B
VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN1
Vastgesteld 11 november 2003
Het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel heeft de leden van de
vaste commissie voor Buitenlandse Zaken aanleiding gegeven tot het stellen
van de navolgende vragen en het maken van de navolgende opmerkingen.
De leden van de CDA-fractie hadden met belangstelling
van het wetsvoorstel kennisgenomen. Zij hadden daarover nog de volgende vragen.
– Het Protocol wordt goedgekeurd voor het gehele Koninkrijk. Laat
artikel 1 van het Protocol een toelatingsregeling toe van één
van de landen van het Koninkrijk voor ingezetenen van een of twee van de andere
landen van het Koninkrijk?
– Is in de Nederlandse vertaling aan het slot van artikel 2, tweede
lid, eerste volzin, het woord «grondgebied» weggevallen?
– In hoeverre vloeien uit artikel 1 positieve verplichtingen voor
het Koninkrijk voort, dat wil zeggen verplichtingen om maatregelen te nemen
ter voorkoming van discriminatie, ook indien deze plaatsvindt tussen particulieren
(zogenaamde indirecte horizontale werking)? Artikel 1 bevat immers een verzekeringsplicht.
Te denken valt, aldus deze leden, aan de mogelijke betekenis van artikel
1 voor de toegang tot arbeid, openbare gelegenheden, medische zorg of geprivatiseerde
openbare nutsbedrijven.
– In hoeverre is het Protocol van toepassing op vreemdelingen, mede
in het licht van artikel 16 EVRM?
De voorzitter van de commissie,
Van Gennip
De griffier van de commissie,
Janssen
XNoot
1Samenstelling: Van Thijn (PvdA), Van Gennip (CDA) (voorzitter), Dees (VVD), Van der Linden (CDA), Rosenthal (VVD),
Kohnstamm (D66), Pormes (GL), Middel (PvdA), Van Middelkoop (CU), Kox (SP),
Russell (CDA).