32 133
Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale onderhoudswet 2010)

A
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET

19 november 2009

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in het kader van het fiscale beleid voor het jaar 2010 wenselijk is in een aantal wetten technische en redactionele verbeteringen alsmede enkele wijzigingen aan te brengen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt als volgt gewijzigd:

0A. In artikel 1.7, eerste lid, onderdelen a en b, wordt «artikel 25, derde lid» vervangen door: artikel 25, vijfde lid.

0Aa. In artikel 3.27, derde lid, onderdeel b, wordt «artikel 5, onderdeel b, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969» vervangen door: artikel 5, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.

0Ab. In artikel 3.83, zevende lid, onder 1°, wordt «artikel 25, derde lid» vervangen door: artikel 25, vijfde lid.

A. In artikel 3.126, eerste lid, onderdeel b, wordt «artikel 5, onderdeel b, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969» vervangen door: artikel 5, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.

B. Artikel 3.129 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid, onderdeel a, onder 2°, komt te luiden:

2°. de ondernemer ten tijde van het staken voor 45% of meer arbeidsongeschikt is en de hem toekomende termijnen van lijfrenten ingaan binnen zes maanden na het staken of.

2. Na het vierde lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. Voor de toepassing van het tweede lid, onderdeel a, onder 2°, wordt de ondernemer beschouwd voor 45% of meer arbeidsongeschikt te zijn indien hij aannemelijk maakt dat hij door ziekte of gebreken niet in staat is om ten minste 55% te verdienen van wat lichamelijk en gezonde belastingplichtigen die overigens in gelijke omstandigheden verkeren, kunnen verdienen, en daartoe ook hetzij in het afgelopen jaar niet in staat is geweest hetzij vermoedelijk in het eerstkomende jaar niet in staat zal zijn.

Ba. In artikel 3.133, vijfde lid, wordt «artikel 25, derde lid» vervangen door: artikel 25, vijfde lid.

Bb. In artikel 3.135, eerste lid, wordt «artikel 25, derde lid» vervangen door: artikel 25, vijfde lid.

Bc. In artikel 3.136, tweede lid, wordt «artikel 25, derde lid» vervangen door: artikel 25, vijfde lid.

Bd. In artikel 3.138, vierde lid, wordt «artikel 25, derde lid» vervangen door: artikel 25, vijfde lid.

Be. In artikel 4.24, vierde lid, wordt «of een van hun bloedof aanverwanten in de rechte lijn» vervangen door: of een van hun bloed- of aanverwanten in de rechte lijn.

Bf. In artikel 5.4, zesde lid, wordt «bedoeld in artikel 1a, vierde, vijfde en achtste lid, van de Successiewet 1956» vervangen door: bedoeld in artikel 1a, vierde, vijfde, zesde en achtste lid, van de Successiewet 1956.

C. In artikel 6.19, eerste lid, onderdeel b, wordt «artikel 2.10» vervangen door: artikel 2.10a.

Cbis. In artikel 6.33, eerste lid, onderdeel b, wordt «in een ministeriële regeling aangewezen mogendheid» vervangen door: in een bij ministeriële regeling aangewezen mogendheid.

Ca. In artikel 7.2, achtste lid, onderdeel d, onder 1°, wordt «artikel 25, derde lid» vervangen door: artikel 25, vijfde lid.

D. In artikel 8.14a, vijfde lid, wordt «een in het tweede lid, onderdeel b, bedoeld kind» vervangen door: een in het eerste lid, onderdeel b, bedoeld kind.

E. In artikel 9.2, eerste lid, onderdeel e, wordt «op bestanddelen van het verzamelinkomen» vervangen door: op bestanddelen van het verzamelinkomen voor zover het heffingsrecht op grond van het belastingverdrag aan Nederland is toegewezen.

F. In artikel 10a.7, tweede lid, vervalt de komma na «19 april 2009».

ARTIKEL II

De Wet op de loonbelasting 1964 wordt als volgt gewijzigd:

A. In artikel 18a, negende lid, wordt «de artikelen 20a en 26» vervangen door: de artikelen 20a, 20b en 26.

B. In artikel 19a, eerste lid, onderdeel f, onder 2°, wordt «artikel 3.83, eerste of tweede lid» vervangen door: artikel 3.83, eerste of tweede lid, artikel 3.136, derde, vierde of vijfde lid.

