21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1854 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 maart 2018

Hierbij bied ik u het verslag aan van de Raad Algemene Zaken inclusief Art. 50 van 20 maart 2018.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok

VERSLAG RAAD ALGEMENE ZAKEN EN RAAD ALGEMENE ZAKEN IN ARTIKEL 50 SAMENSTELLING VAN 20 MAART 2018

Raad Algemene Zaken

Interne markt

De Raad Algemene Zaken (RAZ) besprak de ER-conclusies over de interne markt. Het kabinet verwelkomde een bespreking van de Interne Markt Strategieën door de ER en gaf aan dat Nederland het van belang acht dat de Europese Raad (ER) de ambitie herbevestigt om de voorstellen onder de verschillende interne marktstrategieën voor het einde van 2018 af te ronden en te implementeren. Daarom moet in 2018 hard worden gewerkt om de lopende strategieën voor de digitale interne markt, de kapitaalmarktunie, de energie-unie en de interne marktstrategie af te ronden, op het ambitieniveau dat tijdens het Nederlandse voorzitterschap van de Raad van de EU door de ER in juni 2016 is vastgesteld. Het kabinet onderstreepte voorts het belang dat de ER onderkent dat de inspanningen om tot een diepere en eerlijkere interne markt te komen na de afronding van de strategieën niet voorbij zullen zijn. Ook na 2018 moet in Europees verband continu aandacht bestaan voor versterking van de Europese economie en Nederland werd daarin door een groot aantal lidstaten ondersteund.

Sociaal beleid

De RAZ besprak de ER-conclusies op het gebied van sociaal beleid. Dit bestaat uit een oproep voor de monitoring van de implementatie van de Europese pijler van sociale rechten met respect voor de bestaande verdeling van bevoegdheden, op basis van een voorstel dat door de Commissie in een mededeling is gedaan op 13 maart. In het voorstel wordt aansluiting gezocht bij bestaande instrumenten binnen het Europees Semester en de Open Methode van Coördinatie, waarbij er geen additionele verplichtingen worden gecreëerd voor lidstaten. Die insteek wordt positief bevonden door Nederland. Een aantal andere lidstaten sprak zich hier ook voor uit. Daarbij moet er voor worden gewaakt dat het de focus van het Europees Semester op de monitoring van macro-economische onevenwichtigheden niet verwatert.

Daarnaast roepen de Raadsconclusies van de ER de Raad op tot bestudering van de voorstellen uit het Social Fairness pakket. Dit pakket is op 13 maart door de Commissie gepubliceerd, en bestaat uit een voorstel voor het opzetten van een Europese arbeidsautoriteit en het bezien van de toegang tot sociale zekerheid voor ZZP’ers. Een aantal lidstaten benadrukten dat beide voorstellen moeten worden bestudeerd en via de gebruikelijke procedures in de verantwoordelijke Raad voor Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken (WSBVC) worden behandeld. Het kabinet zal binnenkort de BNC-fiches ten aanzien van deze voorstellen naar uw Kamer zenden.

Handel

De RAZ besprak de ER-conclusies op het gebied van handel. Een groot aantal lidstaten sprak steun uit voor het multilaterale handelssysteem. Verschillende lidstaten onderstreepten het belang van vrijhandel en riepen op tot voortgang in de lopende onderhandelingen met onder andere Mercosur en Mexico. Daarnaast onderstreepte een aantal lidstaten het belang van een gelijk speelveld.

De RAZ sprak ook over de maatregelen van de Verenigde Staten tegen staal- en aluminiumimport. De Europese Commissie zette de strategie uiteen. De Commissie blijft gecommitteerd aan sterke trans-Atlantische relaties en is nu op hoog niveau in gesprek met de Verenigde Staten. Daarnaast bereidt de Commissie ook een tegenreactie voor bestaande uit drie sporen: 1. herbalancerende maatregelen tegen de VS; 2. het voorbereiden van een WTO-beroepszaak; en 3. voorbereiden van vrijwaringsmaatregelen indien de EU-import van staal en aluminium significant stijgt en dit de EU-industrie schaadt. In de Raad is brede steun voor de inzet van de Commissie. Nederland sprak ook steun uit voor deze benadering.

Europees Semester

De Europese Commissie lichtte het synthese-rapport 2018 en de concept-aanbeveling over het economisch beleid voor de lidstaten van de Eurozone toe. Enkele lidstaten wezen op het belang van het Europees semester voor hervormingen en economisch beleid. Een lidstaat benadrukte dat in de Ecofin Raad niet alle beleidsterreinen in gelijke mate werden omarmd en dat dit mag worden gereflecteerd in richtlijnen van de ER. Een andere lidstaat merkte op dat het semester geen instrument is voor sociale convergentie. Sommige lidstaten wensten in de ER-richtlijnen het belang te benoemen van vervolmaking van de Bankenunie. Daarop gaf een andere lidstaat aan dat dit besproken behoort te worden door de Ministers van Financiën en niet past onder het Semester.

De Raad geleidde de aanbeveling voor het economische beleid van de Eurozone ter bekrachtiging door aan de Europese Raad.

Westelijke Balkan

De RAZ besprak de ER-conclusies ter voorbereiding op de Westelijke Balkan Top op 17 mei a.s. in Sofia. Er was brede steun voor de focus op transport- en energieverbindingen en samenwerking op het gebied van veiligheid. Een aantal lidstaten wenste sterkere taal over het EU-toetredingsperspectief van de Westelijke Balkan. Nederland en enkele andere lidstaten bepleitten echter met succes dat het uitbreidingsbeleid tijdens deze top niet aan de orde is.

Belastingen

De Raad wisselde kort van gedachten over belastingen in aanloop naar de informele discussie tijdens de Europese Raad over dit thema. Enkele lidstaten wezen daarbij op het belang van een internationale aanpak van dit vraagstuk in het kader van de OESO. De voorstellen van de Europese Commissie van 21 maart jl. waren op het moment van de RAZ nog niet verschenen. Het inkomende Oostenrijkse voorzitterschap van de Raad van de EU kondigde alvast aan deze voorstellen met prioriteit te zullen behandelen.

Klimaat

Samen met andere lidstaten heeft Nederland de Commissie ertoe opgeroepen begin 2019 een langetermijn klimaatstrategie te presenteren, gericht op het uitvoeren van het Akkoord van Parijs.

Rechtsstaat / Polen

Tijdens de RAZ heeft de Europese Commissie gesproken over ontwikkelingen sinds de Raad een maand geleden. Sindsdien zijn verschillende contacten geweest tussen de Commissie en de Poolse autoriteiten. Op 20 maart verliep de deadline voor een formele reactie van Polen op de aanbevelingen van de Commissie. Ten tijde van de RAZ was die nog niet beschikbaar.

Meerdere lidstaten benadrukten het belang van de rechtsstaat als hoeksteen voor Europese samenwerking, een klein aantal lidstaten benadrukten soevereiniteit als het gaat om de wijze waarop zij invullingen geven aan de rechtsstaat. Een groot deel van de lidstaten sprak steun uit voor de benadering van de Commissie en een voortzetting van de dialoog die binnen afzienbare tijd tot resultaten moet leiden. Nederland en andere lidstaten spraken de hoop uit dat de formele Poolse reactie concrete voorstellen zal bevatten die de bezwaren adresseren.

De Commissie gaf aan de formele Poolse reactie af te zullen wachten, deze dan te zullen bestuderen en vervolgens bij de Raad terug te keren. Het voorzitterschap concludeerde dat het onderwerp geagendeerd zal worden voor de eerstvolgende RAZ.

Informele lunchbespreking institutionele cyclus

Tijdens de informele lunchbespreking werd van de zijde van de lidstaten overgebracht op welke onderwerpen in de komende twaalf maanden nog politiek akkoord moet worden gevonden in de Raad en het Europees Parlement. Veel lidstaten benadrukten daarbij het belang de lopende voorstellen ten aanzien van de digitale interne markt, PESCO, de energie-unie en migratie. Andere lidstaten wezen op wat meer horizontale onderwerpen zoals de top in het Roemeense Sibiu in het voorjaar van 2019, waarin de nieuwe prioriteiten van de EU moeten worden vastgesteld. Nederland heeft gewezen op betere regelgeving, transparantie en de benoemingsprocedure van de nieuwe secretaris-generaal van de Europese Commissie. Uw Kamer gaf een krachtig signaal af over de benoeming van de nieuwe secretaris-generaal tijdens het AO RAZ. Tijdens de RAZ heeft Nederland het belang onderstreept van transparantie bij benoemingsprocedures en medewerking door de Europese Commissie aan het onderzoek van het Europees Parlement. Nederland was de enige lidstaat die deze punten heeft ingebracht tijdens de RAZ. De Commissie beaamde volledige medewerking te zullen verlenen aan het onderzoek van het Europees Parlement. Op deze manier heeft het kabinet uitvoering gegeven aan de moties die door uw Kamer werden aangenomen tijdens het VAO RAZ op 15 maart jl. (zie Kamerstuk 21 501-02, nrs. 1839 en 1840; Handelingen II 2017/18, nr. 62, VAO Raad Algemene Zaken en Stemmingen).

