29 764
Harmonisatie van inkomensafhankelijke regelingen (Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen)

29 765
Wijziging van een aantal wetten in verband met de invoering van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Aanpassingswet Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen)

E
NADER VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIES VOOR FINANCIEN EN VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID1

Vastgesteld 24 mei 2005

Na lezing van de memorie van antwoord bestond binnen de commissies nog behoefte de regering een enkele vraag ter beantwoording voor te leggen.

De leden van de CDA-fractie dankten de regering voor de antwoorden op de door hun gestelde vragen. Zij hadden nog enkele aanvullende vragen.

Er wordt uitgebreid ingegaan op de vraag of de Belastingdienst/Toeslagen op tijd klaar zal zijn, echter de conclusie ontbreekt of dit inderdaad het geval is. Met name vernamen deze leden ook graag de stand van zaken rond het automatiseringsproces.

In de AWIR is gekozen voor de algemene bestuursrechtelijke rechtsgang. Tegen een besluit op grond van de AWIR kan beroep worden ingesteld bij de rechtbank na bezwaar te hebben gemaakt bij het hoofd van de eenheid Belastingdienst/Toeslagen.

Tegen de uitspraak van de rechtbank staat vervolgens hoger beroep open bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Doordat echter bij de AWIR aansluiting wordt gezocht bij fiscale begrippen is ook de rechtspraak van de belastingkamer van de Hoge Raad van belang voor de uitleg van deze begrippen. Tegen uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State staat echter geen cassatieberoep open bij de Hoge Raad. Daardoor bestaat het risico dat de rechtspraak over dezelfde begrippen en bepalingen uiteen zou kunnen lopen. Dit zou kunnen worden voorkomen door de mogelijkheid van beperkt cassatieberoep op te nemen. Hoe denkt de regering over een dergelijk beperkt cassatieberoep?

De leden van de PvdA-fractie hadden met belangstelling kennisgenomen van de memorie van antwoord. De antwoorden gaven hun evenwel aanleiding tot het stellen van twee nadere vragen.

De aan het woord zijnde leden hadden begrepen dat het de bedoeling is om het risico van terugvorderingen zoveel mogelijk te beperken. De mogelijkheden van de Belastingdienst/Toeslagen om op eigen initiatief inkomenswijzigingen te melden, speelt hierbij een belangrijke rol. Kunnen de bewindslieden meedelen voor hoeveel belanghebbenden deze mogelijkheid niet beschikbaar zal zijn en voor hoeveel belanghebbenden het risico van terugvorderingen bestaat?

In dit verband waren de leden van de PvdA ook verbaasd over de uitleg van de bewindslieden over de hogere uitgaven binnen de begroting van VROM. Het kwam deze leden voor dat de hogere uitgaven veroorzaakt worden door verkeerde inkomensschattingen door belanghebbenden. De bewindslieden achten het aannemelijk dat belanghebbenden vaker hun inkomen te laag inschatten dan te hoog. De te hoog uitgekeerde bedragen worden weliswaar teruggevorderd, maar leiden bij de start van de regeling tot hogere initiële kosten. Deze leden vroegen de bewindslieden nog eens goed uit te leggen hoe deze aanname zich verhoudt tot de doelstelling om het risico van terugvorderingen zoveel mogelijk te beperken.

Tot slot stelden de leden van de PvdA-fractie vraagtekens bij de uitspraak dat een principiële keuze voor een jaarinkomen zich niet verdraagt met uitzonderingen op basis van een hardheidsclausule. De bewindslieden stellen dat het niet vaak voor zal komen dat vanuit een riant inkomen wordt teruggevallen op een inkomen op bijstandsniveau. Het kwam de aan het woord zijnde leden voor dat juist als het om een beperkt aantal gevallen gaat een hardheidsclausule soelaas kan bieden voor mogelijk schrijnende gevallen. Kunnen de bewindslieden meedelen in hoeveel gevallen er sprake zal zijn van de door de leden van de PvdA-fractie bedoelde situatie?

De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën,

Essers

De voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Van Driel

De griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Nieuwenhuizen


XNoot
1

Samenstelling:

Financiën:

Schuyer (D66), Ketting (VVD), Terpstra (CDA), Van Driel (PvdA), Doek (CDA), Van Middelkoop (CU), Biermans (VVD), (plv.voorzitter), Essers (CDA), (voorzitter),Kox (SP), Leijnse (PvdA), Thissen (GL).

Sociale Zaken en Werkgelegenheid:

Van den Berg (SGP), Van Leeuwen (CDA) (plv.voorzitter), Swenker (VVD), De Wolff (GL), Kalsbeek-Schimmelpenninck van der Oije (VVD), Meulenbelt (SP), Ten Hoeve (OSF), Van Driel (PvdA), (voorzitter), Vedder-Wubben (CDA), V. Dalen-Schiphorst (CDA), Schouw (D66) en Leijnse (PvdA).

Naar boven