21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1114 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 januari 2012

Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan van de Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari 2012.

De minister van Buitenlandse Zaken, U. Rosenthal

Geannoteerde agenda van de Raad Buitenlandse Zaken d.d. 23 januari 2012

Iran

De ingebruikname van de faciliteit voor verrijking van uranium in Fordow toont opnieuw aan dat Iran lijnrecht ingaat tegen relevante resoluties van de VN Veiligheidsraad. Iran geeft hiermee een duidelijk signaal zijn internationale verplichtingen nog steeds niet na te willen komen. Een delegatie van het IAEA zal op 28 januari Iran bezoeken. Eind februari wordt een volgend rapport van het IAEA verwacht over het Iraanse nucleaire programma. Het kabinet acht het onwenselijk te om in discussies over «als dan» scenario’s te treden. Speculeren over andere opties, of deze uitsluiten, is op dit moment niet aan de orde.

Het kabinet wil met internationale partners de druk op Iran maximaal opvoeren om het land te dwingen openheid van zaken te geven over zijn nucleaire ambities en aan zijn internationale verplichtingen te voldoen. Het is belangrijk dat de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) eensgezind een duidelijk signaal afgeeft aan Iran door het aannemen van een substantieel pakket aanvullende, gerichte sanctiemaatregelen. Op dit moment wordt hard gewerkt aan de modaliteiten van een olie-embargo tegen Iran. Daarnaast wordt, mede op voorstel van Nederland, gewerkt aan uitbreiding van de sancties ten aanzien van de financiële sector, de olie- en gassector, de petrochemische industrie en aan de afkondiging van visummaatregelen en tegoedenbevriezingen tegen personen, waarbij het regime wordt geraakt raken en de bevolking – die toch al veel te lijden heeft – niet.

Daarnaast spant het kabinet zich ervoor in dat de Raad er op korte termijn toe besluit de sancties tegen Iran uit te breiden naar aanleiding van ernstige mensenrechtenschendingen en (internet)censuur.

Syrië

President Assad blijft de voortdurende protesten met geweld onderdrukken. Inmiddels zijn er naar schatting van de VN minstens 5000 doden gevallen. Tienduizenden bevinden zich in detentie onder erbarmelijke omstandigheden. In zijn toespraak tot het Syrische volk op 10 januari jl. bleef President Assad bij zijn stelling dat de onrust in zijn land was toe te schrijven aan een buitenlands complot. Hij stelde de «terroristen» te zullen bestrijden. Assad herhaalde zijn toezegging tot hervormingen inclusief het houden van een referendum, maar onderstreepte dat eerst stabiliteit moet worden bereikt.

Het kabinet maakt zich grote zorgen over het toegenomen geweld in Syrië, waarbij een Franse journalist om het leven kwam en een Nederlandse journalist gewond raakte door een aanslag met mortiergranaten in de stad Homs. Het kabinet roept de Syrische autoriteiten op een onderzoek te gelasten naar de precieze toedracht van deze aanslag.

De Europese Raad concludeerde op 23 oktober 2011 dat de EU verdere maatregelen zal nemen zolang de onderdrukking van de Syrische burgerbevolking aanhoudt. De RBZ besloot op 1 december 2011 nadere sanctiemaatregelen te treffen. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan de implementatie daarvan. Deze maatregelen betreffen onder meer het verbod op import van materiaal waarmee communicatiemiddelen kunnen worden afgeluisterd of uitgelezen en additionele listings van personen en entiteiten die het regime steunen of daarvan profiteren.

De RBZ moet het Syrische regime andermaal oproepen het geweld te beëindigen, alle politieke gevangenen vrij te laten en internationale media toe te laten. Het kabinet spant zich ervoor in dat het EU-sanctiepakket tegen Syrië binnen afzienbare tijd verder wordt versterkt. Daarnaast verdienen leden van de Syrische oppositie en Syrische mensenrechtenverdedigers verdere steun, ook in EU-verband.

Het kabinet verwelkomt de inzet van de Arabische Liga om tot een oplossing te komen. Het is van belang dat de Europese Unie, de Arabische Liga, de Verenigde Staten en andere internationale actoren nauw contact onderhouden om maatregelen tegen het Syrische regime te coördineren. De internationale gemeenschap moet ernaar blijven streven op korte termijn overeenstemming te bereiken over actie in VN Veiligheidsraad-verband. Nederland spant zich onder andere in EU-verband in voor aanname van een stevige veroordelende resolutie waarin het regime onder meer wordt opgeroepen het geweld tegen burgers direct te staken.

Midden-Oosten Vredesproces

Israëlische en Palestijnse vertegenwoordigers hebben elkaar gesproken in Amman op 3 en 9 januari jl. Deze gesprekken zijn de eerste rechtstreekse contacten sinds september 2010. Zij vloeien voort uit intensieve contacten van de Jordaanse koning met het Kwartet, met president Peres en president Abbas, en met de Arabische Liga.

