30 531 (R1810)
Regeling van de taken en bevoegdheden, alsmede het beheer en beleid van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba (Rijkswet Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba)

B
VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN, DEFENSIE EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING1

Vastgesteld 6 november 2007

Het voorbereidend onderzoek heeft de commissie aanleiding gegeven tot het maken van de volgende opmerkingen en het stellen van de volgende vragen.

De leden van de fracties van de VVD, PvdA en SP hebben met belangstelling kennis genomen van dit wetsvoorstel.

De leden van de VVD-fractie onderschrijven het belang van een gedegen bestuurlijke en juridische inbedding van de Kustwacht en een duidelijke afbakening van de taken en verantwoordelijkheden voor het optreden van de Kustwacht. Het wetsvoorstel voldoet hieraan.

De leden van de VVD-fractie onderschrijven het belang van het feit dat op grond van internationale ontwikkelingen op het gebied van terrorismebestrijding en het tegengaan van de proliferatie van massavernietigingswapens en de toegenomen verdragsrechtelijke verplichtingen van het Koninkrijk, de grondslag van het wetsvoorstel, naast artikel 38 van het Statuut (consensus tussen de landen van het Koninkrijk), mede is gebaseerd op artikel 3, eerste lid, onder a (verdediging van het Koninkrijk) en b (internationale betrekkingen) van het Statuut.

De leden van de VVD-fractie hechten er aan om te onderstrepen dat de volgorde van benoeming van de artikelen, geen kwalificatie inhoudt van het belang van artikel 38 versus artikel 3.

De leden van de VVD-fractie merken op dat er nog wel het nodige moet worden verricht om de «gaten»in de aanpalende wet en regelgeving te dichten. De leden van de VVD-fractie constateren in dit kader dat de Exclusieve Economische Zone voor de Nederlandse Antillen en Aruba nog niet volledig is vastgesteld; er is slechts sprake van een visserijverdrag. De Nederlandse Antillen en Aruba hebben op grond van het Internationale Zeerecht een claim op een Exclusieve Economische Zone van ongeveer 92 000 vierkante kilometer. Dit is een relatief groot zeegebied zeker als men dit vergelijkt met het gezamenlijke landoppervlak van de eilanden van 1000 vierkante Kilometer.

Binnen deze Exclusieve Economische Zone kan het Koninkrijk de volgende rechten uitoefenen:

a. Soevereine rechten ten behoeve van de exploratie en exploitatie van de levende en niet levende natuurlijke rijkdommen van de wateren boven de zeebodem en van de zeebodem en de ondergrond daarvan, en met betrekking tot andere activiteiten voor de economische exploitatie en exploratie van de zone, zoals de opwekking van energie uit het water, de stromen en de winden.

b. Rechtsmacht ten aanzien van de bouw en het gebruik van kunstmatige eilanden, installaties en inrichtingen, het wetenschappelijke zeeonderzoek en de bescherming en het behoud van het mariene milieu.

De leden van de VVD-fractie zijn van mening dat het raadzaam is om met enige spoed over te gaan tot het instellen van een volledige Exclusieve Economische Zone voor de Nederlandse Antillen en Aruba (dus niet beperkt tot visserij). Onduidelijkheid over de soevereine rechten en de rechtsmacht binnen de Exclusieve Economische Zone van het Caribische deel van het Koninkrijk kan aanleiding vormen tot frictie met buurlanden en in het ernstigste geval tot internationale incidenten waar de Kustwacht bij betrokken raakt omdat het ruimtelijk gebied waarin de Kustwacht optreedt de Exclusieve Economische Zone mede omvat. Hoewel het instellen van een volledige Exclusieve Economische Zone een zaak is voor de autonome landen van het Koninkrijk, zijn de leden van de VVD-fractie van oordeel dat in dit geval samenwerking tussen de landen van het Koninkrijk cruciaal is om een zo gunstig mogelijk resultaat te verkrijgen en derhalve het Koninkrijk als geheel naar buiten zou moeten treden.

De leden van de VVD-fractie vernemen graag de mening van het kabinet over het nut en de noodzaak van het instellen van een volledige Exclusieve Economische Zone voor de Nederlandse Antillen en Aruba. Indien het kabinet, evenals de leden van de VVD-fractie van mening is dat het instellen van een volledige Exclusieve Economische Zone nuttig en noodzakelijk is, zouden de leden van de VVD-fractie graag van het kabinet vernemen welke stappen zij denkt te nemen om het proces in werking te stellen dat hiertoe zal leiden.

De leden van de PvdA-fractie stellen dat de regeling neergelegd in het wetsvoorstel een noodzakelijke codificatie van een werkwijze betreft die al geruimte tijd in de praktijk is beproefd. De leden van de PvdA-fractie willen gaarne nog een toelichting van het kabinet op de meermalen herhaalde vaststelling van het kabinet dat de aanstaande nieuwe staatsrechtelijke structuur van de Nederlandse Antillen geen invloed heeft op de wijze van aansturing van de Kustwacht. De leden van de PvdA-fractie wijzen erop dat een constellatie van drie landen die deels gezamenlijk en deels afzonderlijk een organisatie aansturen, alhoewel toch al niet eenvoudig, wel aanzienlijk minder ingewikkeld is dat één van vier landen, waarbij zich nog een drietal eilanden voegt die tot het land Nederland gaan behoren.

