21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1155 BRIEF VAN DE MINISTER EN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 mei 2012

Hierbij bieden wij u het verslag aan van de Raad Buitenlandse Zaken van 14 mei jl.

De minister van Buitenlandse Zaken, U. Rosenthal

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, H. P. M. Knapen

Verslag van de Raad Buitenlandse Zaken d.d. 14 mei 2012

Afghanistan

De ministers bevestigden in aanloop naar de NAVO-top in Chicago (20–21 mei a.s.), de conferentie in Kaboel (14 juni a.s.) en de Afghanistan-conferentie in Tokio (8 juli a.s.) opnieuw de betrokkenheid en steun van de EU bij de stabilisering en sociaaleconomische ontwikkeling van Afghanistan na de transitie in 2014. Velen kondigden aan na 2014 aan de ANSF-financiering te zullen bijdragen. De Raad besloot, zonder vooruit te lopen op de discussie over het Meerjarige Financiële Kader van de EU, dat de EU prioriteit zal blijven geven aan Afghanistan en versterkt zal bijdragen aan de steun aan het land. De ministers benadrukten daarbij de noodzaak van «ownership» aan Afghaanse zijde bij het bevorderen van onder andere goed bestuur, van mensenrechten en de positie van vrouwen in Afghanistan, conform de Afghaanse toezeggingen tijdens de conferentie van Bonn.

Minister Rosenthal wees, net als een aantal andere ministers, ook op het belang van regionale samenwerking inzake Afghanistan. Hij verwelkomde in dit licht het Heart of Asia proces. Hoge Vertegenwoordiger (HV) Ashton onderschreef het belang van regionale betrokkenheid en zal mede in dit kader binnenkort de regio bezoeken.

Midden-Oosten Vredesproces

De ministers herhaalden hun steun voor een twee staten-oplossing. In dat verband verwelkomden zij de recente briefwisseling tussen Israël en de Palestijnen en de gezamenlijke verklaring van 12 mei jl. na de overhandiging van de antwoordbrief van premier Netanyahu aan president Abbas. In deze gezamenlijke verklaring geven beide partijen aan gecommitteerd te zijn aan het bereiken van vrede en spreken zij de hoop uit dat de briefwisseling hiertoe zal bijdragen. Tevens verwelkomde de EU de verklaring van premier Netanyahu dat de nieuwe Israëlische regering zich inzet voor voortgang in het vredesproces.

Kaderstellend blijft het onderhandelingstraject dat is vastgelegd in de Kwartetverklaring van 23 september 2011 en dat het Kwartet in zijn verklaring van 11 april jl. bevestigde. De EU riep partijen op om acties voort te zetten die bijdragen aan een klimaat van vertrouwen, zich te onthouden van acties die de geloofwaardigheid van het proces ondermijnen en haatzaaien te voorkomen. Minister Rosenthal noemde in dit verband het Israelische nederzettingenbeleid en unilaterale stappen in VN-verband van de Palestijnse Autoriteit niet behulpzaam. Hij gaf hierbij aan dat de EU zich moet richten op positieve elementen die bijdragen aan een herstart van directe besprekingen: het versterken van de relaties met Israël en het ondersteunen van de Palestijnse Autoriteit bij capaciteitsopbouw en economische ontwikkeling. Hieraan moet de EU in partnerschap met de VS werken.

De Raad benadrukte dat de levensvatbaarheid van een twee staten-oplossing moet worden behouden. In dat licht sprak hij zijn zorg uit over een aantal ontwikkelingen, waaronder ten aanzien van het nederzettingenbeleid, Oost-Jeruzalem, Area C en de financiële positie van de Palestijnse Autoriteit. De Raad herhaalde zijn fundamentele steun aan de veiligheid van Israël. De Raad was verontwaardigd over de terugkerende raketaanvallen vanuit Gaza. Tenslotte veroordeelden de ministers kolonistengeweld en spraken zij hun zorg uit over haatzaaien in Palestijnse media en daarbuiten en over beperkingen op het gebied van vrijheid van meningsuiting aan Palestijnse zijde.

