28 999
Wijziging van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen en enige andere wetten in verband met de aanpassing van de in deze wet opgenomen klachtregeling

E
MOTIE VAN HET LID HAMEL C.S.

Voorgesteld 15 november 2005

De Kamer,

gehoord de beraadslagingen,

constaterende, dat de klachtregeling in de wet BOPZ met zich meebrengt dat de klachtencommissie, c.q. de rechter, na gegrondverklaring van een klacht, de behandelaar kan opdragen een nieuwe beslissing te nemen of een handeling achterwege te laten, met inachtneming van de uitspraak;

overwegende, dat de behandelaar daardoor in de situatie kan raken dat hij in strijd met zijn eigen professionele opvattingen moet handelen;

overwegende, dat de patiënt erbij gebaat is dat na de gegrondverklaring van zijn klacht, het behandelingstraject niet in een impasse raakt;

voorts overwegende, dat het de instelling is die verantwoordelijk is voor het aanwijzen van een voor de behandeling verantwoordelijke persoon;

verzoekt de regering in het aangekondigde voorstel tot wijziging van de wet BOPZ ter verduidelijking op te nemen dat wanneer een klacht gegrond wordt verklaard, de instelling moet beoordelen of de betrokken psychiater met de behandeling van de patiënt belast kan blijven of dat een andere psychiater met de behandeling moet worden belast,

en gaat over tot de orde van de dag.

Hamel

Dupuis

Slagter-Roukema

Van der Lans

Putters

Van de Beeten

Naar boven