21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 2071 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 oktober 2019

Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de Raad Buitenlandse Zaken van 14 oktober 2019.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok

GEANNOTEERDE AGENDA RAAD BUITENLANDSE ZAKEN VAN 14 OKTOBER 2019

Op 14 oktober 2019 vindt in Luxemburg de Raad Buitenlandse Zaken plaats. Naar verwachting zal de Raad onder het agendapunt Current Affairs stilstaan bij Iran/de Golf, Venezuela en Libië. Dit mede naar aanleiding van recente ontwikkelingen en de diverse bijeenkomsten die hieromtrent hebben plaatsgevonden tijdens en in de marge van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) in New York. Voorts zal de Raad stilstaan bij Afghanistan en Syrië. Na afloop van de Raad vindt een informele lunch plaats met de Oekraïense Minister van Buitenlandse Zaken, de heer Vadym Prystaiko. De Minister van Buitenlandse Zaken is niet in de gelegenheid de Raad bij te wonen.

Current Affairs

Iran/de Golf

Tijdens de AVVN is veel aandacht uitgegaan naar de hoogopgelopen spanningen in de Golf, in het bijzonder naar de recente aanvallen op olie-installaties in Saoedi-Arabië. Nederland heeft deze aanvallen onmiddellijk veroordeeld. Voorts heeft Nederland – in lijn met het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland (de E3) – geconcludeerd dat Iran waarschijnlijk betrokken is geweest bij de aanval. Nederland is voorstander van een politieke oplossing van de problemen door middel van het maken van brede afspraken met Iran. Daarbij moeten ook de zeer slechte mensenrechtensituatie in Iran en het ballistische programma van Iran aan de orde komen. Nederland en de EU hebben belang bij onbelemmerde handel en scheepvaart in de Straat van Hormuz en de Golf van Oman. De Nederlandse inzet tijdens de Raad zal zich richten op de-escalatie van de hoogopgelopen spanningen en de vraag hoe hier op aan te sturen.

Ook zal de Raad spreken over de zorgelijke ontwikkelingen omtrent het Joint Comprehensive Plan of Action (JCPOA), de nucleaire deal met Iran. De Hoge Vertegenwoordiger zal terugblikken op de bijeenkomst van de Joint Commission van het JCPOA op 25 september jongstleden, bestaande uit de huidige deelnemers: Iran, de EU, de E3, Rusland en China. In een verklaring hebben de huidige deelnemers opnieuw hun steun aan het JCPOA bevestigd. Het kabinet vindt het zorgelijk dat Iran nog geen stappen heeft gezet naar het opnieuw volledig naleven van de afspraken van het JCPOA en zal met de EU-partners bespreken hoe Iran hiertoe te bewegen. Het kabinet verwijst graag naar de Iran-brief1 die de Kamer op 27 september jongstleden is toegegaan.

Venezuela

De Raad zal kort stilstaan bij de ontwikkelingen ten aanzien van Venezuela, mede naar aanleiding van de AVVN in New York, waar de International Contact Group (ICG) op ministerieel niveau bijeen kwam. Nederland nam hier ook aan deel. Mede dankzij Nederland bracht de ICG een verklaring2 uit, waarin zorgen worden geuit over het tijdelijk staken van de Oslo-gesprekken en partijen worden opgeroepen om «inclusieve, geloofwaardige en serieuze onderhandelingen» te hervatten. Het door het Maduro-bewind afgesloten akkoord met enkele kleine oppositiepartijen voldoet hier niet aan. Nederland dringt net als de ICG aan op implementatie van de aanbevelingen van het OHCHR-rapport en op volledige medewerking aan toegang van humanitaire hulporganisaties tot Venezuela. De ICG zal zich, mede dankzij de Nederlandse inbreng, blijven inzetten voor het herstel van de democratie in Venezuela door middel van eerlijke en vrije presidentsverkiezingen en blijft hierover in overleg met spelers in de regio.

Voorts zal mogelijk kort worden teruggeblikt op de nieuwe restrictieve maatregelen die de EU op 27 september jongstleden instelde tegen een zevental leden van de Venezolaanse veiligheidsdiensten, die betrokken zijn bij martelingen en andere ernstige mensenrechtenschendingen3. Het kabinet is voorstander van verdere uitbreiding van de sancties tegen het regime Maduro indien er geen geloofwaardige onderhandelingen plaatsvinden en mensenrechten worden geschonden.

