Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 mei 2014
Hierbij bied ik u aan de geannoteerde agenda van de informele Raad Algemene Zaken
van 30 mei 2014.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
F.C.G.M. Timmermans
GEANNOTEERDE AGENDA INFORMELE RAAD ALGEMENE ZAKEN VAN 30 MEI 2014
Tijdens de informele Raad Algemene Zaken (RAZ) is een gedachtewisseling voorzien over
de wijze waarop de werkmethoden tussen de Raad, het Europees Parlement en de Commissie
verbeterd kan worden, alsmede over de rol van de Raad Algemene Zaken in het Europees
beleidsvormingsproces en als forum voor politieke dialoog.
Interinstitutioneel Akkoord over relaties tussen Raad, Europees Parlement en Commissie
Het is de bedoeling van het Griekse Voorzitterschap te discussiëren over het standpunt
van de Raad ten aanzien van de herziening van(bestaande) interinstitutionele akkoorden
tussen de Raad, het Europees Parlement en de Commissie. Het interinstitutionele akkoord
«beter wetgeven» dateert uit 2003 en dient aangepast te worden aan het Verdrag van
Lissabon. Het raamwerkakkoord tussen het Parlement en de Commissie uit 2010 betreft
slechts twee instellingen. Het Europees Parlement heeft haar positie over de interinstitutionele
verhoudingen in de afgelopen twee jaar in verschillende rapporten verwoord, o.a. in
het rapport Lamassoure (2012) over EP en instellingen die nationale regeringen vertegenwoordigen,
het rapport Casini (2013) over verhouding EP en nationale parlementen en het rapport
Rangel betreffende tenuitvoerlegging Verdrag van Lissabon voor wat betreft het EP.
Zoals uiteengezet in de «Staat van de Unie 2014» (Kamerstuk 33 877, nr. 1), is het interinstitutionele evenwicht de afgelopen jaren verschoven, waarbij de
verhoudingen in de driehoek Commissie-Europees Parlement-Raad uit het lood zijn geslagen.
Het kabinet wil het interinstitutionele evenwicht herstellen. Thans is van belang
dat er binnen de Raad wordt gesproken over de interinstitutionele relaties in de komende
vijf jaar teneinde een coherentie positie in te kunnen nemen in de discussies met
de andere instellingen van de EU. In de afgelopen jaren heeft Nederland het initiatief
genomen voor een beter functionerende Unie en vergroting van haar legitimiteit, zoals
ook neergelegd in de «Staat van de Unie 2014». Het gaat om voorstellen t.a.v. subsidiariteit
en proportionaliteit, transparantie, rechtsstatelijkheid, vergroting van de rol van
nationale parlementen, clustering in de Europese Commissie, vereenvoudiging van wetgeving
en gezamenlijke programmering van wetgeving. De inzet van het kabinet is erop gericht
steun te verwerven binnen de Raad voor deze elementen voor een beter functionerende
Unie. Deze zullen vervolgens voor het kabinet uitgangspunt vormen voor de Raad bij
de herziening van een interinstitutioneel akkoord tussen de instellingen. Na de verkiezingen
voor het Europees Parlement en de installatie van de nieuwe Commissie zal onder Italiaans
voorzitterschap mogelijkerwijs het initiatief worden genomen voor een interinstitutioneel
akkoord tussen de drie instellingen.
Rol van de Raad Algemene Zaken in EU-beleidsvorming
Daarnaast zal worden gediscussieerd over de rol van de Raad Algemene Zaken (RAZ) in
de EU-beleidsvorming en worden de mogelijkheden onderzocht om de effectiviteit en
de functie van de RAZ als een forum voor beleidsdialoog vorm te geven.
Conform de lijn uiteengezet in de «Staat van de Unie 2014», zal Nederland zich ervoor
uitspreken de synergie tussen de Europese Raad en de Raad te versterken. Door besluitvorming
binnen de Raad te verbeteren, waar mogelijk, door besluiten van vakraden in de werkgroepen
en in Coreper te laten voorbereiden en door binnen de Raad meer opvolging te geven
aan de opvolging van Europese Raadsconclusies, kan er binnen de Raden van Ministers
en de Europese Raad meer ruimte gevonden worden voor het voeren van politieke discussies
over beleidsprioriteiten en hoofddoelstellingen. Afhankelijk van de discussie tijdens
de informele RAZ, zullen de verhoudingen tussen Europese Raad en de Raad Algemene
Zaken door het inkomende Italiaanse voorzitterschap verder geagendeerd worden.