21 501-02
Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen

nr. 644
BRIEF VAN DE MINISTER EN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 oktober 2005

Hierbij hebben wij het genoegen u, mede namens de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking, het verslag te doen toekomen van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen van 3 tot en met 4 oktober 2005.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

B. R. Bot

De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,

A. Nicolaï

Verslag van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (RAZEB) van 3 en 4 oktober 2005

Algemene zaken

Uitbreiding

Turkije

Op maandagavond 3 oktober jl. bereikte de Raad overeenstemming over het raamwerk voor de toetredingsonderhandelingen met Turkije, alsmede over de verklaring van het Voorzitterschap van de EU ter opening van de onderhandelingen. Ook bereikte de Raad overeenstemming over de interne procedures voor het voeren van de onderhandelingen. Hiermee was de weg geopend om later diezelfde avond de Intergouvernementele Conferentie met Turkije officieel te openen.

Voorafgaand aan het uiteindelijke besluit overlegde de Raad zondagavond en maandagmorgen over de precieze formulering van het raamwerk. Dit naar aanleiding van twee wensen van Oostenrijk: 1) dat het open-einde karakter van de onderhandelingen nog duidelijker naar voren zou komen door te expliciteren dat er ook alternatieven voor volwaardig lidmaatschap denkbaar zijn en 2) dat duidelijker in het raamwerk tot uiting zou moeten komen dat Turkije aan het einde van het onderhandelingsproces aan alle voorwaarden voor het EU-lidmaatschap moet voldoen, maar ook dat de Unie in staat zal moeten zijn om Turkije als volwaardig lid op te nemen.

De Raad kon uiteindelijk instemmen met een document dat de goedkeuring van alle lidstaten kon wegdragen. Op het eerste punt heeft Oostenrijk zich laten overtuigen dat het open-einde karakter al voldoende tot uitdrukking kwam in het raamwerk en op het tweede punt is de tekst aangescherpt. In het onderhandelingsraamwerk is tevens opgenomen dat de financiële lasten van de toetreding van Turkije eerlijk worden verdeeld over de lidstaten.

Turkije had aanvankelijk nog problemen met paragraaf 7 van het onderhandelingsraamwerk, die gaat over de harmonisatie van de Turkse positie met EU-standpunten in relevante internationale organisaties (ook in relatie tot het lidmaatschap van alle EU-lidstaten van deze internationale organisaties en samenwerkingsverbanden). Maar nadat het Brits Voorzitterschap, met instemming van alle lidstaten, een verklaring had afgelegd dat deze tekst geen afbreuk deed aan de autonomie van besluitvorming en rechten van deze internationale organisaties en hun leden, of aan de autonomie van besluitvorming en rechten van de EU-lidstaten, kon ook Turkije – in het kader van de Intergouvernementele Conferentie – akkoord gaan met het raamwerk.

Kroatië

Het Joegoslavië Tribunaal, in de persoon van de Hoofdaanklager mevrouw Del Ponte, heeft op 3 oktober geoordeeld dat de samenwerking van Kroatië met het Tribunaal sinds enkele weken volledig is. Op basis hiervan besloot de Raad dat de toetredings-onderhandelingen zo spoedig mogelijk konden worden geopend. De Raad heeft daarbij, mede op Nederlands aandringen, bepaald dat volledige samenwerking een voorwaarde blijft voor de voortgang in de onderhandelingen, dat de Commissie dit nauwgezet dient te volgen en verslag dient uit te brengen aan de Raad wanneer er sprake is van minder dan volledige samenwerking, daarbij de rapportage van Hoofdaanklager Del Ponte mede in beschouwing nemend. De Raad heeft ook bepaald dat minder dan volledige samenwerking op enig moment de voortgang in de onderhandelingen zal kunnen beïnvloeden. Eveneens op Nederlands aandringen besloot de Raad dat de Raadsconclusies waarin het bovenstaande is vastgelegd, integraal onderdeel van het onderhandelingsraamwerk vormen. Daarop zijn aansluitend aan de bijeenkomst van de Raad de onderhandelingen geopend door middel van een Intergouvernementele Conferentie.

Externe betrekkingen

Er is op het gebied van externe betrekkingen over de volgende onderwerpen gesproken:

Iran

De Raad bevestigde zijn steun voor de resolutie zoals aangenomen door de Bestuursraad van de IAEA en riep Iran op alle door de IAEA verzochte maatregelen uit te voeren. Nederland vroeg daarnaast aandacht voor andere elementen in het EU-beleid ten aanzien van het land, met bijzondere nadruk op de situatie van de mensenrechten. In dit kader gaf Nederland aan dat de EU zou moeten overwegen het initiatief te nemen voor het indienen van een resolutie over Iran in de Derde Commissie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, indien Canada hiertoe niet zou overgaan.

MOVP

De Raad besprak de recente ontwikkelingen en riep de partijen op hun verplichtingen onder de zogeheten «Roadmap» te vervullen en hun toezeggingen van Sharm-el-Sheikh na te komen. Ministers spraken hun zorgen uit over het hernieuwde geweld in Israël en de bezette gebieden. Zij veroordeelden het geweld door Palestijnse militanten, onderstreepten het belang van met name de hervorming van de Palestijnse veiligheidssector en moedigden in dit verband de Palestijnse Autoriteit aan om alle noodzakelijke stappen te ondernemen om volledige controle over de veiligheidssituatie in Gaza te verkrijgen. Tevens riepen zij Israël op om zelfbeheersing te tonen en zich te onthouden van buitengerechtelijke dodingen.

Ook werd gesproken over het belang dat de lidstaten en de Europese Commissie hechten aan ondersteuning van de economische levensvatbaarheid van Gaza. Daarbij werd, ook door Nederland, onderstreept dat het noodzakelijk is om spoedig de zogeheten «quick impact» projecten, zoals voorzien door de Speciaal Gezant van het Kwartet, James Wolfensohn, te realiseren.

EU-Rusland

De Raad bereikte overeenstemming over de conceptteksten van de visumfacilitatie- en terug- en overname overeenkomst met Rusland, waarover in het kader van de vier ruimten werd onderhandeld. Aangezien de EU-Rusland top reeds een dag na de Raad plaatsvond, dient ondertekening nog plaats te vinden. Nederland kan zich vinden in het onderhandelingsresultaat. De Raad heeft niet gesproken over andere agendapunten van de EU-Rusland top.

Oezbekistan

De Raad nam conclusies aan over Oezbekistan, waarin verdere maatregelen worden voorzien, in het licht van de uitblijvende medewerking van Oezbekistan aan een onafhankelijk internationaal onderzoek naar de gebeurtenissen in Andijan in mei dit jaar. Deze maatregelen bestaan uit een embargo op wapens en militaire- en andere uitrustingen die voor onderdrukking gebruikt zouden kunnen worden. Tevens zijn visabeperkingen opgelegd, gericht tegen individuen verantwoordelijk voor gebruik van geweld in Andijan. Tot slot zijn alle technische bijeenkomsten onder de Partnerschap- en Samenwerkingsovereenkomst opgeschort en zal door de Europese Commissie een heroriëntatie van het TACIS-programma voor Oezbekistan plaatsvinden.

Naar boven