21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1605 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 april 2016

Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de Raad Buitenlandse Zaken over handel (RBZ) op 13 mei 2016 te Brussel, waaraan EU-Ministers verantwoordelijk voor handelspolitiek zullen deelnemen. In deze agenda informeer ik u over de punten op de RBZ-agenda, waarbij ik ook een reactie geef op de motie van Jasper van Dijk (SP) over het beschikbaar maken van onderhandelings-documenten van het EU-VS handelsakkoord voor nationale parlementariërs (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1490). Daarnaast geef ik uw Kamer een stand van zaken over de goedkeuringsprocedure van het EU-Ecuador handelsakkoord.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen

RAAD BUITENLANDSE ZAKEN HANDEL 13 MEI 2016

Op 13 mei a.s. vindt de Raad voor Buitenlandse Zaken over handel (RBZ) plaats in Brussel. Op de agenda staan de Wereldhandelsorganisatie, onderhandelingen over het EU-VS handelsakkoord, het EU-Canada handelsakkoord en een mededeling over staal.

Wereldhandelsorganisatie (WTO) – Post-Nairobi

De Raad spreekt zich uit over het door de Commissie voorgestelde standpunt van de EU ten aanzien van de prioritering van onderhandelingsdossiers binnen de multilaterale onderhandelingen voor de periode tot de volgende Ministeriële Conferentie eind 2017.

Sinds de tiende Ministeriële Conferentie (MC10) die plaatsvond in december 2015 beraadt de EU zich op een nieuw standpunt dat recht doet aan de uitkomsten van de Conferentie. Hier besloten WTO-leden nog steeds de onderwerpen van Doha Ontwikkelingsagenda te prioriteren, maar tevens ruimte te scheppen om nieuwe onderhandelingsonderwerpen te verkennen.

Nederland is een voorstander van een sterke WTO, waar op een effectieve manier multilaterale akkoorden kunnen worden gesloten, die rekening houden met de minst ontwikkelde landen. Hiervoor is het nodig om met een nieuwe blik naar de onderwerpen van de Doha Ontwikkelingsagenda te kijken. De slotverklaring van MC10 biedt hiertoe ruimte. Nederland steunt het voorgestelde standpunt van de Commissie, omdat dit recht doet aan de unieke positie van de WTO als scheidsrechter van de internationale handel. Daarnaast is het standpunt realistisch ten aanzien van mogelijkheden om binnen de WTO markttoegang te vergroten: waar het multilateraal niet haalbaar is, kan dit in plurilateraal verband wel mogelijk zijn. Ook hecht Nederland er met de Commissie aan dat ontwikkeling centraal integraal onderdeel blijft van de onderhandelingen in WTO-verband.

In de Raad is brede steun voor de lijn van de Commissie. Iedere lidstaat heeft wel zijn eigen accenten, die men zal willen inbrengen. De verwachting is dat dit ook nog zal gebeuren tijdens deze bijeenkomst van de Raad.

EU-VS handelsakkoord (TTIP)

De Raad spreekt over de stand van zaken van de onderhandelingen over TTIP, waarbij de Europese Commissie een terugkoppeling geeft over de 13e onderhandelingsronde die plaatsvindt van 25 tot en met 29 april in New York.

Sinds juli 2013 onderhandelen de VS en de EU over het Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP). De ambitie van de EU en de VS is om de onderhandelingen eind 2016 af te ronden. Naast de verschillende onderhandelingsrondes vinden er ook meerdere ontmoetingen plaats tussen Commissaris Malmström en de Amerikaanse hoofdonderhandelaar Froman. Vlak voor de zomer vindt de 14e onderhandelingsronde plaats.

Nederland is voorstander van afronding van een gebalanceerd en ambitieus akkoord dat de hoge standaarden in de EU beschermt.

Mede door Nederlandse inzet is er opnieuw een belangrijke stap gezet op gebied van transparantie. Sinds 1 februari is er bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken een leesruimte waar alle leden van de Eerste en Tweede Kamer toegang hebben tot onderhandelingsdocumenten, zoals eerder toegelicht in een aparte Kamerbrief. Hiermee is ook uitvoering gegeven aan de motie van het Kamerlid Jasper van Dijk, waarin de Kamer de regering verzocht zich in Europees verband in te spannen om alle relevante TTIP-documenten toegankelijk te maken voor nationale parlementariërs (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1490).

Tijdens de informele RBZ Handel op 2 februari jl. spraken veel lidstaten hun steun uit voor een ambitieus akkoord. Ook het Europees Parlement blijft de onderhandelingen scherp volgen op basis van de randvoorwaarden die zijn opgesteld in de resolutie van 8 juli 2015.

EU-Canada handelsakkoord (CETA)

De EU en Canada hebben recent de juridische revisie van het CETA-akkoord afgerond. Tijdens de Raad worden de uitkomsten van deze revisie – inclusief de aanpassingen van de afspraken over investeringsbescherming – besproken en hebben Ministers de gelegenheid om van gedachten te wisselen over de volgende stappen in het proces, ondertekening en voorlopige toepassing, die in het najaar zijn voorzien.