Transparantie

Naar aanleiding van het verzoek van uw Kamer om tijdig op de hoogte gebracht te worden van het moment van agendering van het COSAC paper «opening up closed doors» in Raadsverband kan ik u mededelen dat dit paper op 26 april besproken wordt in de Raadswerkgroep. Dit geldt ook voor het rapport van de Ombudsman. Het rapport en de reactie van de Raad zullen worden besproken in de Raadswerkgroep. Zodra bekend is wanneer transparantie op Raadsniveau besproken wordt, wordt u daarover door het kabinet geïnformeerd.

Raad Algemene Zaken in Artikel 50 samenstelling

Brexit

Tijdens een korte bijeenkomst van de Raad Algemene Zaken in Artikel 50 samenstelling (RAZ Artikel 50) lichtte hoofdonderhandelaar Barnier het principeakkoord toe dat de Europese Commissie en het Verenigd Koninkrijk (VK) op 19 maart 2018 presenteerden over een aantal belangrijke onderdelen van de verdragstekst voor het terugtrekkingsakkoord, namelijk over de overgangsperiode, rechten van burgers, financiële afwikkeling en een aantal «other separating issues» zoals afwikkeling van douane procedures die nog lopen op het moment dat de overgangsperiode ten einde komt. De heer Barnier noemde dit een belangrijke stap richting een ordelijke uittreding van het VK uit de EU, maar benadrukte nogmaals dat «nothing is agreed until everything is agreed».

Voor de overgangsperiode zijn in het principeakkoord de volgende voorwaarden overeengekomen:

  • Het EU-acquis blijft gedurende de overgangsperiode van toepassing op het VK, inclusief nieuwe EU-regelgeving die tijdens de overgangsperiode van kracht wordt. Dit betekent onder meer dat EU-burgers die zich tijdens de overgangsperiode in het VK vestigen, dezelfde rechten toekomen als de EU-burgers die daar nu al wonen en werken. Het betekent verder dat het gemeenschappelijke visserijbeleid doorloopt in de overgangsperiode. Het VK zal in najaar 2019 nog geconsulteerd worden over de hoogte van de vangstmogelijkheden in 2020. Daarnaast betekent het dat het VK behandeld wordt als ware het een EU-lidstaat in het kader van internationale overeenkomsten met derde landen.

  • Het VK neemt tijdens de overgangsperiode niet deel aan, en zal geen leden van de EU-instellingen meer benoemen of verkiezen, waaronder de (Europese) Raad, de Europese Commissie, het Europees Parlement en het Europese Hof van Justitie.

  • Het VK mag tijdens de overgangsperiode met derde landen onderhandelen over handelsakkoorden en deze handelsakkoorden sluiten. Echter, dergelijke handelsakkoorden kunnen niet van toepassing worden tijdens de overgangsperiode, tenzij de EU besluit om hierop een uitzondering te maken.

  • De overgangsperiode gaat in op het moment dat het terugtrekkingsakkoord in werking treedt en loopt in beginsel door tot en met 31 december 2020 (wanneer ook het huidige Meerjarig Financieel Kader afloopt).

Over een aantal onderdelen van het terugtrekkingsakkoord dient nog verder te worden onderhandeld, onder meer over de Iers/Noord-Ierse grenskwestie, «governance» en een aantal overige terugtrekkingskwesties, zoals intellectueel eigendom en lopende samenwerking in strafzaken. Voor wat betreft de Iers/Noord Ierse grenskwestie is in de oplegger bij het terugtrekkingsakkoord opgenomen dat de «backstop»-oplossing onderdeel wordt van de verdragstekst van het terugtrekkingsakkoord, tenzij en tot het moment dat er een andere oplossing wordt gevonden. De Britse premier May heeft de voorzitter van de Europese Raad Tusk een brief gestuurd met daarin politieke dekking voor dat wat hierover in deze oplegger is opgenomen. Het VK en de Europese Commissie zijn een gezamenlijk werkplan met een gedetailleerde agenda overeengekomen voor de komende weken.

De RAZ Artikel 50 verwelkomde het principeakkoord, sprak zijn steun uit voor het werk van de heer Barnier en zijn team en onderstreepte wederom het belang van de eenheid van de EU27. Voorts bespraken de 27 lidstaten de concept-richtsnoeren voor de onderhandelingen over het kader van de toekomstige betrekkingen. De concept-richtsnoeren konden op brede instemming rekenen. De RAZ Artikel 50 stemde eveneens in met een tweetal Raadsverklaringen betreffende financiële diensten en luchtvaart die in de notulen van deze RAZ Artikel 50 zullen worden opgenomen.

Naar boven