E
NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD
Met belangstelling heeft ondergetekende kennis genomen van het nader voorlopig
verslag van de vaste commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
(VRO) van de Eerste Kamer inzake het bovengenoemde voorstel van wet.
Op de in het nader voorlopig verslag gestelde vragen en opmerkingen zal
onderstaand worden ingegaan.
De leden van de commissie van VRO hebben aangegeven dat het uit een oogpunt
van een zorgvuldig wetgevingsproces wenselijk is de behandeling van een wetsvoorstel
bij de Eerste Kamer goed tot zijn recht te laten komen, ook met een voldoende
ruime behandeltermijn.
Daarbij gaven die leden aan, dat het wenselijk is reeds tenminste twee
maanden voor 1 juli de behandeling van het wetsvoorstel te hebben afgerond
in de Eerste Kamer, opdat vaststaat onder welke condities die huurverhoging
aangekondigd moet worden.
Ondergetekende deelt dit standpunt. Daarbij tekent ondergetekende aan
bij aanvang van de behandeling te hebben ingeschat dat er voldoende ruimte
was voor een reële behandeltermijn voor de Tweede en Eerste Kamer. De
afschaffing van de motiveringsplicht is opgenomen in een nota van wijziging
op het onderhavige wetsvoorstel, die de Tweede Kamer op 29 november 2005
heeft ontvangen.
Achteraf bezien is onvoldoende ingeschat dat het overleg met de Tweede
Kamer over de afschaffing van de motiveringsplicht de nodige tijd zou vergen.
Ondergetekende betreurt het, dat daarmee het overleg met de Eerste Kamer over
deze afschaffing alsmede de relatie met een informatieplicht voor de verhuurders
als onderdeel van de modernisering van het huurbeleid in een zeer kort tijdsbestek
moet plaatsvinden.
De leden van de vaste commissie van VRO verzoeken de corporaties nogmaals
schriftelijk met klem te verzoeken – gelet op het brede draagvlak daarvoor
in beide Kamers der Staten-Generaal – te anticiperen op de invoering
van de informatieplicht.
Daarbij wijzen die leden op het bericht in Aedes-magazine 9–10 2006
van 17 mei 2006, inhoudende dat de motiveringsplicht is afgeschaft. Voorts
wordt er niet geanticipeerd op het – politiek breed gedragen –
voornemen een informatieplicht in te voeren, aldus deze leden.
Naar het oordeel van ondergetekende dient dit bericht echter in de volgende
bredere context te worden geplaatst:
– MG 2006-2 d.d. 13 april 2006
– de berichtgeving van Aedes via de website op 12 april 2006
en in Aedes-magazine 8 2006 van 26 april 2006
– de berichtgeving van de Woonbond op 1 mei 2006.
– MG 2006-2 d.d. 13 april 2006 gaat in op de afschaffing van
de motiveringsplicht. Verhuurders zijn daarbij gewezen op de introductie van
een informatieplicht als onderdeel van de modernisering van het huurbeleid.
De genoemde MG geeft voorts aan dat hiervoor nog wel parlementaire goedkeuring
van wet- en regelgeving is vereist.
– De berichtgeving van Aedes van 12 april 2006 en 26 april
2006 besteedt uitdrukkelijk aandacht aan de afschaffing van de motiveringsplicht én
de introductie van een informatieplicht als onderdeel van de modernisering
van het huurbeleid. Zo vermeldt het bericht op de website van Aedes:
«De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel waarin
onder meer het vervallen van de motiveringsplicht is opgenomen, aangenomen.
Dit betekent dat onder voorbehoud van goedkeuring van de Eerste Kamer de motiveringsplicht
voor de huurverhoging van 1 juli aanstaande is komen te vervallen. Dit
betreft zowel de verplichting tot het meezenden van de woningwaardering als
de nadere motivering van het huur- en onderhoudsbeleid.
Overigens adviseert Aedes om – indien
mogelijk – wel de huidige puntenwaardering mee te sturen. De minister
heeft inmiddels aangekondigd dat er met ingang van 1 januari 2007 een
nieuwe informatieplicht voor verhuurders komt in het kader van de huuraanpassingen.
Het gaat dan om informatie over de puntenwaardering, de maximale huurprijs
en de WOZ-waarde van de woning. Dit voorstel wordt nog uitgewerkt.»
– De berichtgeving van de Woonbond op 1 mei 2006 vermeldt echter
zonder enig voorbehoud, dat de motiveringsplicht onverkort van toepassing
is bij elke huurverhoging van meer dan 2,6%. Daarbij roept de Woonbond
huurders op om bezwaar te maken tegen de huurverhoging indien de verhuurder
niet aan de motiveringsplicht voldoet.
Het door de leden van de vaste commissie van VRO genoemde bericht in Aedesmagazine
9-10-2006 van 17 mei 2006 betreft uitsluitend een reactie op de berichtgeving
van de Woonbond. In dit bericht wordt ook expliciet aangegeven, dat Aedes
van mening verschilt met de Woonbond over het al dan niet gelden van de motiveringsplicht.
Dit bericht van Aedes geeft opnieuw uitdrukkelijk aan, dat de Eerste Kamer
nog wel moet instemmen met het onderhavige wetsvoorstel tot onder meer afschaffing
van de motiveringsplicht.
Ondergetekende erkent wel, dat als gevolg van de hiervoor genoemde berichtgeving
mogelijk toch verwarring kan zijn ontstaan. In verband hiermee heeft ondergetekende
de corporaties door middel van een MG1, tegelijk
met deze nadere memorie van antwoord, er nogmaals op gewezen dat een goede
omgang tussen huurder en verhuurder met zich meebrengt dat een verhuurder
zijn huurder de nodige informatie verstrekt over het huurbeleid. Daarbij heb
ik tevens gewezen op het voornemen een informatieplicht in te voeren als onderdeel
van de modernisering van het huurbeleid.
Ondergetekende zal voorts dit najaar in de voorlichtingsactiviteiten gerelateerd
aan het nieuwe huurbeleid ook aan deze informatieplicht uitgebreid aandacht
besteden.
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
S. M. Dekker