21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 3122 MOTIE VAN HET LID CEDER C.S.

Voorgesteld 10 april 2025

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in februari 2021 de Kamer met zeer brede steun een motie heeft aangenomen die de regering verzoekt de Armeense genocide/Sayfo (waarvan ook Arameeërs, Assyriërs en de Pontische Grieken slachtoffer werden) te erkennen;

constaterende dat de regering in september 2023 in een nieuwe Kamersamenstelling middels een motie opnieuw is verzocht om niet meer te spreken van «de kwestie van de Armeense genocide», maar van «de Armeense genocide»;

constaterende dat de regering de moties ten aanzien van de Armeense genocide, ook bekend als de Sayfo, nog niet heeft uitgevoerd;

spreekt uit dat een eventueel sentiment van de huidige Turkse regering geen rol mag spelen in de overwegingen van het kabinet om de motie tot op heden niet uit te voeren;

verzoekt de regering om uiterlijk per 24 april 2025 niet meer te spreken van «de kwestie van de Armeense genocide»,

en gaat over tot de orde van de dag.

Ceder

Van der Plas

Stoffer

Boswijk

Kahraman

Naar boven