Het kabinet is positief over deze contacten en vat ze op als een onderdeel van het proces dat is gestart met de Kwartetverklaring van 23 september 2011. De inspanningen van Nederland en de EU moeten onverminderd gericht blijven op het bijdragen aan hervatting van rechtstreekse onderhandelingen, die op hun beurt moeten leiden tot een raamwerkakkoord dat volgens de Kwartetverklaring uiterlijk begin 2013 moet worden overeengekomen. Het kabinet zal in EU-kader en in bilaterale contacten met de partijen, zoals tijdens het aanstaande bezoek van minister-president Netanyahu aan Nederland, blijven uitdragen dat partijen geen stappen moeten zetten die de hervatting van de rechtstreekse onderhandelingen bemoeilijken. Het dringt erop aan dat de EU beide partijen blijft aanspreken op hun verantwoordelijkheden.

Egypte

Van 28 november tot en met 11 januari jl. vonden in Egypte in drie rondes de parlementsverkiezingen plaats. De opkomst was historisch hoog. De Moslimbroederschap en de salafistische al-Nour partij kwamen als winnaars uit de bus. Het liberale blok volgde op een derde plaats. Ondanks beperkte onregelmatigheden verliepen de verkiezingen relatief ordentelijk. Verkiezingen voor de Shura Council (senaat), zijn gepland in de periode van 29 januari tot en met 22 februari a.s. Presidentsverkiezingen zijn voorzien na herziening van de grondwet, maar vóór juli 2012.

Het kabinet houdt zorgen over de transitie in Egypte. Het geweld tegen demonstranten in de periode 16–20 december 2011, de positie van religieuze minderheden en vrouwen zijn verontrustend. Het rustige verloop van de vieringen van orthodox Kerstmis is positief. Het kabinet heeft voorts met grote zorg kennisgenomen van de huiszoekingen die op 29 december jl. door de Egyptische autoriteiten zijn gedaan bij zes internationale en lokale NGO’s in Egypte. Vrijheid van samenscholing en vrijheid van meningsuiting zijn essentieel in een democratische rechtsstaat. Hier passen dergelijke huiszoekingen niet in, tenzij NGO’s zich schuldig zouden maken aan strafbare feiten. Ook EU Hoge Vertegenwoordiger Catherine Ashton heeft haar zorg over de invallen mede op Nederlands initiatief in een verklaring op 30 december jl. geuit. Zij heeft de Egyptische autoriteiten opgeroepen de NGO’s in staat te stellen hun werk ter bevordering van het transitieproces in Egypte te doen.

De EU moet bij de nieuw verkozen autoriteiten het belang van een democratische, inclusieve transitie onderstrepen. Ook moet de EU incidenten aan de orde blijven stellen. De mensenrechten en burgerlijke vrijheden moeten worden gerespecteerd.

Lunch met Turkse minister Davutoğlu

De ministers zullen met hun Turkse counterpart Ahmet Davutoğlu spreken over het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Turkije is een belangrijke NAVO-bondgenoot en speelt een actieve rol in de Arabische transitie. De EU moet Turkije blijven aanspreken op zijn verantwoordelijkheid in de regio.

In zijn conclusies over EU-uitbreiding van 6 december jl. spoorde de RBZ Turkije opnieuw aan zijn buitenlands beleid te voeren in aanvulling op en in overleg met de EU, en zich geleidelijk aan te passen aan het Gemeenschappelijke Buitenlands en Veiligheidsbeleid (GBVB) van de EU. In het onderhandelingsraamwerk uit 2005 heeft Turkije zich hiertoe verplicht. Onlangs schakelde Turkije het sanctieregime tegen Syrië grotendeels gelijk met het EU-sanctieregime. Bij verdere aanscherping van het EU-sanctieregime tegen Iran zal de EU Turkije vragen zich hieraan te confirmeren.

Het kabinet maakt zich zorgen over de effecten op de stabiliteit in de regio van de soms scherpe Turkse retoriek. Het kabinet heeft zijn zorgen hierover bij herhaling aan Turkije overgebracht en zal dit, indien nodig, blijven doen. Het betreurt de verwijdering tussen de voormalige partners Turkije en Israël.

