21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1635 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juni 2016

Graag bied ik u hierbij de reactie aan op het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 2 juni 2016 inzake de TTIP-onderhandelingen (Handelingen II 2015/16, nr. 91, Regeling van Werkzaamheden).

De Voorzitter van de Europese Commissie, Jean-Claude Juncker, heeft aangegeven dat hij de regeringsleiders van de EU-lidstaten tijdens de Europese Raad van 28/29 juni wil vragen om herbevestiging van het mandaat voor de TTIP-onderhandelingen. Het mandaat voor de TTIP-onderhandelingen is unaniem vastgesteld tijdens de Raad Buitenlandse Zaken Handel van 14 juni 2013 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1270), waarover uw Kamer heeft gedebatteerd in het Algemeen Overleg van 6 juni 2013 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1275). Er is geen sprake van een nieuw mandaat of een aanpassing van het bestaande mandaat.

Uw Kamer wordt via het reguliere proces geïnformeerd over de Europese Raad. Voor elke Europese Raad ontvangt de Kamer een geannoteerde agenda, op basis waarvan er een plenair debat plaatsvindt.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen