nr. 133
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de vrijstelling
in de vennootschapsbelasting voor enkele overheidsbedrijven te laten vervallen
en voorts dat het wenselijk is ter wille van het evenwicht in de concurrentieverhoudingen
een algemene regeling te treffen om incidentele voor- of nadelen bij de overgang
van overheidsbedrijven naar de belaste sfeer te voorkomen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt als volgt gewijzigd:
A. Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het zevende lid vervallen de onderdelen a, c, e en h onder vernummering
van de onderdelen b, d, f, g, i, j en k in a tot en met g.
2. In het zevende lid wordt het tot onderdeel g vernummerde onderdeel
k vervangen door:
g. NOB Holding N.V.;.
3. Na het zevende lid, onderdeel g, wordt ingevoegd:
h. B.V. Weerbureau HWS;
i. de N.V. Luchthaven Schiphol;.
B. Artikel 10, onderdeel g, wordt vervangen door:
g. bij lichamen waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon een belang
heeft of heeft gehad: door die rechtspersoon geheven belastingen of rechten
voorzover aannemelijk is dat de invoering of wijziging daarvan is of
was gericht op het verminderen van de grondslag voor de heffing van belastingen
naar de winst of het inkomen. De belastingplichtige die zekerheid wenst omtrent
de vraag of dit onderdeel ten aanzien van hem toepassing vindt, kan een verzoek
indienen bij de inspecteur, die daarop bij voor bezwaar vatbare beschikking
beslist.
C. In artikel 10a, vierde lid, wordt «28 en 28b» vervangen
door: 28, 28b en 33.
D. Na artikel 32 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 33
1. Indien immateriële activa die bij een publiekrechtelijke rechtspersoon
of een lichaam als bedoeld in artikel 2, zevende lid, eerste volzin, deel
uitmaken van vermogen waarmee geen belastbare winst wordt behaald omdat het
niet wordt aangewend in het kader van de uitoefening van een bedrijf als bedoeld
in artikel 2, derde lid, op enig tijdstip bij dezelfde rechtspersoon of hetzelfde
lichaam of bij een verbonden lichaam deel gaan uitmaken van vermogen waarmee
belastbare winst wordt behaald, worden zij op dat tijdstip te boek gesteld
voor de in het tweede tot en met vierde lid bedoelde waarde.
2. Ingeval de activa bij dezelfde rechtspersoon of hetzelfde lichaam gaan
behoren tot vermogen waarmee belastbare winst wordt behaald, vindt de teboekstelling
plaats voor de waarde die zou gelden als de activa bij de rechtspersoon of
het lichaam altijd hadden behoord tot vermogen waarmee belastbare winst wordt
behaald en op die activa was afgeschreven volgens artikel 3.30 van de Wet
inkomstenbelasting 2001.
3. Ingeval de activa bij een verbonden lichaam gaan behoren tot vermogen
waarmee belastbare winst wordt behaald, vindt de teboekstelling bij dat verbonden
lichaam plaats voor nihil.
4. In afwijking van het tweede lid vindt de teboekstelling plaats voor
nihil indien de activa door de rechtspersoon of het lichaam zijn verkregen
van een ten tijde van de verkrijging verbonden lichaam en de vervreemding
bij dat verbonden lichaam niet heeft geleid tot belastbare winst.
ARTIKEL II
Indien het voorstel van Wet verzelfstandiging reïntegratiediensten
Arbeidsvoorzieningsorganisatie (27 549) tot wet wordt verheven en in
werking treedt op of na het tijdstip waarop deze wet in werking treedt, wordt
die wet als volgt gewijzigd:
1. In artikel 12. Belastingplicht vennootschapsbelasting, wordt «na
onderdeel k» vervangen door: na onderdeel i. Voorts wordt de onderdeelsaanduiding
«l» vervangen door: j.
2. Artikel 13. Aanvang belastingplicht, vervalt.
ARTIKEL III
1. Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2002.
2. Artikel I werkt voor NOB Holding N.V. terug tot en met 26 november
1999 en voor B.V. Weerbureau HWS tot en met 1 april 1999.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat aan
de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Staatssecretaris van Financiën,