Soedan / Zuid-Soedan

De situatie in Darfur en het recente geweld in Zuid-Kordofan, Blue Nile en Abyei blijven de aandacht van de internationale gemeenschap vragen. Dit geldt ook voor het gebrek aan voortgang in de onderhandelingen tussen Soedan en Zuid-Soedan over de uitstaande kwesties van het Comprehensive Peace Agreement. De EU blijft zich inspannen voor een politieke oplossing voor en humanitaire toegang tot de door conflict getroffen gebieden Zuid-Kordofan, Blue Nile en Darfur. De EU dient de Soedanese regering en oppositiepartijen op te blijven roepen tot het staken van het geweld, het vinden van een politieke oplossing voor de conflicten en constitutionele hervormingen in de geest van het Comprehensive Peace Agreement (CPA). Stabiliteit en ontwikkeling in Soedan en Zuid-Soedan zijn afhankelijk van een snelle afhandeling van uitstaande CPA-kwesties.

De EU moet haar steun aan bemiddeling door de Afrikaanse Unie bij de afwikkeling van het CPA actief uitdragen. Voor Zuid-Soedan hebben staatsopbouw, corruptiebestrijding en het versterken van de rechtsstaat een hoge prioriteit. Sinds de onafhankelijkheid heeft de Zuid-Soedanese regering vordering geboekt met de formulering van een nationaal ontwikkelingsplan. De EU en haar lidstaten hebben een gezamenlijke strategie ontwikkeld die op dit plan aansluit. Het is van groot belang om voortvarend over te gaan tot uitvoering van het nationaal ontwikkelingsplan. Dit geldt met name voor ontwapening, ontwikkeling van instituties om tribale conflicten op te lossen, en het bieden van economisch perspectief.

Het grootschalige tribale geweld rond de jaarwisseling in de deelstaat Jonglei is zorgwekkend. Bescherming van de burgerbevolking is primair de verantwoordelijkheid van de Zuid-Soedanese autoriteiten. UNMISS heeft druk uitgeoefend op de Zuid-Soedanese autoriteiten om te bemiddelen tussen de betrokken stammen en verder geweld te voorkomen.

Birma

De Birmese regering heeft 13 januari een groot aantal prominente politieke gevangenen vrijgelaten. Voorts is na 60 jaar een staakt-het-vuren overeengekomen tussen de Birmese overheid en de Karen National Union. Sinds vorig jaar voert de Birmese regering een dialoog met Aung San Suu Kyi en zijn er diverse nieuwe wetten aangenomen, waaronder wijziging van de Kieswet. Hierdoor kan de National League for Democracy, met Aung San Suu Kyi als partijleider, deelnemen aan de tussentijdse verkiezingen in april 2012. Belangrijke zorg betreft het geweld in het gebied van de Kachin.

De EU moet dit hervormingsproces aanmoedigen. Om dit proces beter te kunnen steunen heeft de EU inmiddels besloten een kantoor in Birma te openen. De EU dient alert te blijven op de belangrijkste vereisten voor normaliseren van de relaties met Birma, zoals de onvoorwaardelijke vrijlating van alle politieke gevangenen, eerlijke en vrije verkiezingen en oprechte vooruitgang op gebied van verzoening met de etnische minderheden. In april 2012, wanneer de jaarlijkse herziening van de sancties tegen Birma plaatsvindt, kan de EU beoordelen of voldoende voortgang is gemaakt om een versoepeling van de sancties te rechtvaardigen.

Servië / Kosovo

Voortzetting van de dialoog tussen Servië en Kosovo is de enige weg naar normalisatie van de nabuurschappelijke betrekkingen. Beide partijen moeten – zoals verwoord in de conclusies van de Europese Raad van 9 december jl. – gecommitteerd blijven aan de dialoog, de tot nu toe bereikte akkoorden inclusief geïntegreerd grensbeheer te goeder trouw implementeren en voortgang boeken ten aanzien van de nog uitstaande onderwerpen, waaronder de deelname van Kosovo aan regionale fora. Het kabinet zal de Servische opstelling in de dialoog meewegen bij de besluitvorming over het aan Servië verlenen van de status van kandidaat-lidstaat in februari a.s.

Het in december 2011 tussen Servië en Kosovo bereikte deelakkoord over geïntegreerd grensbeheer dient verder te worden uitgewerkt in een technisch protocol. De aangekondigde voortzetting van de dialoog op een nader overeen te komen datum in januari van dit jaar (2012) is een positieve stap.

Wit-Rusland

De repressie in Wit-Rusland duurt onverminderd voort. De laatste maanden zijn prominente mensenrechtenactivisten veroordeeld tot jaren gevangenisstraf, vindt er grootschalige internet-censuur plaats en wordt politieke partijen belet deel te nemen aan politieke bijeenkomsten. Naar aanleiding hiervan vindt bespreking in de RBZ plaats.

Gezien de ontwikkelingen heeft het kabinet zich in de afgelopen weken ingezet voor verdere aanscherping van het EU-sanctiebeleid tegen Wit-Rusland door uitbreiding van de gerichte sancties tegen personen en instanties die betrokken zijn bij de repressie. Zowel Nederland als de EU blijft het maatschappelijk middenveld in Wit-Rusland steunen.

Naar boven