De EU en Canada onderhandelen sinds 2009 over een handelsakkoord. In 2014 is een akkoord bereikt met Canada over een verdragstekst. Op 29 februari jl. heeft de Europese Commissie aangekondigd dat de juridische revisie van de verdragstekst afgerond was. Gedurende de juridische revisie heeft de Europese Commissie gesprekken gevoerd met de nieuwe Canadese regering om het hoofdstuk over investeringsbescherming in CETA in lijn te brengen met de nieuwe EU-benadering. Uiteindelijk is overeenstemming bereikt over vergaande aanpassingen. In de huidige CETA-tekst is de EU-inzet met een Investment Court System volledig door Canada geaccepteerd.

De Europese Commissie zal op zijn vroegst in juni 2016 komen met een voorstel voor een Raadsbesluit over ondertekening en voorlopige toepassing van onderdelen van CETA die onder de bevoegdheid van de EU vallen. Vanzelfsprekend kan de Kamer zich voorafgaand aan de Raad uitspreken over de Nederlandse positiebepaling inzake ondertekening en voorlopige toepassing van CETA door de EU.

Het kabinet is evenals andere lidstaten van mening dat CETA een gemengd akkoord is, gegeven de reikwijdte van het verdrag. Nederland moet het akkoord dan als zelfstandige verdragspartij ondertekenen en ratificeren. De lopende adviesprocedure over het EU-Singapore handelsverdrag verschaft mogelijk inzicht over de competentieverdeling tussen de EU en haar lidstaten bij handelsverdragen, zoals CETA.

De Raad is positief over de afronding van de juridische revisie en de aanpassingen in het hoofdstuk over investeringsbescherming. Ook in het Europees Parlement is door de meeste partijen positief gereageerd op de afronding van de revisie, en de herziening van het hoofdstuk over investeringsbescherming.

Staalcommunicatie

In de Voorzitterschapsconclusies van de Raad Concurrentievermogen van 29 februari jl. wordt benadrukt dat er een discussie moet plaatsvinden over een gebalanceerde en alomvattende aanpak ter verbetering van de Europese staalindustrie in de RBZ Handel. De Commissie heeft een mededeling gepubliceerd, de zogenaamde Staalcommunicatie, op 16 maart jl. (COM(2016) 155 final). In deze mededeling wordt de Raad opgeroepen om de Commissie te steunen om tot een krachtige en alomvattende oplossing te komen voor de staalcrisis. In de Europese Raad van 17 maart jl. is het belang van de Staalcommunicatie benadrukt in het kader van de aanpak van de globale overcapaciteit. Relevante onderdelen van de Staalcommunicatie worden ook op andere Raden besproken.

De staalcrisis is onder meer veroorzaakt door wereldwijde overproductie en de sterk toegenomen import van staal uit China. In de Staalcommunicatie worden de volgende acties voorgesteld: acties ten aanzien van het handelsdefensief instrumentarium, het moderniseren en herstructureren van de Europese staalindustrie, het versnellen van de benodigde energietransitie en het versterken de concurrentiekracht.

Nederland vindt dat de huidige situatie op de staalmarkt urgent is en Europese inzet vereist. Op hoofdlijnen kan Nederland zich dan ook in de mededeling van de Commissie vinden en zal Nederland dit voorstel positief kritisch ondersteunen in de desbetreffende Raden waar de diverse onderdelen worden behandeld. U wordt verder geïnformeerd over de Nederlandse inzet in het BNC-fiche dat u binnenkort toekomt.

Ook andere lidstaten ondersteunen de mededeling, in lijn met de uitkomsten van de Raden van november en februari jl. De Voorzitterschapsconclusies van de Raad Concurrentievermogen van februari jl. werden door een grote meerderheid onderschreven. In het Europees Parlement ondersteunen de meeste fracties de actiepunten van de Staalcommunicatie.

EU-Ecuador handelsakkoord

In juli 2014 zijn de onderhandelingen met Ecuador afgerond om toe te treden tot het handelsakkoord met Colombia en Peru. Sindsdien zijn zowel de EU als Ecuador met de eigen interne procedures bezig om dit toetredingsprotocol goed te keuren. Op dit moment wordt in het ambtelijk overleg over handelspolitiek in Brussel, het Handelspolitieke Comité, een tweetal voorstellen voor een Raadsbesluit besproken. Het eerste voorstel is een Raadsbesluit voor de ondertekening en voorlopige toepassing van het Protocol van toetreding van Ecuador tot het handelsakkoord met Peru/Colombia. Het tweede voorstel is een Raadsbesluit voor de sluiting van dit Protocol van toetreding.

De juridisch-linguïstische Dienst van de Raad heeft ongeveer 5 tot 6 maanden nodig voor het screenen van het toetredingsprotocol dat in alle 23 EU-talen is vertaald. Vervolgens wordt dit protocol, samen met het besluit tot ondertekening en voorlopige toepassing, via de Coreper aan de Raad ter goedkeuring aangeboden.

De inzet is om dit gehele proces, inclusief de goedkeuring door het Europees Parlement, voor 1 januari 2017 afgerond te hebben. De reden hiervoor is dat de tijdelijke preferentiële markttoegang die aan Ecuador is verleend op 31 december 2016 afloopt. Deze markttoegang kan via de voorlopige toepassing van het akkoord voortgezet worden.

Nederland is voorstander van het tijdig afronden van dit goedkeuringsproces waardoor er geen onderbreking ontstaat in de preferenties voor Ecuador. Zowel de Raad als het Europees Parlement steunen in grote meerderheid de goedkeuring en het voorlopig toepassen van het handelsakkoord tussen de EU en Ecuador.

Naar boven