26 873
Intrekking van de Wet op de studiefinanciering en vervanging door de Wet studiefinanciering 2000 (Wet studiefinanciering 2000)

nr. 209e
MOTIE VAN DE LEDEN SCHUURMAN, GINJAAR, WOLDRING, WOLFSON, SCHOONDERGANG-HORIKX, SCHUYER, HOLDIJK, VAN VUGT, BIERMAN

Voorgesteld 27 juni 2000

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende,

dat van een proces van kwaliteitsverlies van het universitair onderwijs kan worden gesproken,

dat vanwege de noodzakelijkheid van algemene bezuinigingen in vroegere jaren, de studiefinanciering van een tweede studierichting is afgeschaft,

dat niettemin terecht een universitaire en maatschappelijke behoefte is blijven bestaan aan afgestudeerden in twee studierichtingen,

dat dit door de hoge kosten van twee studies nauwelijks haalbaar is;

van oordeel,

dat kwaliteitsvergroting van het universitair onderwijs moet worden nagestreefd,

dat in de huidige situatie van studiefinanciering bestaand intellectueel vermogen te weinig wordt ontwikkeld,

dat de overheid vanwege het algemene belang de ontwikkeling van dat intellectuele vermogen zou moeten faciliteren;

verzoekt de regering onderzoek te doen naar de kwaliteit van het universitaire onderwijs, naar de mogelijke belemmeringen die het volgen van een tweede studierichting in de weg staan, en in dat onderzoek de mogelijkheid te betrekken daarvoor gekwalificeerde studenten – onder strenge condities – financieel te stimuleren of te ondersteunen om een tweede studie te volgen en van de resultaten van dat onderzoek verslag te doen aan de Staten-Generaal,

en gaat over tot de orde van de dag.

Schuurman

Woldring

Schoondergang-Horikx

Holdijk

Bierman

Ginjaar

Wolfson

Schuyer

Van Vugt

Naar boven