De leden van de PvdA-fractie vernemen gaarne de opvatting van het kabinet over een verontrustende recente studie van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum waarin met name de rechtshandhaving op Sint Maarten in een schril daglicht wordt gesteld. Kan van Sint Maarten als dat de status van land krijgt, verwacht worden dat het de Kustwacht zo aanstuurt dat met name drugstransporten effectief worden tegengegaan? De leden van de PvdA-fractie zouden het op prijs stellen van het kabinet de verzekering te ontvangen dat de Koninkrijksregering te allen tijde het functioneren van de Kustwacht zal garanderen, mocht onverhoopt in de toekomst ter zake onvoldoende medewerking worden verleend. Welke bevoegdheden heeft de Koninkrijksregering daartoe, wensen de leden van de PvdA-fractie te vernemen, als ook is de regering bereid deze mogelijkheden te gebruiken?

Tijdens het debat in de Tweede Kamer (27 september 2007) heeft het kabinet meegedeeld de rug recht te zullen houden in de discussies met de Arubaanse regering over de «verdeling» van gelden die Nederland toekomen wegens de verkoop van een hotel. De leden van de PvdA-fractie hebben uit persberichten opgemaakt dat de premier van Aruba de gehele verkoopprijs van het hotel voor Aruba opeist, en dreigt zijn medewerking aan de staatsrechtelijke vernieuwing op de Nederlandse Antillen van de inwilliging van deze eis afhankelijk te zullen maken. De leden van de PvdA-fractie zouden graag vernemen of deze berichten juist zijn en zo ja, hoe oordeelt het kabinet over deze omgangsvormen tussen landen van een Koninkrijk en hoe denkt het kabinet daarmee te zullen omgaan?

De leden van de SP-fractie ondersteunen de doelstelling van het kabinet om de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden in het voorstel wettelijk vast te stellen.

Aan de huidige wet ligt geen dreigingsbeeld of dreigingsanalyse ten grondslag. Deze worden op dit moment voor de Nederlandse Antillen gemaakt. De wet is volgens het kabinet veeleer een codificering van de bestaande praktijk. De leden van de SP-fractie vragen waarom bij de invoering van de Rijkswet niet expliciet ervoor is gekozen om eerst een dreigingsanalyse te maken? De leden van de SP fractie vragen in hoeverre deze analyse, die eind dit jaar verschijnt, concreet ingaat op de verschillende gevaren die verbonden zijn taken van de Kustwacht, met name als het gaat om de dreiging van terrorisme? Zijn er behalve mondiale veranderingen met betrekking tot het internationaal terrorisme, ook concrete veranderingen in het Caraïbisch gebied waargenomen die het kabinet ertoe genoopt hebben terrorismebestrijding expliciet in de Rijkswet op te nemen?

Tijdens het Tweede Kamerdebat (27 september 2007) stelde het kabinet dat de luchtverkenningcapaciteit door het afstoten van de Orion-vliegtuigen niet is afgenomen. De Dash-8-vliegtuigen, die de Orion-vluigtuigen vervangen, zijn volgens het kabinet voor deze taak meer dan voldoende. Deze vliegtuigen zullen worden bemand door een commercieel Canadees bedrijf. De leden van de SP-fractie wensen te vernemen waarom ervoor gekozen is om deze Rijkstaak commercieel uit te besteden. Waarom is er voor deze specifieke variant, inclusief het inhuren van Canadees personeel, gekozen? Welke voordelen verwacht het kabinet hiervan? Ook wensen de leden van de SP-fractie te vernemen wat de volkenrechtelijke status is van dit personeel en of er reeds op basis van de ervaringen in de eerste maand iets gezegd kan worden over de praktische samenwerking tussen dit bedrijf en de commandant van de Kustwacht?

De voorzitter van de commissie,

De Graaf

De griffier van de commissie,

Hamilton


XNoot
1

Samenstelling:

Van den Berg (SGP), Van der Linden (CDA), Dupuis (VVD), Rosenthal (VVD), Ten Hoeve (OSF), De Graaf (VVD), voorzitter, Vedder-Wubben (CDA), Kox (SP), Russell (CDA), 1e vice-voorzitter, Schouw (D66), Van Driel (PvdA), Eigeman (PvdA), Franken (CDA), Thissen (GL), Van Kappen (VVD), De Boer (CU), K. G. de Vries (PvdA), Willems (CDA), Haubrich-Gooskens (PvdA), Hillen (CDA), Smaling (SP), 2e vice-voorzitter, Koffeman (PvdD), Böhler (GL), Strik (GL), Kuiper (CU), Elzinga (SP), Vliegenthart (SP) en Yildirim (Fractie-Yildirim).

Naar boven