B
VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID1
Het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel heeft de commissie aanleiding
gegeven tot het stellen van enkele vragen.
De leden van de fractie van het CDA vroegen
of de minister alsnog bereid is meerdere mogelijkheden voor het kunnen aanvragen
van het eigen risicodragerschap in te bouwen.
Op pagina 8 van de memorie van toelichting wordt met betrekking tot de
aan het wetsvoorstel te verbinden terugwerkende kracht verwezen naar het arrest
van de Hoge Raad van 31 januari 2003 (zaaknr. 37.793). Is die verwijzing
wel juist? Moet dit niet het arrest van 28 februari 2001, zaaknr. 35.151
zijn?
De minister zou in de tweede termijn in de Tweede Kamer, die er niet meer
is geweest, nog ingaan op de gevraagde evaluatie, waarbij in de aanloop hier
naartoe zal worden onderzocht hoe van sector naar branches kan worden overgeschakeld.
Wil de minister dit alsnog doen?
Had, gelet op alle aangevoerde argumenten, toch niet moeten worden gekozen
voor de meest effectieve prikkel?
De leden van de VVD-fractie merkten op dat
de minister als reden om op sectorniveau de differentiatie vast te stellen,
aanvoert dat er dan geen nieuw niveau bijkomt wat betreft premieheffing. Echter
Arbo-convenanten worden op brancheniveau vastgesteld. Doel van deze premiedifferentiatie
is het verminderen van de instroom in de WAO. Veel kleine of MKB-bedrijven
hebben zich verenigd in branches, waarin zij dezelfde belangen nastreven,
elkaar kennen en elkaar aanspreken. Differentiatie op dit niveau zou derhalve
beter aansluiten bij de gezamenlijke inspanningen op het gebied van bestrijding
van ziekteverzuim zoals voorzien in de Arbo-convenanten, waar ook de cijfers
terzake beschikbaar zijn. Op grond daarvan kunnen bedrijven elkaar ook beter
aanspreken in de branche indien er bedrijven bij zijn die zich onvoldoende
inspannen om de WAO-instroom te beperken. Vindt de minister deze argumenten
niet zwaarder wegen dan het niveau van premieheffing te handhaven, temeer
omdat het MKB dit evenzeer wil, vraagt de VVD-fractie.
Op 1 juli 2004 sluit de mogelijkheid om eigen risicodrager te worden.
Echter, bedrijven hebben dan niet de mogelijkheid gehad om een verantwoorde
keuze te maken of zij al dan niet eigen risicodrager worden omdat tot nu toe
de differentiatie op ramingen waren gebaseerd. Pas als dit wetsvoorstel van
kracht is kan een bedrijf overzien of het voor hem verstandig is over te stappen
naar een eigen risicodragerschap. Dit pleit volgens de VVD-fractie dat tenminste
nog een maal een openstelling voor deze keuze zou moeten worden gemaakt bijv.
per 1 januari 2005. Temeer omdat afschaffing van deze regeling tegelijk
plaatsvindt met afschaffing van de Pemba in 2006 die weer afhangt van een
aantal voorwaarden die nu nog niet vervuld zijn.
De voorzitter van de commissie,
Van Driel
De griffier van de commissie,
Nieuwenhuizen
XNoot
1Samenstelling: Van den Berg (SGP), Van Leeuwen (CDA), Swenker (VVD), Kalsbeek-Schimmelpenninck
van der Oije (VVD), Meulenbelt (SP), Ten Hoeve (OSF), Van Driel (PvdA)(voorzitter), Vedder-Wubben (CDA), V. Dalen-Schiphorst
(CDA), De Rijk (GL), Schouw (D66), Leijnse (PvdA).