nr. 209e
MOTIE VAN DE LEDEN SCHUURMAN, GINJAAR, WOLDRING, WOLFSON,
SCHOONDERGANG-HORIKX, SCHUYER, HOLDIJK, VAN VUGT, BIERMAN
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende,
dat van een proces van kwaliteitsverlies van het universitair onderwijs
kan worden gesproken,
dat vanwege de noodzakelijkheid van algemene bezuinigingen in vroegere
jaren, de studiefinanciering van een tweede studierichting is afgeschaft,
dat niettemin terecht een universitaire en maatschappelijke behoefte is
blijven bestaan aan afgestudeerden in twee studierichtingen,
dat dit door de hoge kosten van twee studies nauwelijks haalbaar is;
van oordeel,
dat kwaliteitsvergroting van het universitair onderwijs moet worden nagestreefd,
dat in de huidige situatie van studiefinanciering bestaand intellectueel
vermogen te weinig wordt ontwikkeld,
dat de overheid vanwege het algemene belang de ontwikkeling van dat intellectuele
vermogen zou moeten faciliteren;
verzoekt de regering onderzoek te doen naar de kwaliteit van het universitaire
onderwijs, naar de mogelijke belemmeringen die het volgen van een tweede studierichting
in de weg staan, en in dat onderzoek de mogelijkheid te betrekken daarvoor
gekwalificeerde studenten – onder strenge condities – financieel
te stimuleren of te ondersteunen om een tweede studie te volgen
en van de resultaten van dat onderzoek verslag te doen aan de Staten-Generaal,
en gaat over tot de orde van de dag.
Schuurman
Woldring
Schoondergang-Horikx
Holdijk
Bierman
Ginjaar
Wolfson
Schuyer
Van Vugt