23 207
Regels voor de bewaring, het beheer en de verstrekking van gegevens van donoren bij kunstmatige donorbevruchting (Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting)

B
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 9 januari 2004

De vaste commissie voor Justitie1 heeft op 21 oktober 2003 een vraag gesteld aan de minister van Justitie naar aanleiding van diens brief d.d. 22 september 2003 inzake de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting.

De minister heeft daarop bij brief van 12 december 2003 geantwoord.

De commissie brengt hierbij verslag uit van het aldus gevoerde schriftelijke overleg.

BRIEF AAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Den Haag, 21 oktober 2003

De commissie dankt u voor uw mededelingen over de procedure bij het benaderen van de verwanten van een overleden of onvindbare donor. Zij wil graag duidelijker weten welke inhoud het bestuur van de Stichting geeft aan het omzichtig behandelen van de onderhavige materie.

De griffier van de commissie voor Justitie,

Janssen

BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 december 2003

In antwoord op uw in uw brief van 21 oktober jl. nr. 130 628, gestelde vraag naar meer duidelijkheid over het omzichtig benaderen van verwanten van een overleden of onvindbare donor bericht ik u, na overleg met het bestuur van de Stichting donorgegevens kunstmatige bevruchting, het volgende.

Het bestuur is ervan doordrongen dat bij een verzoek om de persoonsidentificerende gegevens van een donor die overleden of onvindbaar is de privacy van een aantal betrokkenen in het geding is.

Het belang van degene die door middel van kunstmatige donorbevruchting geboren is en die als de tijd daar is nadere informatie wenst over de donor wordt zo zwaar gewogen dat daaraan de privacy van anderen ondergeschikt wordt gemaakt.

Als een dergelijk verzoek wordt gedaan, zal daarvoor in eerste instantie aan de echtgenoot of partner van die donor toestemming worden gevraagd. Is er geen echtgenoot of partner, dan zal toestemming worden gevraagd aan een bloedverwant in de eerste of tweede graad.

In het algemeen zal het hier gaan om iemand met wie de donor een zeer nauwe persoonlijke betrekking had. Het benaderen van die persoon – vooropgesteld dat deze achterhaald kan worden – zal met de grootst mogelijke zorgvuldigheid en discretie dienen plaats te vinden. Het is immers mogelijk dat degene die benaderd wordt er niet van op de hoogte is dat betrokkene in het verleden donor is geweest. Overigens is het wel zo dat als de donor er nog zou zijn geweest en dus zou zijn ingelicht over het verzoek van het donorkind, de directe familie eveneens met dit verzoek zou kunnen zijn geconfronteerd.

Van geval tot geval zal het bestuur van de Stichting derhalve moeten nagaan welke procedure gegeven de omstandigheden het meest geëigend is. De Stichting zal er zorg voor dragen dat het leggen van een contact met de echtgenoot of partner dan wel andere naaste verwant met de grootst mogelijk tact, zorgvuldigheid en deskundigheid zal moeten gebeuren. Van belang daarbij is ook dat helderheid wordt verschaft over het feit dat het verstrekken van de persoonsidentificerende gegevens van de donor aan het donorkind geen afstammingsrechtelijke of erfrechtelijke consequenties met zich brengt. Een en ander vereist een zeer grondige voorbereiding. Het bestuur heeft te kennen gegeven zich daarvan terdege bewust te zijn. Ik acht het bestuur, mede gelet op zijn evenwichtige samenstelling, daartoe in voldoende mate uitgerust.

In het reglement dat de stichting zelf opstelt, maar dat de goedkeuring behoeft van de minister van Justitie en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, zal aan deze materie afzonderlijk aandacht worden geschonken. Ik zeg u toe dat wij er kritisch op zullen toezien of de te treffen regelingen de overtuiging geven dat met deze delicate materie met de vereiste zorgvuldigheid en deskundigheid wordt omgegaan.

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner


XNoot
1

Samenstelling: Holdijk (SGP), Wagemakers (CDA), Rosenthal (VVD), Kohnstamm (D66), Witteveen (PvdA), De Wolff (GL), Van de Beeten (CDA), (voorzitter), Broekers-Knol (VVD), Kox (SP), Soutendijk-v. Appeldoorn (CDA) en Westerveld (PvdA).

Naar boven