31 868
Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet educatie en beroepsonderwijs in hoofdzaak ten behoeve van het volgen van assistentopleidingen in het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs

A
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET

26 mei 2009

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat een kwetsbare groep leerlingen in het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs geheel of gedeeltelijk in de plaats van de basisberoepsgerichte leerweg een assistentopleiding kan volgen als bedoeld in de Wet educatie en beroepsonderwijs;

dat daarmee kan worden bijgedragen aan het voorkomen van voortijdig schoolverlaten;

dat het wenselijk is de periode te verlengen waarin in het beroepsonderwijs kan worden geëxperimenteerd met de competentiegerichte kwalificatiestructuur;

dat daartoe de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet educatie en beroepsonderwijs wijziging behoeven;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I. WIJZIGING WET OP HET VOORTGEZET ONDERWIJS

A

Na artikel 10b7 van de Wet op het voortgezet onderwijs worden twee nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

Artikel 10b8. Assistentopleiding in het vmbo

1. Het bevoegd gezag kan bij de school ingeschreven leerlingen die daarbij naar zijn oordeel gebaat zijn, in de gelegenheid stellen om geheel of gedeeltelijk in plaats van de basisberoepsgerichte leerweg, bedoeld in artikel 10b, eerste lid, een assistentopleiding te volgen als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, onder a, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, met inachtneming van de artikelen 7.2.7 en 8.1.1, vierde lid, van laatstgenoemde wet. Artikel 10b, tweede lid, tweede volzin, is van overeenkomstige toepassing.

2. De assistentopleiding stemt overeen met het programma-aanbod van de beroepsgerichte programma’s van de basisberoepsgerichte leerweg die aan de school wordt verzorgd.

3. Het bevoegd gezag is niet gehouden, leerlingen die een assistentopleiding volgen als bedoeld in het eerste lid, gelegenheid te geven om aan de school een eindexamen in de basisberoepsgerichte leerweg af te leggen als bedoeld in artikel 29, eerste lid.

4. Leerlingen die een assistentopleiding volgen als bedoeld in het eerste lid, worden aangemerkt als leerlingen van de basisberoepsgerichte leerweg waarvoor de assistentopleiding geheel of gedeeltelijk in de plaats treedt.

5. Ten aanzien van bij de school ingeschreven leerlingen jonger dan 16 jaar wordt de assistentopleiding verzorgd met inachtneming van de volgende vereisten:

a. de beroepspraktijkvorming, bedoeld in de artikelen 7.2.8 en 7.2.9 van de Wet educatie en beroepsonderwijs, omvat uitsluitend het verrichten van lichte arbeid van geschikte aard,

b. in plaats van de basisberoepsgerichte leerweg wordt geheel of gedeeltelijk zowel binnenschools als buitenschools onderricht in de praktijk van het beroep verzorgd,

c. een gekwalificeerde mentor of docentbegeleider bewaakt de voortgang van het onderricht in de praktijk van het beroep, en

d. het binnenschools en buitenschools onderricht in de praktijk van het beroep worden geïntegreerd verzorgd.

Artikel 10b9. Samenwerkingsovereenkomst assistentopleiding in het vmbo

1. De assistentopleiding, bedoeld in artikel 10b8, wordt onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag verzorgd op grond van een samenwerkingsovereenkomst tussen het bevoegd gezag van de school en het bevoegd gezag van een instelling als bedoeld in artikel 1.1.1, onderdeel b, van de Wet educatie en beroepsonderwijs waarvan het onderwijsaanbod mede deze assistentopleiding omvat.

2. Een samenwerkingsovereenkomst als bedoeld in het eerste lid voorziet in elk geval in afspraken over:

a. de assistentopleiding die geheel of gedeeltelijk in plaats van de basisberoepsgerichte leerweg zal worden verzorgd,

b. de inschrijving van leerlingen als examendeelnemer bij de instelling,

c. de examinering en diplomering door de instelling,

d. de invulling van de betrokkenheid van het bevoegd gezag bij de beroepspraktijkvorming, bedoeld in de artikelen 7.2.8 en 7.2.9 van de Wet educatie en beroepsonderwijs, met dien verstande dat het bevoegd gezag de in dat artikel 7.2.9 bedoelde overeenkomst mede ondertekent,

e. de toepassing van artikel 10b8, tweede lid,

f. de rechtsbescherming van de leerling, en

g. de doorstroom van de leerlingen na het met goed gevolg afsluiten van de assistentopleiding.

3. In geval van toepassing van artikel 7.4.4a, derde lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, is het bevoegd gezag belast met de uitvoering van de daar bedoelde examinering.

4. Indien het bevoegd gezag tevens het bevoegd gezag is van een instelling als bedoeld in artikel 1.1.1, onderdeel b, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, regelt het bevoegd gezag op overeenkomstige wijze de onderwerpen, genoemd in het tweede lid.

B

Na artikel 33a wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidend:

Artikel 33b. Verzorgen onderwijs met geschiktheidsverklaring op grond van Wet educatie en beroepsonderwijs

In afwijking van artikel 33, eerste lid, onderdeel b, kan met het verzorgen van onderwijs in de assistentopleiding, bedoeld in artikel 10b8, ook worden belast degene die in het bezit is van een geschiktheidsverklaring als bedoeld in artikel 4.2.4, eerste lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs voor tot die assistentopleiding behorend onderwijs, met dien verstande dat betrokkene tevens in het bezit is van een getuigschrift als bedoeld in artikel 7a.4 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.

ARTIKEL II. WIJZIGING WET EDUCATIE EN BEROEPSONDERWIJS

De Wet educatie en beroepsonderwijs wordt als volgt gewijzigd:

Ao

Artikel 1.1.3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na «8.1.4 tot en met 8.2.1» ingevoegd: 8.4.1, 8.4.2.

2. In het tweede lid wordt na «8.1.3 tot en met 8.2.1» ingevoegd: 8.4.1, 8.4.2.

A

Aan artikel 7.4.4a wordt een nieuw lid toegevoegd, luidend:

3. Het bevoegd gezag kan de examinering van examendeelnemers die op grond van een samenwerkingsovereenkomst als bedoeld in artikel 8.4.2 een assistentopleiding volgen, onder zijn verantwoordelijkheid laten uitvoeren door het bevoegd gezag van een school voor voortgezet onderwijs.

B

In hoofdstuk 8 komt het opschrift van titel 4 te luiden: TITEL 4. SAMENWERKING IN VERBAND MET LEER-WERKTRAJECTEN VMBO EN ASSISTENTOPLEIDING IN HET VMBO

C

Na artikel 8.4.1 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidend:

Artikel 8.4.2. Samenwerkingsovereenkomst assistentopleiding in het vmbo

1. De assistentopleiding, bedoeld in artikel 10b8 van de Wet op het voortgezet onderwijs, wordt verzorgd op grondslag van een samenwerkingsovereenkomst tussen het bevoegd gezag van een instelling en het bevoegd gezag van een school voor voortgezet onderwijs als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs.

2. Een samenwerkingsovereenkomst als bedoeld in het eerste lid, voldoet aan artikel 10b9 van de Wet op het voorgezet onderwijs.

D

In artikel 12.1a.5 wordt in de aanhef «1 augustus 2010» vervangen door: 1 augustus 2012.

ARTIKEL III. INWERKINGTREDING

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld, en kunnen terugwerken tot en met een in dat besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Naar boven