21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1232 MOTIE VAN DE LEDEN BONIS EN SJOERDSMA

Voorgesteld 13 maart 2013

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Europese Unie het van belang acht, het transitieproces in Egypte te blijven ondersteunen;

constaterende dat er naast enige positieve stappen ook sprake is van een aantal negatieve ontwikkelingen binnen dat transitieproces, waaronder een algehele verslechtering van de positie van vrouwen;

constaterende dat de nieuwe grondwet in Egypte de gelijkberechtiging van vrouwen verder ondermijnt en de mogelijkheden verruimt tot discriminatie van staatswege;

constaterende dat de politieke participatie van vrouwen in Egypte tot een minimaal niveau is teruggelopen, waardoor hun directe invloed op het publieke discours marginaal geworden is;

constaterende dat geweld tegen vrouwen en meisjes in Egypte hand over hand toeneemt en de daders, waaronder openbare ambtsdragers, nagenoeg gevrijwaard blijven van strafvervolging;

verzoekt de regering, te bewerkstelligen dat de geëigende Europese instellingen in geval van financiële steunverlening aan Egypte de inbreng van en effecten op vrouwen systematisch in acht nemen en daarover in evaluaties standaard verslag uitbrengen;

verzoekt de regering tevens, ditzelfde te doen waar het gaat om de bilaterale steun aan Egypte, inclusief de lopende programma’s via Matra-Zuid,

en gaat over tot de orde van de dag.

Bonis

Sjoerdsma

Naar boven