29 976 (R 1780)
Goedkeuring en uitvoering van het op 25 mei 2000 te New York totstandgekomen Facultatief Protocol bij het Verdrag inzake de rechten van het kind inzake de betrokkenheid van kinderen bij gewapende conflicten

E
NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD

Ontvangen 8 december 2008

De regering dankt de fracties van de PvdA en van de SP voor de betoonde belangstelling voor dit wetsvoorstel en hun nadere bijdragen. Op de gestelde vragen antwoordt de regering als volgt.

De leden van de fractie van de PvdA vragen of er voorzien is in enig voorschrift of richtlijn, dat in een voorkomend geval een kinderrechter ingeschakeld moet worden of dat er een of meer rechters van de militaire kamer van de rechtbank Arnhem als kinderrechter zijn benoemd.

De vraag van deze leden berust mogelijk op de veronderstelling dat de militaire kamer van de rechtbank Arnhem wordt gevormd door militairen. Evenwel, ingevolge de bepalingen van de Wet militaire strafrechtspraak spreekt de militaire kamer van de rechtbank Arnhem in meervoudige samenstelling recht met twee tot de rechterlijke macht behorende leden waaraan één – niet tot de rechterlijke macht behorend – militair lid wordt toegevoegd.

Indien er sprake is van een enkelvoudige samenstelling, of in geval van de militaire kantonrechter of militaire politierechter, dan is dit steeds een lid van de rechterlijke macht.

Wat betreft de specifieke opleidingen die deze leden van de rechterlijke macht hebben gevolgd, is bij de rechtbank Arnhem de situatie niet anders dan bij andere rechtbanken. In voorkomend geval kan derhalve worden voorzien in een samenstelling, waarbij een als zodanig benoemde en opgeleide kinderrechter van de militaire rechtbank deel uitmaakt.

Aan de leden van de fractie van de SP die vragen in hoeverre het selectieen begeleidingsproces voor 17-jarigen met meer of andere waarborgen is omkleed dan het selectie- en begeleidingsproces voor meerderjarigen antwoord ik het volgende. In het selectieproces moet iedere kandidaat voldoen aan de vereisten. Daaraan wordt niet getornd, niet uit een oogpunt van leeftijd en niet uit een oogpunt van personeelstekort. Bij de initiële selectie wordt in een 1 tot 1,5 uur durend algemeen interview op een achttal factoren beoordeeld, waaronder stabiliteit. De daarbij gehanteerde norm is voor een ieder hetzelfde. Er wordt geen onderscheid gemaakt wat betreft de leeftijd. Wat wel verschilt, is dat er voor een jongere vaak minder aanknopingspunten zijn om tot een oordeel te komen dan bij een oudere met meer levenservaring. In het interview wordt namelijk gekeken wat de sollicitant heeft meegemaakt in bijvoorbeeld werk-, sport-, gezins- en vrijetijdssituaties. Daarbij wordt achterhaald hoe de situatie was, hoe betrokkene geopereerd heeft en hoe hij uit het proces gekomen is. Op grond van het in het interview verkregen beeld wordt uitspraak gedaan over de mate van stabiliteit.

De 17-jarigen die door de selectie komen worden dan ook op grond van het voldoen aan die eisen, zoals al in de memorie van antwoord is vermeld, voldoende opleidbaar en vormbaar geacht om door de training en opleiding die zij als militair ontvangen gevormd te worden tot volwassen en competente militairen. Voor de begeleiding geldt het volgende. Gedurende de enkele maanden (doorgaans niet langer dan een half jaar) dat zij de leeftijd van 18 jaar nog niet bereikt hebben is er een ervaren onderofficier belast met hun begeleiding. Het proces is gericht op persoonlijke begeleiding. Er is geen sprake van extra toetsmomenten voor 17-jarigen, omdat het hier gaat om optimale zorgvuldigheid ten aanzien van het individu. Gedurende die periode hebben zij de mogelijkheid om hun opleiding direct te beëindigen als het militaire bestaan toch niet overeen blijkt te komen met de ideeën die daarover bij hen hadden postgevat. Bij het invoeren van de status van aspirant-militair ambtenaar zullen zij die mogelijkheid blijven behouden. Wanneer zij evenwel de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt verkrijgen zij dezelfde status als alle andere militairen.

De staatssecretaris van Defensie,

J. G. de Vries