31 345
Wijziging van de Monumentenwet 1988 in verband met onder meer beperking van de ministeriële adviesplicht bij aanvragen om een monumentenvergunning

H
MOTIE VAN HET LID ASSCHER C.S.

Voorgesteld 9 december 2008

De Kamer,

gehoord de beraadslagingen,

overwegende, dat stadsherstellichamen, organisaties zijn die zich uitsluitend of nagenoeg uitsluitend bezig houden met de renovatie respectievelijk herstel van rijksmonumenten,

overwegende, dat deze stadsherstellichamen onder de Wet op de vennootschapsbelasting vallen als uitvloeisel van de heffing op de woningbouwcorporaties,

overwegende, dat de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de staatssecretaris van Financiën hebben toegezegd dat de heffing, geschat op € 2 miljoen over 2008, als subsidie van OCW zal worden teruggegeven aan de stadsherstellichamen,

overwegende, dat ook in de toekomst de heffing van vennootschapsbelasting budgettair neutraal moet worden teruggegeven aan de stadsherstellichamen,

verzoekt de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap vanaf 1 januari 2009 de subsidies aan de stadsherstellichamen te verhogen met de vennootschapsbelastingheffing over die lichamen zodat deze netto geen nadeel ondervinden van deze heffing,

en gaat over tot de orde van de dag.

Asscher

Schouw

De Boer

Broekers-Knol

Dupuis

Naar boven