nr. 871
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 januari 2009
Ten behoeve van het Algemeen Overleg op 22 januari 2009 ter voorbereiding
van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (RAZEB) op 26 januari
2009 wil ik u – mede namens de minister van Buitenlandse Zaken –
informeren over het werkdiner van vertegenwoordigers van de EU-lidstaten met
de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken mw. Tzipi Livni dat gisteren
heeft plaatsgevonden en dat ik bijwoonde bij verhindering van minister Verhagen.
De besprekingen gingen veelal over de humanitaire situatie in Gaza, maar
minister Livni ging ook in op het vredesproces. Een terugkeer naar de toestand
zoals die bestond voor de operatie Cast Lead was
niet goed denkbaar. Voor de toekomst benadrukte zij, evenals president Abbas,
gecommitteerd te zijn aan het Annapolis-proces en zij herhaalde het Israëlische
standpunt dat een nauwere band tussen Israël en de EU goed zou zijn voor
de gewenste toekomstige ontwikkeling van het vredesproces. Zij dankte dan
ook de EU voor de steun die het aan Israël had gegeven in de afgelopen
periode. Zij bracht tevens het lot onder de aandacht van Gilad Shalit –
de Israëlische militair die al meer dan twee jaar door Hamas is gegijzeld.
Zij drong erop aan vooral geen legitimiteit aan Hamas te geven en daarmee
indirect Iran, waartegen volgens minister Livni ook hardere sancties moesten
worden getroffen. Tot slot gaf zij aan dat als de wapensmokkel niet stopte
en Hamas Israël weer zou beschieten, Israël dan weer zou reageren.
De EU was eensgezind dat Israël de grenzen met Gaza moest openstellen,
vooral om humanitaire hulpverlening voor de Palestijnse bevolking in Gaza
mogelijk te maken. Het mag niet zo zijn dat de internationale gemeenschap
moet bedelen om toegang tot Gaza teneinde de humanitaire nood in kaart te
kunnen brengen. Israël moet niet beknibbelen op de hulp, niet in de omvang –
minstens 500 vrachtwagens per dag – en niet in de vorm – ook verstrekking
van goederen als brandstof en bouwmateriaal als cement, hout en glas. Voor
de wederopbouw van Gaza moet voorts vaststaan dat wat de EU opbouwt, niet
later weer verwoest zal worden. minister Livni stelde dat de grenzen
open zijn, zegde toe dat delegaties van de EU en van de VN de volgende dag
(22/1) onmiddellijk toegang zullen worden verleend en benadrukte dat Israël
juist wil helpen om de humanitaire situatie in Gaza te verlichten.
Minister Livni toonde zich geïnteresseerd in datgene wat individuele
EU-lidstaten konden bijdragen aan veilige grenzen- de EU als zodanig noemde
zij niet als mogelijke partner. In een separaat gesprek met mij reageerde
minister Livni sympathiek op het Nederland-Deense initiatief. Bij de uitvoering
van deze plannen voor een betere grenscontrole moet terdege rekening gehouden
worden met Egyptische gevoeligheden over de aanwezigheid van buitenlandse
troepen aan diens kant van de grens, aldus minister Livni, die overigens niet
twijfelde aan de ernst waarmee Egypte de smokkelproblematiek te lijf wil gaan.
Egypte zou nu vooral behoefte hebben aan technische ondersteuning om na te
kunnen gaan waar de tunnels zich precies bevinden. Daarnaast stelde Livni
dat er eveneens een alternatief moest zijn voor de Bedoeïenen in de Sinaï
die hun geld verdienen met smokkelen.
De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
F. C. G. M. Timmermans