20 043 Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa

BM/ nr. 125 VERSLAG VAN DE EUROPESE CONFERENTIE VAN PARLEMENTSVOORZITTERS 2019

Vastgesteld 28 november 2019

1. Inleiding

Op 24 en 25 oktober 2019 vond in Straatsburg de tweejaarlijkse conferentie van Parlementsvoorzitters uit de lidstaten van de Raad van Europa plaats1. Vanuit de Staten-Generaal nam de Voorzitter van de Eerste Kamer, de heer Bruijn, deel. De conferentie, waar in totaal ruim zestig Parlementsvoorzitters aan deelnamen, stond geheel in het teken van het zeventigjarig jubileum van de Europese mensenrechtenorganisatie. Naast Voorzitters van nationale parlementen waren er ook voorzitters van verschillende parlementaire assemblees aanwezig, zoals van de Inter-Parlementaire Unie, de OVSE Parlementaire Assemblee, het Latijns-Amerikaanse parlement en de Parlementaire Assemblee van de Méditerranée.

Op de agenda stonden drie sessies over de thema’s: 70 jaar Raad van Europa, de implementatie van de 2030 agenda van de Verenigde Naties en vrouwen in de politiek. De Eerste Kamervoorzitter leverde in twee van deze sessies een interventie.

Tijdens zijn verblijf in Straatsburg bezocht de Eerste Kamervoorzitter ook het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Hij sprak daar met de president van het Hof, de heer Sicilianos, en de Nederlandse rechter bij het Hof, mevrouw Schukking, over de uitdagingen waar het Hof momenteel voor staat.

De Nederlandse Permanent Vertegenwoordiger bij de Raad van Europa, de heer Böcker, ontving de Voorzitter en de heer Kox (SP), lid van de Nederlandse PACE-delegatie, die tevens een deel van de conferentie bijwoonde, gastvrij voor een dinerbriefing op 24 oktober.

2. Interventies in de themasessies

De heer Bruijn sprak in de eerste themasessie over «Ons Gemeenschappelijk Europees Huis», waarin het zeventigjarig bestaan van de Raad van Europa centraal stond. Hij roemde in zijn interventie de Raad van Europa om haar ambities en successen in de afgelopen decennia. Hij bracht in herinnering dat de eerste initiatieven voor de Raad van Europa in 1948 in Nederland tot stand kwamen tijdens een Congres voor Europa, in de Ridderzaal, in aanwezigheid van politici als Winston Churchill, Konrad Adenauer, Francois Mitterand and Altiero Spinelli. De Raad van Europa heeft vandaag helaas ook te maken met zowel externe als interne uitdagingen en behoeft voortdurend onderhoud. Hierover zei Bruijn dat naar zijn mening de belangrijkste dreiging voor de Raad van Europa is dat multilateralisme zelf steeds meer onder druk komt te staan en steeds vaker verworpen wordt. De voorgangers van de huidige politieke generatie, die in 1948 in de Ridderzaal bijeen kwamen, waren na jaren oorlog tot het inzicht gekomen dat multilaterale samenwerking de beste manier is om conflicten te voorkomen en democratische veiligheid voor alle burgers te realiseren. Dat inzicht, meende de Voorzitter, is nu, zeventig jaar later, niet minder waardevol.

In de derde sessie over vrouwen in de politiek en in het publieke debat erkende de Eerste Kamervoorzitter in zijn interventie dat vrouwen meer dan enkel een historische achterstand moeten inhalen op mannen. Vrouwen zien zich vandaag de dag nog steeds geconfronteerd met verbaal en fysiek geweld op de werkplaats, ook in de politieke area. Honderd jaar geleden kreeg Carry Pothuis-Smit, de eerste vrouwelijke senator in Nederland, als vrouw te maken met onheuse bejegening door haar mannelijke collega's. Een studie van de Assemblee van de Raad van Europa en de Interparlementaire Unie maakt pijnlijk duidelijk dat ook vandaag nog veel vrouwen in de politiek worden geconfronteerd met vormen van discriminatie en hate speech. De heer Bruijn zei zich dan ook persoonlijk gemotiveerd te voelen door de inspanningen van de White Ribbon Campaign van Michael Kaufman, een campagne die mannen oproept om actief in te gaan tegen geweld tegen vrouwen.

3. Overige

Naast het gesprek met de president van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens had de heer Bruijn en marge van de conferentie nog verschillende andere bilaterale ontmoetingen. Zo sprak hij onder meer met de Voorzitter van het Zweedse parlement, de heer Norlén, de Voorzitter van het Montenegrijnse parlement, de heer Brajovic, en de Voorzitter van de IPU, mevrouwCuevas Barron.

Op vrijdag 25 oktober vond een vergadering plaats van parlementsgriffiers. Daar namen de Griffier van de Eerste Kamer, de heer Nehmelman, en de plaatsvervangend Griffier van de Tweede Kamer, mevrouw Kipp, aan deel. Zij spraken onder meer over de deelname van nationale delegaties aan de werkzaamheden van de Assemblee van de Raad van Europa en over het functioneren van het European Centre for Parliamentary Research and Documentation (ECPRD).

De voorzitter van de delegatie, Bruijn

Griffier van de Eerste Kamer, Nehmelman


X Noot
1

De Voorzittersconclusie van de bijeenkomst is hier te vinden: http://website-pace.net/documents/10643/5320205/20191025-ConclusionsECPP-EN.pdf

Naar boven