Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 december 2010
Hierbij heb ik het genoegen u het verslag aan te bieden van de Raad Buitenlandse Zaken/Ontwikkelingssamenwerking die op 9 december
2010 plaatsvond te Brussel.
De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
H. P. M. Knapen
Verslag van de Raad Buitenlandse Zaken/Ontwikkelingssamenwerking (RBZ/OS) van 9 december 2010.
Groenboek toekomst EU-ontwikkelingsbeleid
Commissaris Andris Piebalgs (ontwikkelingssamenwerking) presenteerde het groenboek «EU-ontwikkelingsbeleid ter ondersteuning van groei voor iedereen en duurzame ontwikkeling; Het EU-ontwikkelingsbeleid trefzekerder
maken». Hij bepleitte dat de EU zich sterker zou concentreren in het hulpbeleid; bevordering van inclusieve groei, duurzame energie
en landbouw en voedselzekerheid zouden hoofdpunten moeten worden.
Uit de tafelronde bleek veel waardering voor de beoogde heroriëntatie. Vooral de focus op groei, landbouw en voedselzekerheid
kon op veel steun rekenen. Nederland presenteerde de hoofdpunten van de kabinetsreactie op het groenboek (toegezonden aan
de Kamer op 10 december 2010). Nederland stelde in dit kader dat de Commissie een grotere terughoudendheid aan de dag moet
leggen bij het verstrekken van begrotingssteun. Bij twijfel over de inzet op het gebied van corruptie, mensenrechten of goed
bestuur dient de EU geen begrotingssteun toe te kennen. Nederland vroeg ook speciale aandacht voor de werkverdeling tussen
EU-donoren en riep de Commissie op haar coördinerende rol op dit gebied te versterken. Nederland zal zijn bijdrage aan de
onderwijssector gaan terugbrengen en vroeg andere donoren te bezien of activiteiten in deze sector kunnen worden overgenomen.
Verder pleitte Nederland voor het bij de EU-begroting onderbrengen van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF). Hiermee zou
de parlementaire controle op het EOF worden verbeterd.
Afghanistan
De EU-vertegenwoordiger in Kaboel, Vygaudas Usackas, schetste de situatie in Afghanistan aan de hand van het tweede implementatierapport
van het EU actieplan. Samen met de Hoge Vertegenwoordiger benadrukte hij het belang van donorcoördinatie en goede aansluiting
bij nationale structuren en beleidskaders. De nauwere EU-samenwerking die in Kaboel recent tot stand was gekomen op politiek
gebied, moesten de lidstaten en de Commissie ook vertalen naar de hulpverlening.
Innovatieve financiering
Op verzoek van Frankrijk werd over innovatieve financiering gesproken. Een groep van lidstaten (met oa Frankrijk, België,
Spanje, Portugal) ziet hierin een kans om de hulpbestedingen te verhogen, waarbij men vooral denkt aan heffingen. Een andere
groep van lidstaten (met oa Zweden, Nederland, VK, Denemarken, Slowakije) voelt hier niets voor. Nederland memoreerde tegen
nieuwe heffingen te zijn en tegen oormerking van belastingen voor specifieke doelen. De toegevoegde waarde van innovatieve
financiering zou vooral in stimulering van partnerschappen met het bedrijfsleven gezocht moeten worden.
Haïti
Commissaris Piebalgs gaf aan dat begin volgend jaar de gezamenlijke programmering van de wederopbouwhulp in overleg tussen
de Commissie, de lidstaten en de regering van Haïti zou kunnen worden afgerond. Feitelijke EU-bestedingen waren nog beperkt
vanwege lokale factoren die snelle wederopbouw tegenhielden. De HV benadrukte dat de EU-inzet ten aanzien van Haïti een zaak
van lange adem zal zijn.
In het verlengde van de toezegging tijdens het AO Haïti van 25 november wees Nederland op het belang van goede coördinatie
bij de voortgaande noodhulpverlening en een constructieve rol daarbij van ECHO en MIC (Monitoring and Information Centre van de EU). Ook bepleitte Nederland meer steun voor de aanpak van de cholera epidemie. Inmiddels heeft de Commissie hiervoor
22 miljoen euro ter beschikking gesteld.
Transparantie en wederzijdse verantwoording
In een korte bespreking maakten Zweden en het VK melding van nationale initiatieven om de transparantie over hun hulpinzet
te vergroten. Samenwerking op EU-niveau rond dit onderwerp werd gesteund. De Raad stelde conclusies over dit onderwerp vast.
Internationale Ontwikkelingsconferenties in 2011
Tijdens het werkdiner kwamen de EU-voorbereiding van de vierde VN-conferentie over de MOLs (Minst Ontwikkelde Landen) in mei
2011 in Istanboel/Turkije en de vierde conferentie over hulpeffectiviteit in november 2011 in Busan/Zuid-Korea aan de orde.
Volgens meerdere lidstaten zou de komende MOL’s conferentie meer focus moeten krijgen dan tien jaar geleden tijdens de vorige
MOL’s conferentie in Brussel het geval was geweest. Commissaris Piebalgs suggereerde groei en kwetsbaarheid als centrale thema’s.
Meerdere lidstaten gaven aan dat de Busan conferentie de afronding van het Parijs/Accra-proces moest worden en dat de hulpeffectiviteitagenda
vooral op landenniveau verder vorm gegeven moest worden.