Libië

Ook zal de Raad kort stilstaan bij Libië. De start van het gewapend conflict, als gevolg van het offensief van Generaal Haftar, is inmiddels zes maanden geleden. Er is geen militaire oplossing voor het conflict, maar ook nog geen duurzaam staakt-het-vuren. Daarnaast is blijvende internationale druk nodig om tot een politieke oplossing te komen. Dat kan alleen als de internationale gemeenschap verenigd optreedt. Duitsland leidt, op verzoek van de VN, een initiatief om dit te bevorderen. De belangrijkste regionale partners en organisaties zijn hierbij betrokken. Het kabinet verwelkomt de voortdurende inzet van de VN en andere partijen om een einde te maken aan het conflict, waarbij betrokkenheid van de Libiërs zelf noodzakelijk is. Nederland zal zich binnen de EU blijven inzetten voor meer samenhang en eenheid in het EU-optreden, onder andere met betrekking tot de ondersteuning van het politieke proces, het vinden van oplossingen voor de situatie van vluchtelingen en migranten – in het bijzonder voor hen die in faciliteiten zitten en die door de gevechten gevaar lopen – en met betrekking tot het naleven van mensenrechten en internationaal humanitair recht.

Afghanistan

De Raad zal spreken over de presidentsverkiezingen in Afghanistan die op 28 september jongstleden plaatsvonden, mede in het licht van de bevroren besprekingen tussen de VS en de Taliban. De Raad zal naar verwachting blijvende steun van de EU voor de democratische rechtsstaat in Afghanistan en een inclusief vredesproces uitspreken.

Zoals ook besproken in het Algemeen Overleg van 1 oktober jongstleden over de Voortgangsrapportage Afghanistan, verwelkomt het kabinet het door de VS gecreëerde momentum voor vrede in Afghanistan en steunt het kabinet alle inspanningen die leiden tot een inclusief, intra-Afghaans vredesakkoord. Het is belangrijk dat het huidige momentum voor vrede niet verloren gaat en dat de vredesbesprekingen, die op 1 september 2019 in Doha leken te zijn afgerond, worden hervat. Daarnaast benadrukt het kabinet dat mogelijke gedeeltelijke troepenafbouw niet ten koste mag gaan van de vooruitgang die de afgelopen jaren is geboekt. De gewenste einduitkomst van het vredesproces is een inclusief politiek akkoord dat leidt tot duurzame vrede. In de Raad zal Nederland benadrukken dat in het vredesproces ook de mensenrechten van alle Afghaanse burgers, inclusief die van vrouwen en minderheden, moeten worden betrokken. Verworvenheden op het gebied van mensenrechten en ten aanzien van de positie van vrouwen dienen behouden te blijven. Daarbij zal Nederland specifiek aandacht vragen voor het belang van de rechtsstaat en van gerechtigheid voor de slachtoffers van het conflict door middel van transitional justice.

Syrië

De Raad zal, in aanwezigheid van de speciaal gezant van de VN voor Syrië, de heer Pedersen, spreken over Syrië. De Hoge Vertegenwoordiger zal daarbij naar verwachting kort ingaan op de evenementen die hebben plaatsgevonden tijdens de AVVN-week, waaronder het door de EDEO en de VN georganiseerde side-event op 24 september over de politieke ontwikkelingen en de humanitaire situatie in Syrië. Daarna zal de discussie zich richten op het recent tot stand gekomen grondwettelijk comité.

Het kabinet beschouwt de aangekondigde lancering van het grondwettelijk comité, dat zich zal buigen over een herziening van de Syrische Grondwet, als een welkome stap in de richting van een politieke oplossing voor Syrië. Een nieuwe Grondwet is echter slechts één van de elementen van VNVR-resolutie 2254 en de EU-positie is dat enkel over een politieke transitie gesproken kan worden als ook de andere elementen van de resolutie, te weten een overgangsregering en verkiezingen, uitgevoerd worden. Nederland zal dit tijdens de komende Raad benadrukken. Daarnaast is het van belang dat het comité zijn werk ongehinderd en onafhankelijk zal kunnen doen. Vertrouwenwekkende maatregelen, zoals een voortzetting van het staakt-het-vuren in het noordwesten en het vrijlaten van gevangenen, zijn daarvoor van belang. Rusland speelt een grote rol en het kabinet pleit ervoor hen daar zoveel mogelijk gezamenlijk op aan te spreken. Ook blijft Nederland het belang van accountability benadrukken.

Oekraïne

De ministers van Buitenlandse Zaken zullen tot slot een informele bespreking hebben met de Oekraïense Minister van Buitenlandse Zaken, de heer Vadym Prystaiko. De EU zal daarbij het belang van het lopende Oekraïense hervormingsproces onderstrepen en zich uitspreken voor het voortzetten van EU-steun aan dit proces op basis van conditionaliteit. Naar verwachting zal ook worden stilgestaan bij lopende besprekingen over het conflict in het oosten van Oekraïne, waarbij sinds 2014 meer dan 13.000 doden vielen. De EU zal het belang van volledige implementatie van de Minskakkoorden onderstrepen. Daarnaast zal Nederland de goede samenwerking met Oekraïne in het Joint Investigation Team benoemen en het belang onderstrepen van waarheidsvinding, gerechtigheid en rekenschap voor de slachtoffers van MH17 en de nabestaanden.

Naar boven