherente houding van de EU in dit verband te verzekeren. Zoals beschreven in het verslag aan uw Kamer over het Gymnich-overleg van 5 en 6 maart jl. zal HV Ashton vijfjaren-strategieën voor de omgang met de opkomende actoren voorbereiden.

De EU dient te blijven werken aan de versterking van haar externe optreden en interne cohesie om zich te ontwikkelen tot de derde geopolitieke actor in de wereld, naast China en de VS. De inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon biedt daarvoor kansen. De regering zal in dit verband benadrukken dat HV Ashton en de EDEO van de lidstaten alle ruimte moeten krijgen om optimaal te functioneren, binnen de kaders die het Verdrag van Lissabon biedt.

AOB: Chili

HV Ashton zal de Raad informeren over de stand van zaken in Chili na de aardbeving van 27 februari jl., waarbij zij ook de hulpbijdrage van de EU zal toelichten.

De Europese Commissie heeft op 28 februari jl. 3 miljoen euro ter beschikking gesteld voor noodhulp. Nederland heeft 300 000 euro bijgedragen aan de noodhulp via de Internationale Federatie van het Rode Kruis. De VN heeft aangekondigd in respons op de aardbeving 10 miljoen dollar beschikbaar te stellen uit het Central Emergency Response Fund (CERF). Nederland is de tweede grootste donor van het CERF.

Naar boven