31 318
Wijziging van de Wet inburgering (inburgeringsvoorzieningen voor alle inburgeringsplichtigen gericht op het inburgeringsexamen of het staatsexamen Nederlands als tweede taal)

E
NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD

Ontvangen 6 november 2008

Met belangstelling heb ik kennis genomen van het nader voorlopig verslag van de vaste commissie voor volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieu/wonen, wijken en integratie. In het navolgende ga ik in op de twee vragen uit het nader voorlopig verslag.

De leden van de commissie zouden nog willen beschikken over de cijfers die betrekking hebben op de prestaties van gemeenten in de eerste helft van 2008.

Zoals aangekondigd in de memorie van antwoord (Kamerstukken I 2008/09, 31 318, C, blz. 3) is de Tweede Kamer inmiddels nader geïnformeerd (Kamerstukken II 2008/09, 31 143, nr. 25) over de stand van zaken met betrekking tot het aantal in 2007 en in de eerste helft van 2008 aangeboden inburgeringvoorzieningen.

In deze brief is op pagina 3 onderstaand overzicht opgenomen van de landelijke gegevens in de periode 1 januari 2007 tot en met juni 2008 van de door de gemeenten geregistreerde voorzieningen in het Informatiesysteem Inburgering (ISI).

Tabel 1: Landelijk beeld ISI

LandelijkTotaal 2007jan t/m juni 2008Totaal ’07–’08
Regelgeving en soort aanbod   
Verplichte inburgering (WI) totaal7 99811 50719 505
– inburgeringsvoorzieningen gecombineerd met reïntegratie2 4283 2585 686
– inburgeringsvoorzieningen5 5508 23413 784
– traject Geestelijke Bedienaar201535
    
Vrijwillige inburgering totaal1 4763 5485 024
– inburgeringsvoorziening gecombineerd met reïntegratie3941 3541 748
– inburgeringsvoorziening1 0822 1943 276
– traject Geestelijke Bedienaar

Op basis van bovenstaande gegevens is, in vergelijking met de totalen van 2007, het aantal inburgeraars in de eerste zes maanden van 2008 toegenomen. Het aantal aangeboden voorzieningen in de eerste helft van 2008 overstijgt het totaal aantal aangeboden voorzieningen in 2007. De prestaties van de eerste 6 maanden van het jaar 2008 extrapolerend zullen er ruim 30 000 inburgeringsprogramma’s in het jaar 2008 worden aangeboden. In genoemde brief heb ik aangegeven dat we er desondanks nog lang niet zijn. Er zijn nog veel inspanningen nodig om de overeengekomen ambities van gemeenten voor 2007 tot en met 2009 (47 000 inburgeringsvoorzieningen gemiddeld per jaar) te realiseren.

De leden van de PvdA-fractie vroegen naar de verblijfsrechtelijke gevolgen van het niet krijgen van een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd wegens het niet slagen voor het zwaarder geworden inburgeringsexamen.

Artikel 3.96a van het Vreemdelingenbesluit 2000 bepaalt dat inburgeringsplichtigen die het inburgeringsexamen (nog) niet gehaald hebben geen recht hebben op een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd. Artikel 9.2, tweede lid, van het Besluit inburgering bevat een overgangstermijn voor vreemdelingen die voor 21 september 2008 een aanvraag voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd indienden en op dat moment drie jaar rechtmatig in Nederland verbleven. Zoals aangekondigd in de memorie van antwoord (Kamerstukken I 2008/09, 31 318, C, blz. 9–10) wordt die overgangstermijn verlengd tot 1 januari 2010. Dat wil zeggen dat vreemdelingen die op 1 januari 2007 rechtmatig in Nederland verbleven en voor 1 januari 2010 een aanvraag indienen voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd het inburgeringsexamen nog niet gehaald hoeven te hebben.

Op grond van het vreemdelingenrecht kunnen vreemdelingen in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd na 5 jaar legaal verblijf in Nederland. Dat betekent dat vreemdelingen die na 1 januari 2007 in Nederland zijn gekomen pas een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd kunnen krijgen als ze het inburgeringsexamen hebben gehaald. Dat is de verblijfsrechtelijke consequentie die verbonden is aan het niet slagen voor het inburgeringsexamen. Wie verwijtbaar het inburgeringsexamen niet haalt ontneemt zich het perspectief op versterking van zijn verblijfsrechtelijke positie in Nederland. Het niet slagen voor het inburgeringsexamen houdt geen verblijfsbeëindiging in. De vreemdeling blijft legaal in Nederland wonen op grond van zijn verblijfsvergunning voor bepaalde tijd, die kan worden verlengd.

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,

E. Vogelaar

Naar boven