C. In artikel 19b, eerste lid, onderdeel b, wordt «artikel 25, derde lid» vervangen door: artikel 25, vijfde lid.

D. Artikel 19g, vierde lid, onderdeel c, komt te luiden:

c. financiële ondernemingen aan wie een vergunning is verleend ingevolge de Wet op het financieel toezicht om in Nederland het bedrijf van beleggingsinstelling uit te oefenen, en die zijn gevestigd in Nederland;.

E. In de in artikel 20a, eerste lid, opgenomen tabel en in de in artikel 20b opgenomen tabel wordt «Bij een belastbaar inkomen» vervangen door «Bij een belastbaar loon» en wordt «het gedeelte van het belastbare inkomen uit werk en woning» vervangen door: het gedeelte van het belastbare loon.

F. In artikel 26b, aanhef, wordt «de artikelen 20, 20a en 26» vervangen door: de artikelen 20, 20a, 20b en 26.

G. In artikel 31, derde en vierde lid, wordt «in artikel 20a, eerste lid, opgenomen tabel» vervangen door: in artikel 20a, eerste lid, of artikel 20b opgenomen tabel.

Ga. In artikel 31, derde en vierde lid, wordt «of artikel 20b opgenomen tabel» vervangen door: of artikel 20b, eerste lid, opgenomen tabel.

Gb. Artikel 32aa, zesde lid, tweede volzin, zoals dit van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2008 luidde, komt te luiden: In afwijking in zoverre van de eerste volzin wordt een regeling niet als regeling voor vervroegde uittreding aangemerkt, voor zover die regeling een pensioenovereenkomst inhoudt als bedoeld in de Pensioenwet of een pensioenregeling is als bedoeld in hoofdstuk IIB of in de artikelen 38d, 38e of 38f.

H. Artikel 32ba, zesde lid, tweede volzin, komt te luiden: In afwijking in zoverre van de eerste volzin wordt een regeling niet als regeling voor vervroegde uittreding aangemerkt, voor zover die regeling een pensioenovereenkomst inhoudt als bedoeld in de Pensioenwet of een pensioenregeling is als bedoeld in hoofdstuk IIB of in de artikelen 38d, 38e of 38f.

I. In artikel 36b wordt «artikel 18, onderdeel c» vervangen door: artikel 18, eerste lid, onderdeel c.

ARTIKEL III

In artikel 8, zevende lid, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt «artikel 32aa van de Wet op de loonbelasting 1964» vervangen door: artikel 32ba van de Wet op de loonbelasting 1964.

ARTIKEL IIIA

De Successiewet 1956 wordt als volgt gewijzigd:

A. In artikel 3, tweede lid, vervalt de komma na «ieder». Voorts vervalt de komma na «verlaten».

B. In artikel 10, zevende lid, onderdeel a, vervalt «niet aangemerkt».

C. Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «na van het overlijden» vervangen door: na het overlijden.

2. In het tweede lid wordt «diens bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad of hun partners» vervangen door: een van diens bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad of hun partners.

D. Artikel 35c wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef van het vijfde lid wordt na «hield» een komma geplaatst.

2. In het zesde lid wordt «de Wet op belastingen van rechtsverkeer 1970» vervangen door: de Wet op belastingen van rechtsverkeer.

E. In artikel 35g wordt «zowel blote eigendom als bedoeld in het eerste lid en ondernemingsvermogen als bedoeld in artikel 35b, tweede lid» vervangen door: zowel blote eigendom als bedoeld in het eerste lid als ondernemingsvermogen als bedoeld in artikel 35b, tweede lid.

ARTIKEL IV

Artikel 40, tweede lid, van de Wet op de omzetbelasting 1968 komt te luiden:

2. De bevoegdheid tot het opleggen van de in het eerste lid bedoelde boete vervalt, in afwijking van artikel 5:45, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht, door het verloop van vijf jaren na het einde van het kalenderjaar waarin de in artikel 28s, eerste lid, of artikel 37a, eerste lid, genoemde verplichting is ontstaan.

ARTIKEL IVA

In artikel 91, eerste lid, van de Wet belastingen op milieugrondslag wordt «89, derde lid» vervangen door: 89, derde en zevende lid.

ARTIKEL V

In artikel 15, vierde lid, van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 vervalt «Het zesde en zevende lid van artikel 10 zijn niet van toepassing.».

ARTIKEL VI

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd:

A. In artikel 21, onderdeel e, onder 1° en 2°, wordt «aanslag» vervangen door: aanslag of navorderingsaanslag.

B. In artikel 29 wordt «8:71 en 8:75» vervangen door: 8:71, 8:72a en 8:75.

ARTIKEL VII

De Invorderingswet 1990 wordt als volgt gewijzigd:

A. In artikel 24, eerste lid, onderdeel b, wordt «in het eerste lid» telkens vervangen door: in onderdeel a.

B. In artikel 25, twintigste lid, tweede volzin, wordt «veertiende en zestiende lid» vervangen door: veertiende, zestiende en achttiende lid.

C. Artikel 26, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de eerste volzin wordt «indien dit uitstel eindigt door verloop van tien jaren» vervangen door: indien dit uitstel eindigt doordat de termijn, bedoeld in artikel 25, vijfde lid, tweede volzin, onderscheidenlijk de termijn, bedoeld in artikel 25, achtste lid, tweede volzin, is verstreken.

2. In de tweede volzin wordt «gelijk aan het nog openstaande bedrag na tien jaren» vervangen door: gelijk aan het nog openstaande bedrag nadat de termijn, bedoeld in artikel 25, vijfde lid, tweede volzin, onderscheidenlijk de termijn, bedoeld in artikel 25, achtste lid, tweede volzin, is verstreken.

D. In artikel 28, tweede lid, tweede volzin, wordt «of zeventiende lid,» vervangen door: of zeventiende tot en met negentiende lid,.

E. In artikel 59, eerste lid, wordt «artikel 58, onderdeel b» vervangen door: artikel 58, eerste lid, onderdeel b.

ARTIKEL VIII

Aan artikel 8, derde lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen wordt een volzin toegevoegd, luidende: In afwijking van de eerste volzin wordt het premie-inkomen van een premieplichtige die is geboren vóór 1 januari 1946 tot geen hoger bedrag in aanmerking genomen dan het als tweede vermelde bedrag in kolom II van de tarieftabel in artikel 2.10a van de Wet inkomstenbelasting 2001.

ARTIKEL IX

In artikel XIII, onderdeel B, van de Wet aanpassing fiscale behandeling VUT/prepensioen en introductie levensloopregeling wordt «artikel 32aa» vervangen door «artikel 32ba» en wordt «1 januari 2005» vervangen door: 1 januari 2009.

ARTIKEL X

In artikel XXIX, tiende lid, van het Belastingplan 2009 wordt «artikel XXII» vervangen door: artikel XXII, onderdeel B,.

ARTIKEL XI

In artikel VIII, vierde lid, van de Wet werken aan winst wordt «in mindering worden gebracht» vervangen door: in mindering worden gebracht op de belasting.

ARTIKEL XII

In de wet van 18 december 2008, houdende wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale Onderhoudswet 2009) (Stb. 2008, 567) wordt in artikel II, onderdeel C, «zo nodig afwijkende» vervangen door: zonodig afwijkende.

ARTIKEL XIII

Artikel 3.1, onderdeel D, van de Aanpassingswet burgerservicenummer vervalt.

ARTIKEL XIV

Deze wet treedt, zo nodig met terugwerkende kracht, in werking met ingang van 1 januari 2010, met dien verstande dat:

a. artikel II, onderdeel I, terugwerkt tot en met 1 juni 1999;

b. artikel I, onderdeel Be, terugwerkt tot en met 1 januari 2001;

c. artikel I, onderdelen 0Aa, A en B, terugwerkt tot en met 1 januari 2004;

d. artikel VII, onderdeel B, D en E, terugwerkt tot en met 1 januari 2005;

e. de artikelen II, onderdelen D en Gb, V en XI terugwerken tot en met 1 januari 2007;

f. de artikelen X en XII terugwerken tot en met 31 december 2008;

g. de artikelen I, onderdelen D en E, II, onderdelen A, E, F, G en H, III, VI, onderdeel A, VII, onderdeel C, VIII en IX terugwerken tot en met 1 januari 2009;

h. artikel XIII terugwerkt tot en met 11 maart 2009;

i. artikel II, onderdeel B, terugwerkt tot en met 29 juni 2009, 12.00 uur;

j. de artikelen I, onderdelen 0A, 0Ab, Ba, Bb, Bc, Bd en Ca, II, onderdeel C, IV, VI, onderdeel B, en VII, onderdeel A, terugwerken tot en met 1 juli 2009.

ARTIKEL XV

Deze wet wordt aangehaald als: Fiscale onderhoudswet 2010.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Staatssecretaris van Financiën,

Naar boven