A
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is enige onvolkomenheden
in titel 5 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, titel 16 van het derde Boek
van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, Wet op de rechterlijke organisatie
en de Uitvoeringswet grondkamers te herstellen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Titel 5 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:
A. Lid 4 van artikel 317 vervalt.
B. In artikel 319 lid 1 onder a wordt «327 lid 2» vervangen
door «327 lid 3» en wordt «394» vervangen door: 393.
C. In artikel 325 lid 5 wordt tweemaal «tenminste» vervangen
door: ten minste.
D. In artikel 327 lid 3 wordt «het vorige artikel» vervangen
door: lid 1.
E. In artikel 358 lid 2 wordt «teniet gegaan» vervangen
door: tenietgegaan.
F. In artikel 363 wordt in de leden 6 en 7 «zij» vervangen
door »hij» en wordt in lid 8 «zevende lid» vervangen
door: zesde lid.
G. In artikel 365 lid 1 wordt «zij» vervangen door: hij.
H. In artikel 373 lid 3 wordt «haar» vervangen door:
zijn.
Ha. In artikel 374 wordt aan het slot toegevoegd: Hij geeft hiervan bij
aangetekende brief kennis aan de verpachter binnen een maand nadat het vonnis
onaantastbaar is geworden.
I. In artikel 377 lid 3 wordt «deze» vervangen door:
hij.
J. In artikel 378 lid 1 wordt tweemaal «tenminste» vervangen
door: ten minste.
Ja. In artikel 379 lid 2 wordt «en» vervangen door: een. In
lid 3 wordt in de tweede zin de punt vervangen door: met dien verstande dat
de verkoop niet mag geschieden tegen een prijs die lager is dan de in het
vorige lid bedoelde prijs.
Jb. In artikel 383 wordt «artikel 378 lid 1 of artikel 379 lid 3»
vervangen door: artikel 378 lid 1, 378 lid 5 of 379 lid 3.
K. In artikel 391 lid 1 wordt «326» vervangen door: 325.
L. In artikel 395 wordt in lid 1 na «350» ingevoegd «,363,
364» en wordt «niet toepassing» vervangen door: niet van
toepassing.
M. In artikel 396 wordt in de aanhef van lid 1 na «318–325,»
ingevoegd: 327, 328,.
N. In artikel 397 wordt in lid 1 «400» vervangen door «399a»
en wordt «402» vervangen door: 399c. Verder wordt in lid 3 «het
eerste lid» vervangen door: dit artikel. Voorts wordt in lid 4 «400»
vervangen door «399a» en wordt «402» vervangen door:
399c.
O. In artikel 399 vervallen «334,» en «339, 340,».
P. De artikelen 400, 401, 402, 403 en 404 worden vernummerd tot respectievelijk:
399a, 399b, 399c, 399d en 399e.
Q. In lid 3 van het tot 399c vernummerde artikel wordt de zinsnede «een
pachtovereenkomst tot wijziging van een pachtovereenkomst» vervangen
door: een pachtovereenkomst of van een overeenkomst tot wijziging of beëindiging
van een pachtovereenkomst.
ARTIKEL II
Titel 16 van het derde Boek van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
wordt als volgt gewijzigd:
A. In artikel 1019j aanhef vervalt de komma achter «bedoeld»
en wordt onder e «401 of 402» vervangen door: 399c of 399e.
B. In artikel 1019k lid 2 wordt «de gewone rechter» vervangen
door: een andere gewone rechter.
C. In artikel 1019l leden 1, 2 en 3 wordt «tenminste»
vervangen door: ten minste.
D. In artikel 1019r lid 1 wordt «tenminste» vervangen
door: ten minste.
E. In artikel 1019u wordt «welks» vervangen door: welker.
F. In artikel 1019v wordt «verschonen» vervangen door:
verschoning.
ARTIKEL III
De Wet op de rechterlijke organisatie wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 48a lid 1 wordt «de Wet op de rechterlijke organisatie»
vervangen door «deze wet» en wordt in lid 5 «deze wet»
vervangen door: de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren.
ARTIKEL IV
De Uitvoeringswet grondkamers wordt als volgt gewijzigd:
A. In het opschrift wordt «centrale grondkamer» vervangen
door: Centrale Grondkamer.
B. In artikel 20 lid 1 wordt «eerste lid» vervangen door:
tweede lid.
ARTIKEL V
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 september 2007. Indien
het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 augustus
2007, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met
1 september 2007.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie,