30 826
Voorstel van wet van de leden Van Velzen en Waalkens houdende een verbod op de pelsdierhouderij (Wet verbod pelsdierhouderij)

G
VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT1

Vastgesteld 31 maart 2010

De leden van de fracties van CU en SGP hebben kennisgenomen van de nadere memorie van antwoord van de initiatiefnemers van het wetsvoorstel. Genoemde leden achten de door hen gestelde vragen echter onvoldoende beantwoord en verzoeken daarom op twee hoofdpunten om een nadere toelichting.

De leden van de PvdA-fractie sluiten zich bij de vragen van de leden van de genoemde fracties aan en wensen op een aanvullend punt nadere verduidelijking.

Terugwerkende kracht en overgangstermijn

In de memorie van antwoord werd met betrekking tot het bezwaar van «terugwerkende kracht», dat voor de leden van de fracties van CU en SGP in de Eerste Kamer zeer zwaar weegt, gezegd dat «indieners (...) zich er van bewust zijn dat een mogelijke aanpassing van de overgangstermijn wenselijk is.» Nu zeggen de indieners in de nadere memorie van antwoord dat de overgangstermijn van 10 jaar normaal is, en dat opheffen van de nertsenhouderij in 2008 daaraan voldoet. Daarbij lijken de indieners weer volledig voorbij te gaan aan het fundamentele bezwaar van de «terugwerkende kracht», en waaraan ze in de memorie van antwoord tegemoet leken te komen aan genoemde leden. Het beroep van de indieners op toepassing van terugwerkende kracht in antwoord op vragen van leden van de fractie van het CDA in de nadere memorie van antwoord argumenteren zij – om zo te zeggen – op noodsituaties, waarin inderdaad de regeling door gebruikmaking van terugwerkende kracht kan ingaan. De initiatiefnemers stellen dat «dit volgt uit de aanwijzing voor Regelgeving (Aanwijzing 167)». Dat deze aanwijzing ook geldt voor het initiatiefwetsvoorstel wordt geponeerd, maar niet beargumenteerd. Graag ontvangen de leden van de CU- en SGP-fracties een nadere argumentatie terzake. De Eerste Kamer staat in een lange traditie om met het oog op een kwalitatief goede wetgeving en met het oog op voldoende rechtsbescherming van de burger vóór afwijzing van terugwerkende kracht in wetsvoorstellen. De leden van de genoemde fracties staan ook op dat standpunt.

De leden van de PvdA-fractie vragen een nadere verduidelijking met betrekking tot de datum waarop de 10-jarige overgangstermijn moet ingaan. Op pagina 3 van de memorie van antwoord stellen de initiatiefnemers «(...) dat een mogelijke aanpassing van de overgangstermijn misschien wenselijk is.» In de nadere memorie van antwoord stellen de initiatiefnemers evenwel dat uitstel van de ingangsdatum van de overgangstermijn «gezien de groei die de sector doormaakt (...) niet wenselijk (lijkt).» Graag ontvangen de leden van de PvdA-fractie een nadere toelichting op het feit dat de initiatiefnemers niet langer bereid lijken om de overgangstermijn later te laten ingaan.

Compensatie

Een tweede punt weegt voor de leden van de fracties van CU en SGP ook zwaar. In de nadere memorie van antwoord wordt onduidelijkheid gelaten ten aanzien van de compensatie van afschrijvingskosten van welzijnsinvesteringen die in 2013 nog verplichtend zijn. Het loslaten van deze verplichting wordt aan het productschap over gelaten. Maar de vraag of daarover zekerheid is te geven, blijft volgens deze leden onbeantwoord. Graag vernemen deze leden welke betekenis hieraan moet worden toegekend en welke zekerheid aldus geboden wordt.

Onder voorbehoud van tijdige en adequate beantwoording acht de commissie het wetsvoorstel gereed voor openbare behandeling op 13 april 2010.

De leden van de commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zien de reactie van de initiatiefnemers graag vóór 8 april 2010 tegemoet.

De voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Schuurman

De griffier van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Warmolt de Boer


XNoot
1

Samenstelling:

Schuurman (CU), voorzitter, Holdijk (SGP), Swenker (VVD), Terpstra (CDA), Slagter-Roukema (SP), Westerveld (PvdA), Sylvester (PvdA), Putters (PvdA), Doek (CDA), Eigeman (PvdA), Engels (D66), Slager (SP), Benedictus (CDA), Peters (SP), De Boer (CU), Willems (CDA), vice-voorzitter, Schaap (VVD), Huijbregts-Schiedon (VVD), Laurier (GL), Hermans (VVD), Smaling (SP), Koffeman (PvdD), Böhler (GL), Yildirim (Fractie-Yildirim) en Tiesinga (CDA).

Naar boven