D
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid1 heeft in haar vergadering van 27 mei 2008 de brief van de minister
en de staatssecretaris van Sociale Zaken van 26 mei 20082 besproken over het verzoek tot hervatting van de behandeling van wetsvoorstel
30 650.
Naar aanleiding daarvan heeft zij de minister en de staatssecretaris bij
brief van 27 mei 2008 verzocht om een nadere toelichting.
De minister en de staatssecretaris hebben op 30 mei 2008 hun reactie
gestuurd.
De commissie brengt hiermee verslag uit van het aldus gevoerde schriftelijke
overleg.
De griffier van de commissie,
Van Dooren
BRIEF AAN DE MINISTER EN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE
ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Den Haag, 27 mei 2008
In haar vergadering van 27 mei 2008 heeft de commissie voor Sociale
Zaken en Werkgelegenheid naar aanleiding van uw brief d.d. 26 mei 2008
gesproken over het verzoek tot hervatting van de behandeling van wetsvoorstel
30 650 Wijziging van de Wet werk
en bijstand, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte
werkloze werknemers en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte
gewezen zelfstandigen om gemeenten meer zekerheid te geven dat mensen met
een kleine kans op inschakeling in het arbeidsproces met behoud van uitkering
gedurende maximaal 2 jaar onbeloonde additionele werkzaamheden kunnen verrichten.
In deze brief is eveneens aangekondigd dat de voornemens van het kabinet
zullen leiden tot aanvullende wetgeving, waarin een aantal wijzigingen op
de participatieplaatsen worden geregeld. Deze brief verschafte de commissie
nog niet voldoende duidelijkheid op het punt van synchronisatie van de nieuwe
regels met het wetsvoorstel dat momenteel bij deze Kamer aanhangig is. Begrijpt
de commissie het goed dat de horizonbepaling waarvan sprake is zal worden
opgenomen in een afzonderlijk wetsvoorstel dat wordt ingediend voorafgaand
aan het wetsvoorstel stimulering arbeidsparticipatie? Kunt u dit aspect van
uw brief nog nader toelichten?
Zodra de commissie uw nadere toelichting heeft ontvangen zal zij de verdere
procedure bespreken.
De plv. voorzitter van de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
van de Eerste Kamer der Staten-Generaal,
H. Franken
BRIEF VAN DE MINISTER EN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE
ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 mei 2008
Bij brief van 26 mei 2008 hebben wij u verzocht het bij u op 31 oktober
2006 aanhangig gemaakte wetsvoorstel participatieplaatsen in behandeling te
nemen. In die brief kondigen wij aan dat dat wij de voorbereiding ter hand
nemen van aanvullende wetgeving waarin een aantal wijzigingen op de participatieplaatsen
worden geregeld en dat wij voornemens zijn een wetsvoorstel met horizonbepaling
in te dienen. U vraagt of de horizonbepaling waarvan sprake is zal worden
opgenomen in een afzonderlijk wetsvoorstel dat wordt ingediend voorafgaand
aan het wetsvoorstel stimulering arbeidsparticipatie.
In antwoord hierop delen wij u mee dat dit inderdaad geval is. Het wetsvoorstel
met de horizonbepaling is inmiddels voor spoedadvisering aan de Raad van State
verzonden.
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
J. P. H. Donner
De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A. Aboutaleb
XNoot
1Samenstelling:
Van den Berg (SGP), Swenker (VVD), Terpstra (CDA), Meulenbelt (SP), Ten
Hoeve (OSF), Vedder-Wubben (CDA), Kneppers-Heijnert (VVD), Westerveld (PvdA),
Biermans (VVD), Schouw (D66), Van Driel (PvdA), voorzitter, Leijnse (PvdA),
Franken (CDA), vice-voorzitter, Goyert (CDA), Quik-Schuijt (SP), Klein Breteler
(CDA), Huijbregts-Schiedon (VVD), Koffeman (PvdD), Böhler (GL), Strik
(GL), Kuiper (CU), Lagerwerf-Vergunst (CU), Rehwinkel (PvdA), Elzinga (SP),
Vac. (SP) en Yildirim (Fractie-Yildirim).
XNoot
2Kamerstukken I, 2007–2008, 30 650, B.