1. Inleiding
Op 24 en 25 oktober 2019 vond in Straatsburg de tweejaarlijkse conferentie van Parlementsvoorzitters
uit de lidstaten van de Raad van Europa plaats1. Vanuit de Staten-Generaal nam de Voorzitter van de Eerste Kamer, de heer Bruijn, deel. De conferentie, waar in totaal ruim zestig Parlementsvoorzitters aan deelnamen,
stond geheel in het teken van het zeventigjarig jubileum van de Europese mensenrechtenorganisatie.
Naast Voorzitters van nationale parlementen waren er ook voorzitters van verschillende
parlementaire assemblees aanwezig, zoals van de Inter-Parlementaire Unie, de OVSE
Parlementaire Assemblee, het Latijns-Amerikaanse parlement en de Parlementaire Assemblee
van de Méditerranée.
Op de agenda stonden drie sessies over de thema’s: 70 jaar Raad van Europa, de implementatie
van de 2030 agenda van de Verenigde Naties en vrouwen in de politiek. De Eerste Kamervoorzitter
leverde in twee van deze sessies een interventie.
Tijdens zijn verblijf in Straatsburg bezocht de Eerste Kamervoorzitter ook het Europees
Hof voor de Rechten van de Mens. Hij sprak daar met de president van het Hof, de heer
Sicilianos, en de Nederlandse rechter bij het Hof, mevrouw Schukking, over de uitdagingen
waar het Hof momenteel voor staat.
De Nederlandse Permanent Vertegenwoordiger bij de Raad van Europa, de heer Böcker,
ontving de Voorzitter en de heer Kox (SP), lid van de Nederlandse PACE-delegatie, die tevens een deel van de conferentie
bijwoonde, gastvrij voor een dinerbriefing op 24 oktober.
2. Interventies in de themasessies
De heer Bruijn sprak in de eerste themasessie over «Ons Gemeenschappelijk Europees
Huis», waarin het zeventigjarig bestaan van de Raad van Europa centraal stond. Hij
roemde in zijn interventie de Raad van Europa om haar ambities en successen in de
afgelopen decennia. Hij bracht in herinnering dat de eerste initiatieven voor de Raad
van Europa in 1948 in Nederland tot stand kwamen tijdens een Congres voor Europa,
in de Ridderzaal, in aanwezigheid van politici als Winston Churchill, Konrad Adenauer,
Francois Mitterand and Altiero Spinelli. De Raad van Europa heeft vandaag helaas ook
te maken met zowel externe als interne uitdagingen en behoeft voortdurend onderhoud.
Hierover zei Bruijn dat naar zijn mening de belangrijkste dreiging voor de Raad van
Europa is dat multilateralisme zelf steeds meer onder druk komt te staan en steeds
vaker verworpen wordt. De voorgangers van de huidige politieke generatie, die in 1948
in de Ridderzaal bijeen kwamen, waren na jaren oorlog tot het inzicht gekomen dat
multilaterale samenwerking de beste manier is om conflicten te voorkomen en democratische
veiligheid voor alle burgers te realiseren. Dat inzicht, meende de Voorzitter, is
nu, zeventig jaar later, niet minder waardevol.
In de derde sessie over vrouwen in de politiek en in het publieke debat erkende de
Eerste Kamervoorzitter in zijn interventie dat vrouwen meer dan enkel een historische
achterstand moeten inhalen op mannen. Vrouwen zien zich vandaag de dag nog steeds
geconfronteerd met verbaal en fysiek geweld op de werkplaats, ook in de politieke
area. Honderd jaar geleden kreeg Carry Pothuis-Smit, de eerste vrouwelijke senator
in Nederland, als vrouw te maken met onheuse bejegening door haar mannelijke collega's.
Een studie van de Assemblee van de Raad van Europa en de Interparlementaire Unie maakt
pijnlijk duidelijk dat ook vandaag nog veel vrouwen in de politiek worden geconfronteerd
met vormen van discriminatie en hate speech. De heer Bruijn zei zich dan ook persoonlijk
gemotiveerd te voelen door de inspanningen van de White Ribbon Campaign van Michael
Kaufman, een campagne die mannen oproept om actief in te gaan tegen geweld tegen vrouwen.
3. Overige
Naast het gesprek met de president van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens
had de heer Bruijn en marge van de conferentie nog verschillende andere bilaterale
ontmoetingen. Zo sprak hij onder meer met de Voorzitter van het Zweedse parlement,
de heer Norlén, de Voorzitter van het Montenegrijnse parlement, de heer Brajovic,
en de Voorzitter van de IPU, mevrouwCuevas Barron.
Op vrijdag 25 oktober vond een vergadering plaats van parlementsgriffiers. Daar namen
de Griffier van de Eerste Kamer, de heer Nehmelman, en de plaatsvervangend Griffier
van de Tweede Kamer, mevrouw Kipp, aan deel. Zij spraken onder meer over de deelname
van nationale delegaties aan de werkzaamheden van de Assemblee van de Raad van Europa
en over het functioneren van het European Centre for Parliamentary Research and Documentation (ECPRD).
De voorzitter van de delegatie, Bruijn
Griffier van de Eerste Kamer, Nehmelman