31 087
Wijziging van enige wetten teneinde het verhaal van kosten van re-integratiemaatregelen te vergemakkelijken

C
NADER VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID1

Vastgesteld 18 maart 2008

De memorie van antwoord heeft de commissie aanleiding gegeven tot het maken van de volgende opmerkingen en het stellen van de volgende vragen.

De leden van de PvdA-fractie hebben met waardering kennis genomen van de gedegen beantwoording van de door hen gestelde vragen. De beantwoording is inhoudelijk zeker adequaat maar roept niettemin nog wat vervolgvragen op, ook omdat de portee van bepaalde door hen gestelde vragen niet steeds goed is overgekomen.

Met de vraag over het verschil tussen doorbetaald en oorspronkelijk loon is bedoeld opheldering te vragen over het antwoord van de regering op de vraag van de SP-fractie over de mogelijkheid voor de werknemer het verschil tussen het eigen loon en het doorbetaalde loon tijdens ziekte te verhalen en zich daartoe in de verhaalsactie te voegen (Nota naar aanleiding van het verslag, TK nr 6. p. 4). Betekent het antwoord, zo vragen de leden van de PvdA-fractie ook namens de leden van de GroenLinks-fractie, dat de derde die de aansprakelijkheid erkent en de werkgeverskosten vergoedt uit dien hoofde ook het verschil tussen oorspronkelijk en doorbetaald loon zal vergoeden, dat deze daartoe naar het oordeel van de minister ook gehouden is? Anders gezegd, impliceert de erkenning van aansprakelijkheid voor de in artikel 6:107a tweede lid BW bedoelde schade (verhaalsrecht werkgever) eveneens aansprakelijkheid naar de gekwetste werknemer toe voor het door deze ervaren loonverschil tijdens ziekte? Zo ja, staat deze aansprakelijkheid niet op gespannen voet met de grondslag achter dit verschil, een incentive tot spoedige werkhervatting? Wordt de derde zo niet feitelijk verplicht een prikkel weg te nemen waar hij zelf belang bij heeft?

Onderschrijft de minister de suggestie van de SP-fractie dat werkgever en werknemer in één en dezelfde procedure tegen de schadeveroorzaker moeten kunnen optrekken, waarbij de werkgever de loon- en re-integratieschade vordert en de werknemer het loonverschil bij ziekte? En, uitgaand van het hoge percentage burgers met een aansprakelijkheidsverzekering, wordt het effect in de praktijk dan dat werknemer en werkgever zich tot de verzekeraar van de schadeveroorzaker wenden met het verzoek aan de werkgever de loon- en re-integratiekosten te vergoeden en aan de werknemer het verschil tussen werkelijk en doorbetaald loon?

Ook het antwoord op de vraag over het collega-verweer (art 6:107a lid 3) riep bij deze leden, mede namens de leden van de GroenLinks-fractie, enkele vervolgvragen op. Deze betreffen enerzijds de wetsuitleg, maar anderzijds de vraag of het rechtsregime van artikel 107 a dat nu wordt uitgebreid tot kosten van re-integratie niet te willekeurig is en daarmee strijdig met het beginsel van rechtsgelijkheid.

De eerste vraag in dit verband, waar ook de leden van fracties van CDA, GroenLinks, en VVD zich bij aansluiten, betreft de reikwijdte van het begrip «werknemer».

Is een collega, dat wil zeggen degene die dit verweer toekomt, uitsluitend een bij dezelfde werkgever werkzame werknemer, of ook iemand die uit andere hoofde op dezelfde plaats of hetzelfde project werkzaam is zoals een stagiair, een uitzendkracht of een zzp-er? Deze leden zagen gaarne een per type collega uitgesplitst antwoord, waarbij daarmee acht wordt geslagen op het feit dat voor bijvoorbeeld de uitzendkracht het uitzendbureau als aansprakelijke partij zou kunnen worden aangewezen, terwijl die mogelijke achterwacht voor de stagiair of de zzp-er ontbreekt.

De tweede vraag betreft de reikwijdte van het verweer zelf, mede in het licht van de gegeven grondslag. In de memorie van antwoord wordt het verweer gerechtvaardigd met het voorbeeld van de omgang op de werkplek met werktuigen en gereedschappen, maar ongelukken door roekeloosheid kunnen ook in een andere werkgerelateerde context plaatshebben, bijvoorbeeld tijdens een bedrijfsuitje of een door het bedrijf georganiseerd sportfestijn of barbecue, waarbij dan bijvoorbeeld ook de partners van de werknemers aanwezig zijn. Geldt de exceptie ook tijdens zo’n evenement? En geldt deze dan voor alle aanwezigen of uitsluitend voor de «echte» collega’s? Geldt het verweer ook buiten de arbeidsgerelateerde context, bijvoorbeeld wanneer de ene collega de andere verwondt tijdens een wedstrijd of een barbecue in de vrije tijd?

Ten aanzien van het verhaalsrecht van re-integratiekosten van het UWV ten behoeve van een gekwetste partij die WAZ-, Wajong-, WAO-, wet WIA- of ZW-gerechtigd is, hadden deze leden eveneens een vraag, mede namens de leden van de fracties van CDA, GroenLinks, VVD, ChristenUnie, SGP en SP, die samenhangt met rechtsgelijkheid. Deze, in eerste aanleg eveneens gestelde, vraag betrof niet, zoals blijkens het antwoord van de minister werd verondersteld, de situatie dat een door een derde veroorzaakte arbeidsongeschiktheid «rechtstreeks leidt tot een beroep op bijstand». Met de minister menen ook deze leden dat dát niet zo vaak zal voorkomen. Waar het hen met deze vraag om ging, is het volgende: door verwijtbaarheid van derden worden jaarlijks velen (bijvoorbeeld als verkeersslachtoffer) blijvend ernstig verwond. Dat kunnen werknemers zijn, in welk geval naast zijzelf de werkgever schade lijdt, het kunnen mensen zijn zonder eigen inkomen of met een sociale uitkering, in welk geval de schade van onder meer te maken re-integratiekosten zich in de publieke sfeer afspeelt. In negen van de tien gevallen wordt de aansprakelijkheid voor deze schade gedragen door een particuliere verzekeraar. Waarom nu acht de minister in deze tweede situatie verhaal van de kosten wél opportuun als de gelaedeerde een rechthebbende is op een uitkering krachtens de werknemersverzekeringen of de Wajong (anders gezegd: wanneer deze tot de klantenkring van het UWV behoort) en níet wanneer het een tot de verantwoordelijkheid van de gemeente behorende werkzoekende is? Of bestaat een dergelijke verhaalsmogelijkheid van de gemeenten al, maar dan uit andere hoofde? Zo deze niet bestaat, waarom is deze niet meegenomen in een wetsvoorstel dat het verhaal van de kosten van re-integratiemaatregelen wil vergemakkelijken?

Tot slot hadden deze leden een vraag, waar ook de leden van de fracties van de SP en GroenLinks zich bij aansluiten, in relatie tot het verzekeringsrecht. De meeste aansprakelijkheidsverzekeringen kennen een uitsluitingsclausule bij opzet of bewuste roekeloosheid. Kan of zal bij opzettelijk toegebrachte schade de WA-verzekeraar deze clausule tegenwerpen aan a) de veroorzaker door de kosten van re-integratie wel te vergoeden en deze vervolgens op hem te verhalen, of b) aan de werkgever van de gelaedeerde door uitbetaling te weigeren?

De voorzitter van de commissie,

Van Driel

De griffier van de commissie,

Van Dooren


XNoot
1

Samenstelling:

Van den Berg (SGP), Swenker (VVD), Terpstra (CDA), Meulenbelt (SP), Ten Hoeve (OSF), Vedder-Wubben (CDA), Kneppers-Heijnert (VVD), Westerveld (PvdA), Biermans (VVD), Schouw (D66), Van Driel (PvdA), voorzitter, Leijnse (PvdA), Franken (CDA), vice-voorzitter, Goyert (CDA), Quik-Schuijt (SP), Klein Breteler (CDA), Huijbregts-Schiedon (VVD), Koffeman (PvdD), Böhler (GL), Strik (GL), Kuiper (CU), Lagerwerf-Vergunst (CU), Rehwinkel (PvdA), Elzinga (SP), Vacature (SP) en Yildirim (Fractie-Yildirim).

Naar boven