A
VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIEN1
Vastgesteld 29 januari 2008
Het voorbereidend onderzoek van deze wetsvoorstellen heeft de commissie
aanleiding gegeven tot het maken van de volgende opmerkingen en het stellen
van de volgende vragen.
31 200 IXA
De leden van de SP-fractie hebben met instemming
en waardering kennisgenomen van het geïntegreerd middelenbeheer en van
de toename van rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT’s). Zij hebben
ook met instemming kennisgenomen van het voornemen betreffende een beleidsmatig
gecentreerde portefeuille.
Naar aanleiding van de memorie van toelichting (pagina 8) vragen deze
leden de regering toe te lichten waarom juist voor een 7-jaars gecentreerde
portefeuille is gekozen; er zouden immers ook argumenten kunnen zijn voor
een 10-jaars gecentreerde portefeuille, mede gezien de wenselijkheid van het
jaarlijks uitgeven van een nieuwe lening in het 10-jaars segment (memorie
van toelichting, pagina 11). Liggen aan de centrering op 7 jaar ideeën
over conjunctuurcycli ten grondslag?
31 200 IXB
De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling
kennisgenomen van de begrotingsstaten van het Ministerie van Financiën
2008 en de Memorie van Toelichting daarbij.
De leden van de SP-fractie hebben de indruk dat de tabel op pagina 42
van de memorie van toelichting onjuist is. Klopt het dat, in tegenstelling
tot hetgeen in de tabel is aangegeven, de cijfers onder de kopjes «verkopen
2006» en «verkopen 2007» geen voortschrijdend gemiddelden
zijn? Indien de eerste kolom wel een voortschrijdend gemiddelde betreft, over
welke jaren gaat het dan?
Het geheel van de Rijksbegroting 2008 overziende, constateren de leden
van de SP-fractie dat daarbij een Balans van het Rijk en de Collectieve Sector
ontbreekt. Voor de beoordeling van de begroting door het parlement is dit
een gemis. De leden van de SP-fractie hebben daarom twee verzoeken. Ten eerste,
kan de regering toezeggen dat bij de Rijksbegroting 2009 een materiële
en financiële balans (samen: vermogensbalans) van het Rijk en van de
Collectieve Sector verstrekt wordt, zowel nominaal als in percentages van
het BBP? Ten tweede, kunnen deze balansen voor de jaren 1970, 1977, 1987 en
2007 alsnog verstrekt worden, nominaal en in percentages van het BBP?
Voorts zou het nuttig zijn om, indien de tijd het toestaat, de cijfers
over zoveel mogelijk tussenliggende jaren te krijgen. Het is de leden van
de SP-fractie bekend dat het Centraal Bureau voor de Statistiek dergelijke
opstellingen maakt, doch pas vanaf 1990 en vanuit wisselende perspectieven.
Het komt deze leden voor dat balansen onder verantwoordelijkheid van de minister
van Financiën verstrekt zouden moeten worden1.
Deze balansen dienen de beoordeling van de begroting in het algemeen. Voorts
dienen zij wellicht de relativering van het eenzijdig concentreren op de EMU-schuld
(bruto schuld). Het in de voetnoot vermelde onderzoek levert immers aanwijzingen
dat de verbetering van de positie met betrekking tot de EMU-schuld vanaf 1993
niet gepaard ging met een overeenkomstige verbetering van de netto vermogenspositie.
Ook levert het onderzoek aanwijzingen op dat in de periode 1982–2007
de netto vermogenspositie als percentage van het BBP meer dan gehalveerd is,
met een scherpe daling tussen 1993 en 1995. Voor de beoordeling van de huidige
Nederlandse financieel-economische politiek in vergelijking tot die in de
afgelopen decennia zijn de genoemde balansen derhalve van groot belang.
Ten slotte hebben de leden van SP-fractie een aanvullende vraag over Bijlage
1 van begrotingsstuk 31 200 (Miljoenennota). In de tabel op pagina 72
staat voor 2008 de post «Overig» op 3,2 miljard euro (dat wil
zeggen bijna 2% van de totale uitgaven 2008). In de volgende bijlagen
of in andere begrotingsstukken hebben deze leden geen specificatie van deze
post kunnen terugvinden. Graag worden zij geïnformeerd over de betreffende
vindplaats dan wel de verantwoording van deze post2.
De voorzitter van de commissie,
Essers
De griffier a.i. van de commissie,
Van Oort
XNoot
1Samenstelling:
Van den Berg (SGP), Bemelmans-Videc (CDA), Terpstra (CDA), Ten Hoeve (OSF),
Kox (SP), Vedder-Wubben (CDA), Biermans (VVD), Essers (CDA), voorzitter, Noten
(PvdA), Sylvester (PvdA), Schouw (D66), Van Driel (PvdA), Doek (CDA), Leijnse
(PvdA), Peters (SP), De Boer (CU), vice-voorzitter, Reuten (SP), Hofstra (VVD),
Asscher (VVD), Laurier (GL), Hermans (VVD), Koffeman (PvdD), Böhler (GL),
Elzinga (SP) en Yildirim (Fractie-Yildirim).
XNoot
1De leden van de SP-fractie verwijzen ook naar het door hun zeer gewaardeerde
onderzoek van CPB-medewerker (voorheen CBS) dr. Frits Bos – o.a. CPB
Document 150 (2007) pagina 34, waar de bruto schuld en het netto vermogen
zijn vergeleken. Vermoedelijk kan de regering echter meer omvattende en gedetailleerde
cijfers verstrekken.
XNoot
2De voetnoot bij de betreffende tabel zegt slechts iets over mutaties in
2009 en 2010, maar niet over de «basisomvang» van de post.