Zuidelijk nabuurschap

Syrië

De Raad herhaalde zijn krachtige steun voor het zes-punten plan van speciaal gezant Kofi Annan. De Syrische autoriteiten moeten volledige en onmiddellijke medewerking verlenen aan de uitvoering van het Annan plan, inclusief de VN-waarnemingsmissie UNSMIS. De EU zal met de leden van de VN-veiligheidsraad in contact blijven om te bevorderen dat zij het werk van Annan allen actief blijven steunen. Onder anderen minister Rosenthal wees erop dat na afloop van de in VNVR-resolutie 2 043 genoemde 90-dagen periode een nieuwe bespreking in de VN-Veiligheidsraad moet plaatsvinden. Minister Rosenthal onderstreepte dat de Nederlandse uitgangspunten voor het EU-beleid onveranderd zijn: een einde aan het geweld en het aftreden van Assad.

De ministers spraken hun zorg uit over het recente geweld in Syrië, waaronder de bomaanslagen in Damascus en stelden dat terroristische daden onder geen enkele omstandigheid kunnen worden gerechtvaardigd. Zij hadden eveneens grote zorgen over de mensenrechtensituatie in Syrië, waaronder in het bijzonder de systematische en wijdverbreide mensenrechtenschendingen door het regime. De Raad drong aan op onmiddellijke vrijlating van politieke gevangenen en mensenrechtenverdedigers en het garanderen van het recht op vreedzame demonstratie.

De ministers besloten het sanctieregime uit te breiden met maatregelen tegen drie personen en twee entiteiten. De HV stelde dat zolang de repressie voortduurt, de EU druk op de verantwoordelijken zal blijven houden. Meerdere ministers, onder wie minister Rosenthal, bepleitten verdere uitbreiding van het sanctiepakket. De minister wees er daarbij op dat ook collega ministers uit de regio onderschrijven dat de sancties het Syrische regime raken.

De EU riep de oppositie op meningsverschillen opzij te zetten en tot gezamenlijke uitgangspunten en een mechanisme onder auspiciën van de Arabische Liga te komen, gericht op een inclusieve, ordelijke en vreedzame transitie in Syrië.

De Commissie wees erop dat de humanitaire toegang tot Syrië aan het verbeteren is. Meerdere ministers en HV Ashton onderstreepten dat de EU en de lidstaten vluchtelingen in en buiten Syrië blijven steunen.

Libië

Ministers bevestigden hun steun aan het democratische transitieproces in Libië. Zij bepleitten het intensiveren van de samenwerking met Libië na de verkiezingen van 19 juni a.s., in het bijzonder bij het tegengaan van instabiliteit aan zuidgrens van Libië en van illegale migratie. Hiertoe zouden de verschillende instrumenten van EU-beleid moeten worden ingezet.

HV Ashton stelde dat eind mei met Libië zal worden gesproken over de opvolging van de EU-integrated border management (IBM) assessmentmissie, die kan bijdragen aan het tegengaan van terrorisme, georganiseerde misdaad en illegale migratie. De EU zal Libië in overleg met andere internationale donoren ook op andere gebieden blijven steunen.

Algerije

De EU-waarnemingsmissie heeft in eerste conclusies de ordelijke voorbereiding en het kalme verloop van de parlementsverkiezingen van 10 mei jl. verwelkomd. De missie zag diverse verbeteringen en stappen in de richting van transparantie, hoewel nog de nodige maatregelen kunnen worden genomen om het vertrouwen te herstellen en brede toegang van politieke partijen te waarborgen.

HV Ashton en Commissaris Füle noemden de verkiezingen een stap voorwaarts die moet worden vervolgd met de aangekondigde grondwetsherziening. Algerije werd verder niet besproken.

Egypte

Tijdens de vergadering berichtten meerdere lidstaten op de uitnodiging van de Egyptische Presidential Election Commission in te zullen gaan en, net als Nederland, vertegenwoordigers van hun nationale instanties verantwoordelijk voor toezicht op verkiezingen af te zullen vaardigen naar de Egyptische presidentsverkiezingen. HV Ashton moedigt lidstaten aan de uitnodiging aan te nemen. De EU zal zelf een expertmissie sturen.

