21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 2528 MOTIE VAN HET LID TEUNISSEN C.S.

Voorgesteld 19 oktober 2022

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Europese Commissie en de vier Mercosur-landen in juni 2019 een akkoord hebben gesloten waarin onder andere is afgesproken dat de handel in landbouwproducten verregaand geliberaliseerd wordt;

overwegende dat dit akkoord er ontegenzeggelijk toe leidt dat Europese boeren worden blootgesteld aan concurrentie van boeren die onder lagere productiestandaarden kunnen produceren;

constaterende dat aanvankelijk het kabinet de verwachting uitsprak dat het EU-Mercosur-verdrag het nationale ratificatieproces moest doorlopen;

constaterende dat de Duitse bondskanselier Scholz er voorstander van is om het Mercosur-verdrag te splitsen om zo te voorkomen dat het nationale ratificatieproces doorlopen moet worden;

overwegende dat Duitsland vanwege de Duitse auto-industrie een groot belang heeft om het Mercosur-verdrag snel te implementeren;

overwegende dat het Mercosur-verdrag het belang van Nederlandse boeren direct raakt en van invloed is op het toekomstperspectief van Nederlandse boeren en dat daarom het Nederlandse parlement middels het nationale ratificatieproces het laatste woord moet hebben;

verzoekt het kabinet zich helder uit te spreken tegen splitsing van het EU-Mercosur-verdrag, voor deze positie actief brede steun te zoeken bij andere lidstaten en hierover binnen een maand een terugkoppeling aan de Kamer te geven,

en gaat over tot de orde van de dag.

Teunissen

Jasper van Dijk

Van der Plas

Van Weerdenburg

Kuzu

Omtzigt

Naar boven