D
NADER VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIES VOOR SOCIALE ZAKEN
EN WERKGELEGENHEID EN VOOR FINANCIEN1
De leden van de CDA-, VVD- en PvdA-fractie hebben met belangstelling
kennisgenomen van de memorie van antwoord bij deze wetsvoorstellen. Zij constateren
dat op niet op alle door deze leden gestelde vragen voldoende duidelijkheid
is verschaft. Zo is geen antwoord gegeven op de vraag wat het overleg met
het bedrijfsleven tot dusverre concreet heeft opgeleverd met betrekking tot
de omvang van de PANA-aangifte (premie afdracht op nominatieve aangifte) en
de omvang van de overgangsperiode. Graag zouden zij alsnog een antwoord op
deze vraag krijgen. De leden van deze fracties achten deze vraag van belang
met het oog op het streven naar administratieve lastenverlichting. Zij vragen
in dit verband de bewindslieden in hun antwoord op te nemen of zij het standpunt
van deze fracties delen dat het streven erop dient te zijn gericht om de overgangsperiode
te beperken tot maximaal één jaar.
De leden van de CDA-, VVD- en PvdA-fractie verzoeken de bewindslieden
verder nader toe te lichten waarom het uitzonderen van de WW-premie van het
SV-loon met behulp van automatisering ten koste zou gaan van de eenvoud van
het loonbegrip. Het betreft hier toch slechts een technische administratieve
ingreep, die leidt tot een verdere uniformering van het fiscale en SV-loon?
Vooralsnog zien zij niet in waarom dit voor de praktijk tot grote uitvoeringsmoeilijkheden
zou leiden.
De leden van de CDA-, VVD- en PvdA-fractie merken vervolgens op dat voorlichting
ten aanzien van de gevolgen van de wijze waarop het beloningspakket van werknemers
is samengesteld, niet alleen van belang is voor de al dan niet plaatsvindende
loon- en premieheffing, maar met name ook voor de eventuele gevolgen
voor uitkeringsrechten. De toenemende flexibilisering van de wijze waarop
werknemers worden beloond, versterkt de noodzaak van voorlichting ten aanzien
van de gevolgen voor de uitkeringen. Ook de complexiteit van het loonbegrip,
ook na aanvaarding van de onderhavige wetsvoorstellen, rechtvaardigt voorlichting
hieromtrent aan werknemers. Vandaar de vraag van deze leden aan de bewindslieden
in hoeverre zij hier ook een voorlichtingstaak weggelegd zien voor de overheid.
De leden van de CDA-, VVD- en PvdA-fractie zijn nog niet overtuigd dat
de aanlevering van gegevens niet sneller dan binnen een maand zou kunnen.
Naar zij hebben begrepen, zal de Belastingdienst de gegevens van de werkgevers
langs elektronische weg willen ontvangen. Dan is ook een termijn van een week
denkbaar. In dat laatste geval zal er in minder gevallen sprake zijn van een
voorlopige uitkering of een voorschot, hetgeen de uitvoeringslasten voor de
UWV (uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen) zal beperken.
Mede gelet op het feit dat in 2002 ongeveer 90 miljoen euro extra aan
premie is binnengekomen, zijn de leden van de CDA-, VVD- en PvdA-fractie na
kennisgenomen te hebben van de memorie van antwoord er nog niet van overtuigd
dat de «buitendienst» van de Belastingdienst voldoende is uitgerust
om even adequaat te kunnen opereren als de buitendienst van de UWV. De visie
van de bewindslieden overtuigt op dit punt nog niet geheel en zou naar de
mening van deze leden beter moeten worden onderbouwd.
Tot slot vragen deze leden zich af hoe de Belastingdienst om zal gaan
met de discretionaire bevoegdheid met betrekking tot de premieheffing en welke
richtlijnen de bewindsman de inspecties op dit punt zal meegeven.
De voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Van Driel
De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën,
Essers
De griffier van de vaste commissie voor Financiën,
Janssen
XNoot
1Samenstelling:
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Van den Berg (SGP), Van Leeuwen (CDA), Swenker (VVD), Kalsbeek-Schimmelpenninck,
van der Oije (VVD), Meulenbelt (SP), Ten Hoeve (OSF), Van Driel (PvdA) (voorzitter), Vedder-Wubben (CDA), V. Dalen-Schiphorst
(CDA), De Rijk (GL), Schouw (D66), Leijnse (PvdA).
Financiën:
Schuyer (D66), Ketting (VVD), Platvoet (GL), Terpstra (CDA), Van Driel
(PvdA), Doek (CDA), Van Middelkoop (CU), Biermans (VVD) (plv. voorzitter), Essers (CDA) (voorzitter),
Kox (SP), Leijnse (PvdA).