Jemen

De Raad herhaalde zijn steun voor een ordelijke en vreedzame transitie in Jemen en bevestigde zijn steun voor de inzet van president Hadi om het Gulf Cooperation Council initiatief te implementeren. De Raad sprak zorg uit over pogingen binnen Jemen om dit proces te laten ontsporen en riep alle betrokkenen op actief aan dit proces bij te dragen. In het licht van de verslechterende humanitaire situatie in Jemen, in het bijzonder op het gebied van veiligheid en voedselzekerheid voor vrouwen en kinderen, onderstreepten de ministers het voornemen de humanitaire inzet van de EU in Jemen te versterken.

Voorbereiding EU-Mexico Top

HV Ashton en Commissaris Piebalgs bevestigden dat tijdens de EU-Mexico top op 17 juni a.s. niet alleen zal worden gesproken over verdere samenwerking op gebieden als klimaat, RIO+20, G20/handel en de Groene Agenda, maar dat ook het belang van het respecteren van mensenrechten, het bestrijden van georganiseerde criminaliteit en het versterken van rechtszekerheid (ook op economisch gebied) aan de orde zullen worden gesteld.

Voorbereiding EU-Rusland Top

De ministers identificeerden als prioriteiten voor de EU-Rusland top van 3 en 4 juni a.s. de economische- en handelsaspecten van de relatie met Rusland, alsmede mensenrechten, waaronder ook individuele gevallen als die van Magnitsky. Zij waren het erover eens dat Rusland op zijn verantwoordelijkheden aangesproken moet blijven worden. Ook bepleitten enkele ministers een intensivering van de contacten met het maatschappelijk middenveld in Rusland.

Oekraïne

Onder anderen minister Rosenthal bracht in dat van ondertekening van het Associatieakkoord met Oekraïne geen sprake kan zijn zolang geen zichtbare verbeteringen zijn opgetreden op het gebied van mensenrechten en rechtsstaat. De ministers deelden het oordeel dat de parlementsverkiezingen in oktober a.s. een belangrijke factor zijn in de beoordeling van de prestaties van Oekraïne op deze gebieden, net als de beëindiging van selectieve rechtspraak en voortgang met de hervormingsagenda.

Minister Rosenthal en enkele andere ministers spraken hun zorg uit over de situatie van voormalig premier Timosjenko en andere oppositieleden in detentie en meenden dat een belangrijk politiek signaal werd gegeven door politieke aanwezigheid bij het EK voetbal in Oekraïne afhankelijk te maken van de behandeling van mevrouw Timosjenko. De behandeling door artsen van haar keuze, de beëindiging van haar hongerstaking en het bezoek van diverse hoogwaardigheidsbekleders aan Timosjenko zijn bemoedigende ontwikkelingen. Enkele andere lidstaten onderstreepten juist het belang van dialoog. Evenals Nederland zullen de meeste lidstaten hun definitieve positie kort voor aanvang van het EK bepalen op basis van de dan geldende omstandigheden.

Overig

Somalië

Mede met het oog op het einde van de politieke transitiefase in Somalië per 20 augustus 2012, riepen de ministers de Somalische autoriteiten op om de internationale afspraken over het transitieproces te respecteren. Zij bevestigden de mogelijkheid maatregelen te nemen als betrokkenen in Somalië de transitie frustreren. De Raad riep tevens de internationale gemeenschap op tot verbreding van de donorbasis van AMISOM en onderstreepte de geïntegreerde aanpak van piraterijbestrijding, zowel op zee als door middel van versterking van de rechtsstaat, ondersteuning van sociaaleconomische ontwikkeling en capaciteitsversterking op het land. De nieuwe EU-missie EUCAP NESTOR zal zich gaan richten op het duurzaam versterken van de maritieme veiligheid in de regio door middel van trainingen en overige capaciteitsopbouwactiviteiten.

Naar boven